Eric Van Rompuy (CD&V): “Bart De Wever is de Vlaamse versie van Donald Trump”

Neen, het is niet Eric Van Rompuy die de federale regering in moeilijkheden brengt, dat is N-VA-voorzitter Bart De Wever zelf. “De essentie van N-VA is dat zij voortdurend het conflict opzoeken”, stelt het Kamerlid. “Nationalisten beschouwen andere mensen als vijanden. Donald Trump zegt ook dat de Mexicanen niet meer binnen mogen.”

(Volledige video onderaan)

Het grote geluk van het Belgisch parlement is dat het in Brussel ligt, zodat er geen haan naar kraait wanneer je je wagen redelijk illegaal voor de ingang parkeert. De militaire politie laat begaan, maar plots staat er een onguur type naar onze Monkey Mobile te loeren. Hij draagt een zwarte leren jas en is geschoren met een apparaat dat al een jaar aan vervanging toe is. Een mannetje van de Staatsveiligheid? Neen, om zijn hals hangt een oranje lint met daarop het logo van de CD&V. Het is Eric Van Rompuy, sinds de vorige verkiezingen Kamerlid en als ervaren parlementslid de gesel van de Vlaams-nationalistische ministers.

Al 33 jaar is de jongere broer van Herman parlementslid, afwisselend tussen het Vlaamse en het federale parlement. “En dan moet je er nog bij tellen dat ik zes jaar voorzitter ben geweest van de CVP Jongeren. Mijn voorgangers waren Wilfried Martens en Frank Swaelen, en mijn opvolger was Johan Van Hecke. Dat was het voorgeborchte van de hel van de CVP”, lacht Van Rompuy. “Als je dáár door geraakte, was je een taaie. Dat was mijn grootste leerschool. Na 33 jaar heb ik nog altijd mijn strijdvaardigheid behouden.”

Van Rompuy vraagt of we hem nog eens langs de Tweekerkenstraat kunnen voeren, waar vroeger het hoofdkwartier van de CVP lag. “In oktober 1977 heb ik daar mijn eerste vergadering meegemaakt. Martens was toen partijvoorzitter, Leo Tindemans eerste minister. Dat waren de gloriejaren van de CVP”, mijmert hij. “Toen haalden we 43 procent van de stemmen.”

Een beetje zoals N-VA nu?

Eric Van Rompuy: “De N-VA heeft maar 33 procent. Toen ik in 1985 in de Kamer verkozen werd, hadden wij nog altijd 35 procent. Bart De Wever is nog lang niet waar CD&V vroeger stond.”

Laat ons even bij het heden blijven: de vluchtelingencrisis. De regering klinkt daar allesbehalve unisono over.

“De regering wel, maar De Wever vertelt dingen die haaks staan op wat de regering op Europees vlak doet. Zijn laatste stelling is dat we een humanitaire crisis moeten ontketenen in Griekenland, in de hoop dat het zodanig moeilijk wordt voor de vluchtelingen en de Grieken zelf dat ze die vluchtelingen terugsturen. Ik vind dat vreselijk. Dat is totaal in tegenspraak met de Europese politiek en de politiek van de regering. Wat hij zegt, is humanitair niet verdedigbaar.”

De gouverneur van West-Vlaanderen, uw partijgenoot Carl Decaluwé, zei ook: geef de vluchtelingen vooral geen eten.

“Ik veroordeel de woorden van Decaluwé, maar ik denk dat dat totaal iets anders is dan wat De Wever vertelt. Van bij het begin heeft De Wever gezegd dat hij niet gelooft in ‘Wir schaffen das’. Hij zei dat Merkel ontslag zou moeten nemen. Nu drijft hij het op de spits door te zeggen dat de Grieken – een ontwikkelingsland binnen Europa – ervoor moeten opdraaien. Het gaat hier over mensen, hé. De taal die De Wever gebruikt, is van zo’n hardheid, zo’n koudheid. Hij is natuurlijk een nationalist. Nationalisten beschouwen andere mensen als vijanden. Dat is de essentie.”

Dan bekruipt ons toch de vraag: wat zitten jullie daar nog in godsnaam in die regering te doen?

