Wellicht zesde massa-extinctie ontdekt. Maar wat er 19 miljoen jaar geleden precies gebeurde is nog raadsel

Massa-extincties die grote delen van het leven uitwissen, hebben de geschiedenis van het leven op onze aarde hervormd. Er waren tot nu toe vijf momenten (de Big 5) van echt massaal uitsterven bekend, waarvan het grootste 251 miljoen jaar geleden plaatsvond, bij de overgang van het Perm naar het Trias. Bij wat we dachten dat de laatste grote massa-extinctie was, 65,95 miljoen jaar geleden, stierven binnen een relatief zeer korte tijd plotseling de meeste dinosauriërs uit. Onderzoekers geloven dat ze nu een voorheen onbekende reset op planetaire schaal hebben vastgesteld. Die vond ongeveer 19 miljoen jaar geleden plaats.

Deze uitsterving vond plaats in de oceanen van de wereld en decimeerde onder meer haaienpopulaties. Die zijn nog steeds niet hersteld van de schade, suggereert een artikel dat in Science is gepubliceerd.

Hoe wetenschappers dat ontdekt hebben is an sich al een boeiend verhaal. De huid van een haai bestaat uit een soort huidtanden, die achterover gekanteld liggen. Hierdoor lijkt de huid qua structuur wat op schuurpapier (waarvoor ze in het verleden ook werd gebruikt). Deze schubben functioneren als beschermend pantser en hun richels verminderen ook de weerstand als de dieren zwemmen. Ze zijn microscopisch klein – slechts ongeveer de breedte van een mensenhaar – maar haaien vervellen ongeveer 100 van die huidtanden voor elke tand die ze verliezen, waardoor ze veel voorkomen in het fossielenbestand. Deze overvloed maakt ze waardevol voor wetenschappers die het verleden willen begrijpen.

In 2015 ontving Elizabeth Sibert, oceanografe en paleontologe aan Yale University, een doos modder met een geschiedenis van ongeveer 40 miljoen jaar. De roodachtige klei, gewonnen uit twee sedimentkernen die diep in de zeebodem van de Stille Oceaan waren geboord, bevatte vissentanden, haaientanden en andere mariene microfossielen. Met behulp van een microscoop en een heel fijn penseel doorzocht Sibert de twee sedimenten en telde het aantal fossielen in monsters die in de tijd enkele honderdduizenden jaren van elkaar gescheiden waren.

Van 88 naar 9 soorten

Ongeveer halverwege haar dataset zag ze een abrupte verandering in het fossielenbestand. Negentien miljoen jaar geleden veranderde de verhouding van haaientanden tot vissentanden drastisch. Monsters ouder dan die 19 miljoen jaar bevatten meestal ongeveer één tandje voor elke vijf vissentanden (een verhouding van ongeveer 20 procent), maar recentere monsters hadden verhoudingen die dichter bij 1 procent lagen. Dat betekende dat haaien plotseling veel minder algemeen werden dan vissen, tijdens een tijdperk dat bekend staat als het vroege Mioceen.

Sibert en haar medewerkers hadden in een eerdere studie met dezelfde dataset ook ontdekt dat het aantal haaien ongeveer 19 miljoen jaar geleden met ongeveer 90 procent is afgenomen.

In principe verdwenen haaien dus bijna volledig en er moet ongeveer 19 miljoen jaar geleden iets drastisch gebeurd zijn om dat te veroorzaken. Maar er was nog steeds de vraag of er een echte uitsterving plaatsvond of dat haaien toen gewoon minder prominent zijn geworden. Uit verder onderzoek naar de variatie in 1.300 huidtanden, werden er 88 verschillende soorten haaien gevonden – wat uiteraard geen exact beeld is van hoeveel haaiensoorten er toen waren in de wereld, maar het geeft wel een idee van de diversiteit. Die 88 valt terug naar amper 9 soorten rond 19 miljoen jaar geleden.

Oorzaak een raadsel

De afname van de diversiteit aan haaien suggereert dat ze rond die tijd quasi uitstierven. In feite was deze gebeurtenis waarschijnlijk nog rampzaliger voor haaien dan de dinosaurus-dodende asteroïde-inslag die 66 miljoen jaar geleden plaatsvond. Er was slechts een klein deel dat overleefde in deze post-extinctiewereld.

De effecten van dit uitsterven werden waarschijnlijk over de hele wereld gevoeld. De consistente resultaten van de twee sedimentkernen – gescheiden door duizenden kilometers – suggereren dat dit echt een wereldwijde gebeurtenis was. Tot nu toe is de oorzaak van deze massale sterfte onbekend. Er waren geen significante klimaatveranderingen in het vroege Mioceen, en er is geen bewijs van een asteroïde-impact rond die tijd.

Moderne haaien begonnen binnen 2 tot 5 miljoen jaar na het uitsterven overigens opnieuw te diversifiëren, maar ze vertegenwoordigen slechts een klein stukje van wat haaien ooit waren.

Lees ook:

(jvdh)

Meer
Lees meer...