Niet één land ligt op koers om gendergelijkheid te behalen tegen 2030

Het gaat niet goed met de strijd voor gendergelijkheid in de wereld. Uit een nieuwe index blijkt dat geen enkel land ter wereld op koers ligt om gendergelijkheid te behalen tegen 2030. Zelfs de goed scorende en vooruitstrevende landen, zoals die in de Scandinavische regio, zullen nog gigantische stappen moeten zetten om de zelfopgelegde deadline te halen.

In 2015 ondertekenden 193 landen een verbintenis om zeventien zogenaamde Sustainable Development Goals (SDG’s), duurzame ontwikkelingsdoelen, te behalen tegen 2030. Onder die zeventien zitten zo, onder andere, het beëindigen van armoede, honger de wereld uit helpen en het klimaatprobleem een halt toeroepen, en dus ook gendergelijkheid behalen. Maar met die laatste loopt het niet zo goed.

Van Denemarken tot Chad

Uit de eerste SDG Gender Index, die de vooruitgang van 129 landen op 51 targets onderzocht, blijkt dat geen enkel land ter wereld op de goede weg is om die deadline te halen. Landen krijgen een score van 0 tot 100, waarbij 100 wilt zeggen dat het land gendergelijkheid heeft bereikt. Volgens de index zou een score van 90 of hoger betekenen dat er sterke vooruitgang is geboekt. De gemiddelde score? 65,7. Een pover resultaat dus.

Slechts 21 landen van de 129 die werden onderzocht, scoren boven 80, met als absolute topland Denemarken (89,3). Voor elk goed land is er echter ook een minder goed, want ook 21 landen scoren lager dan 50, met Chad als slechtste van de klas: 33,4.

België scoort redelijk goed op de index. Met een score van 83,3 staat ons land op de vijftiende plaats. In 2018 werd door het Wereld Economisch Forum nog een rapport opgemaakt van de gendergelijkheid in verschillende landen, en daarin scoorde België helemaal niet goed.

“Zelfs in de best scorende landen nog gigantische problemen”

“Ik zie geen enkel land de ambitieuze acties ondernemen die nodig zijn om deze problemen aan te pakken, zelfs niet de best scorende landen”, stelt Alison Holder, bestuurder van Equal Measures 2030. “Ik zie deze problemen niet zomaar verdwijnen. Zelfs in de best scorende landen zijn er nog gigantische problemen.”

Holder ziet de toekomst niet echt positief. Ze vreest zo zelfs dat verschillende stappen die al zijn gezet, zullen worden teruggedraaid. Ze wijst daarbij, onder andere, naar de opnieuw strenger wordende abortuswetten in de VS. “Het is duidelijk dat zelfs in landen bovenaan de index vooruitgang niet altijd zeker is”, stelt Holder. De VS bevindt zich met 77,6 punten op de 28ste plaats op de ranking.

gendergelijkheid protest
epa

Armere landen maken meer vooruitgang

Europese en Noord-Amerikaanse landen scoren veelal goed, maar dat wil niet zeggen dat zij betere vooruitgang maken. Denemarken scoort zo, bijvoorbeeld, slechter dan Georgië, Kazachstan en Letland wat betreft onderwijs en het heeft ook minder vrouwelijke ministers dan Senegal of Rwanda. Dat hoewel Denemarken een bbp heeft dat 56 keer groter is dan dat van Senegal.

Het is zelfs zo dat vrouwen beter aan gezinsplanning kunnen doen in Brazilië, China en Nicaragua dan in Canada, Nederland of Noorwegen. Er wordt dan ook duidelijk aangegeven dat landen “verschillende startposities” hadden en dat voor sommige targets landen met een laag bbp zelfs betere vooruitgang maken dan rijkere landen.

Meer
Lees meer...