Wanneer je zonnepanelen laat plaatsen, wil je uiteraard dat ze zo veel mogelijk energie produceren. Hoe meer stroom je panelen opwekken, hoe sneller de installatie zich immers terugverdient. In dit artikel, kom je te weten hoe je het meeste uit je zonne-installatie kan halen!

1. Oriëntatie

Zonnepanelen met een zuidelijke oriëntatie vangen het meeste zonlicht en hebben bijgevolg een hoger rendement. Is je dak naar het (zuid)oosten of (zuid)westen gericht? Niet getreurd, ook met een dergelijke oriëntatie kan je, door bijvoorbeeld meer panelen te laten installeren, een goed resultaat behalen.

2. Hellingsgraad

De optimale hellingshoek ligt tussen de 35 en 36 graden, mits een zuidelijke oriëntatie. Toch komen alle daken met een hellingsgraad tussen 20 en 60 graden in aanmerking voor het plaatsen van zonnepanelen. Heb je een plat dak? Dan worden de zonnepanelen op een frame gemonteerd, die in de gewenste hellingsgraad kan geplaatst worden.

3. Schaduw

Installeer geen zonnepanelen op delen van het dak waar er schaduw aanwezig is. Schaduw heeft namelijk hetzelfde effect als je voet op een tuinslang houden: de hoeveelheid water die door kan wordt volledig bepaald door dat ene “knelpunt”. Geneert één zonnepaneel minder stroom, dan heeft dat een negatieve impact op de opbrengst van alle panelen. Stoorfactoren uit de omgeving zijn bijvoorbeeld omringende bomen, nabijgelegen woningen, een schoorsteen, enz.

4. Soort paneel

Elk pv-paneel wordt op een andere manier geproduceerd. Zonnepanelen verschillen daardoor onderling wat betreft het rendement dat ze behalen. Monokristallijne panelen scoren het best (14-20%), gevolgd door polykristallijne panelen (12-16%) en amorfe zonnepanelen (6-10%).

5. Geografische locatie en temperatuur

De hoeveelheid zonlicht die de zonnepanelen kan bereiken wordt uiteraard ook bepaald door de geografische locatie van je woning. De zon schijnt bijvoorbeeld meer in zuiderse landen zoals Spanje, dan in ons eigen Belgenlandje. Daarom kunnen zonnepanelen in België slechts zo’n 85% van hun maximale vermogen behalen.

Ook de temperatuur van de zonnepanelen is bepalend voor de opbrengst. In tegenstelling tot wat je misschien zou denken, zijn hoge temperaturen nefast. Het rendement daalt met ongeveer 0.45% per graad dat de temperatuur boven de 25°C stijgt. En dat is vaker het geval dan je zou denken: een buitentemperatuur van 25°C levert paneeltemperaturen op van 40°C en meer. Dit vertaalt zich in een verlies in opbrengst van bijna -7%. Kortom, zonnepanelen leveren meer stroom tijdens een zonnige voorjaarsdag dan op een warme, zomerdag.