Fouad Belkacem, leider van het vroegere ‘Sharia4Belgium’, had in meerdere videoboodschappen opgeroepen om niet-moslims een “lesje te leren”. Hij beargumenteerde dit als vrije meningsuiting, maar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens is het daar niet mee eens. Het Hof spreekt over aanzetten tot haat en geweld.
Fouad Belkacem werd in 2012 aangeklaagd wegens het verspreiden van haatdragende boodschappen. Belkacem zette video’s online die volgens de Belgische justitie aanzetten tot haat, discriminatie en geweld. De voormalige leider van Sharia4Belgium ging in beroep bij het Hof van Cassatie. Nadat het cassatieberoep werd verworpen, trok hij naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM). Het EHRM lijkt nu ook eens te zijn met de uitspraken van de Belgische justitie en volgt haar besluit.
Volgens het Hof is hij tegen verschillende waarden in het mensenrechtenverdrag ingegaan. Hierdoor kan hij zich ook niet beroepen op het artikel van de vrijheid van meningsuiting.
Sharia
Intussen zit Belkacem al vier jaar achter de tralies. Na verschillende veroordelingen, zou zijn straf erop zitten in 2027. Vorig jaar kreeg hij de zwaarste gevangenisstraf: hij werd veroordeeld als leider van de terroristische organisatie Sharia4Belgium.
Naast de haatdragende uitspraken, riep Belkacem ook op om de Shariawetgeving in België in te voeren. Deze wetgeving geldt enkel in Afghanistan, Iran, Jemen, Jordanië, Saoedi-Arabië en de Indonesische autonome provincie Atjeh. Daarnaast zijn er nog enkele landen waar de wetgeving naast wetgeving naar westers model van kracht is. Belkacem wou met zijn terroristische organisatie Sharia4Belgium deze wet in België op nationaal niveau invoeren en dan ook nog op een gewelddadige manier.