“Wij hebben niet gekozen voor deze regering! De kiezer heeft dat gedaan door met 33 procent de N-VA naar voren te schuiven. Wij hebben met hen een regeerakkoord gesmeed dat ik nog altijd perfect kan verdedigen. Maar de regeringspolitiek wordt voortdurend doorkruist door verklaringen van De Wever – al hebben die op het beleid soms weinig effect.”

Is het de eerste keer dat u zich zo ongemakkelijk voelt bij een coalitiepartner?

“Ik voel mij zeer ongemakkelijk. En dat is de eerste keer, ja.”

In al die 33 jaar?

“Ik heb mij ook heel ongemakkelijk gevoeld met de PS van André Cools en Guy Spitaels in het begin van de jaren tachtig. Toen werd een economisch wanbeleid gevoerd. Vergeet niet dat we toen een begrotingstekort hadden va n 15 procent – nu spreken we over 3 procent. De cijfers zijn nu helemaal anders.”

Het gaat u over de stijl van Bart De Wever?

“Inderdaad, het gaat over de manier waarop hij aan politiek doet. Hij probeert een soort morele superioriteit naar voren te brengen. Hij spreekt namens Vlaanderen alsof alle Vlamingen de Grieken in een humanitaire crisis willen storten. Hij spreekt altijd met een onvoorstelbare arrogantie over degenen die niet akkoord gaan met hem. ‘Rutten, Beke, wat betekenen die eigenlijk?’ Hij is groot geworden door de polarisatie. Eerst tussen Vlamingen en Walen, dan tussen links en rechts, en nu zijn het de vluchtelingen. Hoe meer De Wever zegt dat hij niet gelooft in het verhaal van ‘Wir schaffen das’, hoe gemakkelijker de mensen in dat populistisch verhaal terechtkomen. Hij is een Vlaamse versie van Donald Trump.”

Meent u dat?

“Trump zegt toch ook dat de Mexicanen niet meer binnen mogen? Kijk naar de manier waarop De Wever over de vluchtelingen praat of over de sociale zekerheid.”

Ziet u dan geen lichtpunten in de Kamerfractie die naast u in het parlement zit?

“Ik denk dat ook zij dikwijls verrast zijn door de stellingen van De Wever. Nu, ook Zuhal Demir heeft Kris Peeters onlangs Madame Non genoemd. Altijd polariseren, dat is de N-VA. Daar leven ze van. Ze zijn voortdurend op zoek zijn naar conflicten. Dat is de essentie van N-VA.”

En dus voelt de rechtervleugel van CD&V zich niet thuis in een centrum-rechts kabinet?

“Ik heb geen enkel probleem met de liberalen. Dat zij anders denken dan wij, vind ik normaal. Wij zijn onszelf. Maar N-VA zoekt voortdurend de confrontatie. Kijk, ik vind dat Theo Francken en Jan Jambon hun job en hun plicht doen. Op de sociaal-economische politiek zijn er een paar correcties aangebracht, maar ik heb daar verder geen probleem mee. Maar de partij probeert altijd op zoek te gaan naar conflicten. Voor hen telt alleen perceptie. Dat is eigen aan De Wever. Zo is hij groot geworden en hij zal zo blijven. Wij moeten daarmee leven.”

Het is vandaag complimentendag. Mogen wij u even complimenteren? Op uw eentje voert u heviger oppositie tegen de N-VA dan de officiële oppositie.

“Als iemand uit de meerderheid kritiek geeft op een regeringspartner, komt dat scherper aan. Van de oppositie verwacht men ook niets anders. Maar ik ben niet deloyaal tegenover mijn eigen partij, noch tegenover de regering. Ik heb tot nu toe alles meegestemd. Als ik mijn blogs van de laatste weken lees en vergelijk met de interviews met Wouter Beke en Kris Peeters, kan ik mezelf moeilijk iets verwijten.”

Onlangs stelde Johan Van Overtveldt voor om de vennootschapsbelasting te verlagen. Daar waren jullie niet gelukkig mee.

