De Belgische Mededingingsautoriteit, die concurrentievervalsing moet opsporen, spreekt een ongemeen hoge boete uit van 174 miljoen euro. 18 bedrijven, waarbij warenhuizen (Carrefour, Colruyt, Cora, Delhaize, Intermarché, Makro en Mesdagh) en leveranciers, (Beiersdorf, Bolton, Belgium Retail Trading, Colgate-Palmolive, D.E HBC Belgium, GSK, Henkel, L’Oréal, Procter & Gamble, Reckitt Benckiser (Belgium) en Unilever) worden veroordeeld omdat ze hun merken te duur verkochten.
Het was Colgate-Palmolive die in 2006 blijkbaar de bal aan het rollen bracht, toen ze naar de Belgische Mededingingsautoriteit stapten. Daardoor moeten zij geen boete betalen, zij krijgen een soort genaderegeling. Ook andere giganten als GSK en Reckitt Benckiser ‘klikten’ en krijgen een fikse strafvermindering.
De kartelvorming draait rond zogenaamde “gecoördineerde prijsverhogingen van de consumentenprijzen van DPH-producten”. Die DPH staat voor drogisterij-, parfumerie- en hygiëneproducten, het gaat dus om tandpasta, shampoo, zepen, parfums, deodorants: samen van een hele reeks bekende merken. Die werden dus telkens te duur verkocht, door alle prijzen tegelijk te verhogen. Dat gebeurde met medeweten van de leveranciers. Zowat alle grote supermarkten en producenten zijn erbij betrokken.
Toen Colgate-Palmolive in 2006 kwam ‘klikken’ over de kartelvorming, ging de bal aan het rollen. Het parket viel in 2007 binnen bij Carrefour, Colruyt, Delhaize en Intermarché. Uiteindelijk werd daarbij een nieuwe regel toegepast: de zogenaamde ’transactieprocedure”. Daarbij pleiten ze allemaal schuldig en krijgen ze een vermindering van hun boete. Daardoor kunnen de winkels en merken niet in beroep gaan.
Gigantische bedrag voor de schatkist
De boete blijft toch ongezien groot: 174 miljoen in totaal. Carrefour betaalt 36 miljoen, Colruyt 31 miljoen, Delhaize betaalt 24 miljoen. Bij de ‘merken’ betaalt Procter & Gamble het meest: 29 miljoen. L’Oréal betaalt bijna 8 miljoen.
Voor Kris Peeters (CD&V), de minister van Consumentenzaken, is dit een stevige overwinning: “We stellen vast dat er nog steeds teveel vormen van oneerlijke concurrentie bestaan, die leiden tot een verstoring van de markt en de concurrentie. De negatieve invloed van deze oneerlijke concurrentie op de leefbaarheid van onze ondernemingen en het werk is zéér groot.”
“Dit is een zeer belangrijke uitspraak. Het is de eerste keer dat de zogenaamde “transactieprocedure” wordt toegepast. Daardoor genieten de schuldigen van een vermindering van de boete van 10 procent, maar er is géén hoger beroep mogelijk tegen deze uitspraak. De 174 miljoen euro zijn dus helemaal voor de schatkist.”