Nederlands, het mooiste vak om te geven, vind je niet? Jonge mensen de liefde van de taal bijbrengen, hen laten kennismaken met de hoogtepunten van onze literatuur en hen correct leren schrijven. Al hebben de leerlingen zelf daar soms wel hun bedenkingen bij … Deze 17 zinnen wil je als leerkracht Nederlands dan ook écht niet meer horen.
1. Waarom moeten we Nederlands krijgen? We kennen dat toch al?
Omdat dat niet wil zeggen dat je geen fouten maakt …2. Een dictee? Wordt dat nog gedaan?
Ja, dat wordt nog gedaan.3. Wacht, ik ben nog bezig aan de vorige zin!
Het is een dictee, kom, tempo!4. ‘Vind je’ is toch met ‘dt’?
Neen, alleen met een d.5. Kan je de dt-regel nog eens uitleggen?
NOG EENS?6. ‘Groter dan’ of ‘groter als’, dat is toch hetzelfde?
Neen, je kan niet kiezen wat je gebruikt.7. Wanneer gebruik je ‘hen’ en wanneer ‘hun’?
Zucht.8. Hoe schrijf je ‘onmiddellijk’?
Serieus? Elke keer opnieuw …9. Kwart OVER, dat is toch niet logisch? Voor en NA hé
Het is toch kwart over …
10. Moeten we nu weer een boekbespreking maken?
Ja, dat is nog maar de tweede dit semester.11. Dat boek is zo dik … moeten we dat echt lezen?
Je mag altijd een dunner boek kiezen …12. Mag ik de film bekijken in plaats van het boek te lezen?
Euh … neen!13. Hoeveel pagina’s moet dat boek hebben?
Minimum 600, duh.14. Moet je daar echt zoveel punten voor aftrekken?
Ja, als je de veelvoorkomende fouten nog altijd maakt …
15. Karel ende Elegast … dat is hier precies de les geschiedenis
Maar dit is de geschiedenis van het Nederlands.16. Dat is wel een heel lange tekst om luidop te lezen
Je hoeft niet de hele tekst te lezen. Ik zal wel stop zeggen.