“Ik heb in de krant moeten lezen dat de taxshift langs de kapitaalzijde niet uitgevoerd wordt. Vervolgens wou hij, zonder aan iemand iets te zeggen, nog een gat van 3,5 miljard euro slaan door de vennootschapsbelasting te verlagen. Dat is niet ernstig. Men zegt mij soms dat ik een oppositieman ben, maar als er iemand is die daarop moet letten, is het de voorzitter van de commissie Financiën en Begroting. Waarom hebben we een parlement? Om de regering te controleren en te zeggen: dames en heren, dit verhaal klopt niet.”

Hoe loopt het ondertussen bij CD&V?

“Ons probleem is dat we in een regering zitten waar een partij als CD&V, die een centrumpartij is, eigenlijk de premier moet leveren. Per definitie moeten wij de synthese maken.”

Jammer: uw voorzitter heeft het premierschap ingeleverd in ruil voor een post in de Europese Commissie.

“Ja, goed, dat is de verantwoordelijkheid van Beke en Peeters, ik ga mij daar niet over uitspreken. Maar dat we het nu moeilijk hebben, komt doordat wij in een regering met drie liberale partijen en een liberale premier het sociale aspect voortdurend moeten afschermen. De Wever maakt daar handig gebruik van om ons in de vakbondshoek te duwen. Daardoor komen we over als een ACW-partij in de regering. Maar als ik Marc Leemans (ACV-voorzitter, nvdr) hoor, dan apprecieert die onze rol absoluut niet. Ge doet aan sociale horror, zegt hij. Als regeringsleider kun je die synthese wel brengen.”

We passeren net de Wetstraat 16. Die had dus van jullie moeten zijn. Leeft dat idee binnen de CD&V?

(aarzelt) Dat is iets persoonlijks. Ik denk dat het beter ware geweest. Dat missen we voor een stuk. Nu moet Peeters linksbuiten spelen, terwijl zijn positie eigenlijk die van Steven Defour op het middenveld is. Het is niet onze rol om linkerspits te spelen, maar we worden in die rol geduwd door De Wever. Dat is de perceptie die hij constant blijft voeden.”

Er zit dus een weeffout in de opstelling van CD&V, die maakt dat jullie in een moeilijke rol zitten – met name Kris Peeters dan?

“Ja, dat moet je hem niet zeggen, dat kun je zo vaststellen. Hij kan niet anders dan doen wat hij doet. Maar CD&V is een synthesepartij en dat is moeilijk als je de premier niet hebt.Dat is ook zo in de Vlaamse regering. Ik denk dat Beke heel goed onderhandeld heeft, ik kan me volledig terugvinden in het regeerakkoord, maar in de uitvoering worden we voortdurend gecounterd door N-VA, die enkel met hun perceptiepolitiek bezig zijn.”

De kans om dit soort coalitie voort te zetten is niet zo groot – als het van u zou afhangen?

“De coalitie zal meegaan tot 2019. Wat er daarna gebeurt? Geen idee, maar ik zal er niet meer bij zijn.

Oei, hebt u er genoeg van?

“Neen, absoluut niet! Ik zal 36 jaar parlementslid geweest zijn. Ik voel me heel goed en strijdvaardig en ik ben heel blij dat ik die stap naar de Kamer gezet heb. Niet dat ik kritiek heb op het Vlaams Parlement – ik heb dat ook heel graag gedaan.”

Hilde Crevits zou een pitbull als u kunnen gebruiken om Gwendolyn Rutten af te houden.

“Ze kan dat zelf wel! Dat is ook een tijgertje als het moet. Iedere vogel zingt zoals hij gebekt is. Het belangrijkste in de politiek is dat je jezelf trouw blijft. Het is niet omdat je ouder wordt, dat je plots de grand old statesman moet gaan uithangen. Ik doe aan politiek op mijn manier. Het mooiste aan mijn politieke carrière vind ik dat ik als subtopper altijd op mijn manier invloed heb proberen uit te oefenen. Ze zullen nog een aantal jaren met mij rekening moeten houden, want ik ben niet van plan om te zwijgen. De N-VA zal het moeten ondervinden. De Wever heeft al gezegd dat hij me allang buiten had gegooid mocht ik in zijn partij zitten. Maar ik voel me meer en meer thuis in mijn partij en ik voel ook dat Beke en Peeters me steunen.”

Allez, in 2019 volgen er nóg vijf jaar!

Meer
Lees meer...