Censuur in opmars: steeds meer regimes blokkeren gewoon het internet

Volgens Freedom House, een ngo die strijdt voor vrijheid en democratie, zijn de blokkades van het internet in Afrika nu snel aan het escaleren. Autoritaire regimes voelen zich duidelijk bedreigd door de vrije stroom van informatie en ze lijken geïnspireerd te worden door hun grootste financier van het moment: China. Wereldwijd is het blokkeren van de vrije toegang naar het internet trouwens aan het toenemen. Het is dan ook voor veel regimes erg makkelijk, aangezien internetaanbieders of in handen van de staat zijn of alleen kunnen werken met vergunningen van de overheid.

In januari van dit jaar alleen al is in Zimbabwe, de Democratische Republiek Congo, Gabon, Ethiopië en Soedan het internet afgesloten. Soedanezen momenteel tegen het regime van president Omar al-Bashir. Om ervoor te zorgen dat de demonstranten zich minder makkelijk kunnen organiseren via sociale media, worden die geblokkeerd.

Ook in Zimbabwe werd vorige week het internet uitgeschakeld, toen Zimbabwanen de straat opgingen om te demonstreren tegen de verhoging van de benzineprijs. Politie en leger sloegen hard toe. Volgens een Zimbabwaanse mensenrechtenorganisatie vielen er twaalf doden. Ook hier leidde de digitale duisternis ertoe dat de wereld daar weinig van zag.

Congolezen in de hoofdstad Kinshasa konden begin dit jaar niet eens een appje sturen om elkaar een gelukkig nieuwjaar te wensen. Op 30 december waren er verkiezingen en de dagen erna legde de regering in een deel van het land het internet plat. De regering zei niet te willen dat er nepresultaten zouden worden verspreid en fraudeerde ondertussen naar alle waarschijnlijkheid zelf met de uitslag. De blokkade duurde twintig dagen.

De internetblokkades dienen niet alleen om burgers van informatie en discussies te weerhouden. Er wordt vaak ook geweld gepleegd door de overheid eenmaal de burgers offline zijn. Dat gebeurde bijvoorbeeld ook in Soedan, waar demonstraties hardhandig werden neergeslagen en al tientallen doden vielen.

Trend wereldwijd

Het blokkeren van het internet wereldwijd een trend aan het worden volgens de organisatie Access Now, die opkomt voor digitale rechten. Soms wordt de stekker uit het hele internet getrokken, soms wordt de bandbreedte afgeknepen. Daardoor wordt het internet zo langzaam, dat het zo ongeveer onbruikbaar is. En soms worden bepaalde apps geblokkeerd, zoals Facebook, Twitter, WhatsApp en Instagram. “Het gaat allemaal om censuur”, zeggen ze bij Access Now.

Access Now telde dertien internetblokkades in Afrika in 2017 en 21 in 2018. In de eerste weken van januari trof het dus al vijf landen. Een van de langste blokkades van de afgelopen jaren was in Kameroen, met 260 dagen. De echte cijfers liggen veel hoger. Vaak weten we er niet eens van, omdat niemand aan de bel kan trekken en het niet kan laten weten omdat ze niet kunnen communiceren. En sommige blokkades zijn maar heel kort en in een klein deel van het land. Je kan wel zeggen dat het een reflex is geworden van veel regeringen om het internet plat te leggen zodra er een vorm van onrust is.

Waarom het makkelijk is

Het is dan ook niet echt moeilijk om het internet te blokkeren als overheid of selectief diensten en sociale media plat te leggen. Vooral als er maar een paar internetaanbieders in een land zijn, of als de belangrijkste aanbieder een staatsbedrijf is. De regering gaat naar de internetaanbieders en draagt hen op om de service te staken. Die geven daar doorgaans gehoor aan, want ze zijn bang om hun vergunningen kwijt te raken om in het land te mogen opereren. Vaak staat er trouwens in hun contracten voor de licenties met de regering dat ze in naam van nationale veiligheid gehoor moeten geven aan een dergelijke opdracht van de regering.

Who you gonna call? China!

Bij wie klop je aan als je internet grondig wil censureren? Juist, bij China. Geen land ter wereld is verder met het controleren en filteren van internet dan China. De Great Firewall houdt heel veel tegen, waaronder grote diensten als Google, Twitter, Facebook, Flickr en YouTube. Ook hebben Chinezen amper nog toegang tot westerse media. (Lees: China blokkeert nu ook laatste Westerse zoekmachine)

Het is trouwens bijna hoofdzakelijk China dat de infrastructuur voor internet aan Afrikaanse landen levert. En dat komt met “trainingen in nieuwe media” die worden gegeven in die Afrikaanse landen door de Chinezen. Wat neerkomt op een cursus over hoe je het internet kan censureren.