De Italiaanse regering heeft de noodtoestand uitgeroepen in de stad Venetië wegens de zware overstromingen. Premier Giuseppe Conte reageert dat “de ramp ons in het hart geraakt heeft”. Het iconische San Marcoplein is er zwaar beschadigd. De Italiaanse regering maakt 20 miljoen euro vrij voor de meest dringende interventies. Ook belooft Conte om het MOSE-project af te werken. Dat is een waterkeringsproject om Venetië te beschermen tegen overstromingen en hoogwater.
Luigi Brugnaro, de burgemeester van Venetië, smeekte de Italiaanse regering om de noodtoestand uit te roepen, waar premier Giuseppe Conte dan ook gehoor aan gaf. Die heeft de stad uitgebreid bezocht. “De ramp die Venetië getroffen heeft, raakt ons land in het hart. Het doet pijn om de stad zo beschadigd te zien, het artistieke erfgoed zo aangetast, de handelaars op hun knieën”, schreef Conte op Facebook.
Het feit dat de noodtoestand uitgeroepen is, wil zeggen dat er meer fondsen, materiaal en mensen vrijgemaakt worden voor Venetië. Bovendien maakt de regering 20 miljoen euro vrij voor de meest dringende maatregelen.
MOSE-project
Conte belooft ook om het MOSE-project af te werken. Dat is een soort mobiele dijk die Venetië moet kunnen beschermen tegen overstromingen en hoogwater. Het de bouw van het project ging 17 jaar geleden al van start, maar ligt al jaren stil door financiële problemen en corruptieschandalen.
Zout water
Het gebeurt wel vaker dat het water in Venetië in de herfst of de winter hoog staat, maar in de avond en nacht van dinsdag op woensdag was het uitzonderlijk hoogte, maar liefst 187 centimeter. Dat is het op een na hoogste waterpeil sinds 1966. In feite is de stad volledig ondergelopen. Op het beroemde San Marcoplein stond het water 154 centimeter hoog. In de San Marcobasiliek stond het water 120 centimeter hoog en de crypte was volledig ondergelopen. Dat zorgt voor extra veel schade, want het gaat om zout water.
Ook ligt het normale leven in de stad nu stil. De scholen zijn dicht, winkels zijn gesloten, transport is onmogelijk en toeristen zijn weg.
