Eindelijk is het zover: je gaat samenwonen met de liefde van je leven. Maar je bent wel een beetje nerveus, want je lief is een hondenmens en jij een kattenmens. Hoe werkt dat? Wel, dat werkt zo:
1. Je moet wennen aan het geluid van geblaf
En ander lawaai, zeker als je zelf een kat meebracht 😉2. Het huis lijkt vol te liggen met allerlei ‘hondendingen’
Een mand, een bench, een leiband, kauwspeeltjes … het stopt niet!
3. Maar gelukkig heeft je lief al de gewoonte om op te ruimen
Dat scheelt een pak gezaag.
4. Je hebt tijd nodig om je aan te passen en je eigen plekje te vinden
Dat is heel normaal!5. En te wennen aan het feit dat er iets in huis rondloopt dat constant aandacht verwacht
De hond natuurlijk 😉
6. Je schrikt dan ook élke keer de hond je bespringt als je thuiskomt
Die nagels! Die vuile poten!!7. Er zijn zware onderhandelingen over wie welk plekje in de zetel krijgt
En vooral: krijgt de hond er ook één?!8. En wie de controle van de afstandsbediening heeft
Gelukkig blijft het allemaal democratisch en beschaafd. Meestal.9. Je lief moet ook leren dat je nood hebt aan me-time
En dus géén vrienden over de vloer wil of wil uitgaan.
10. En het duurt even voor je lief doorheeft die signalen geleerd heeft
Gewoon nu effe niet!11. Maar daartegenover staat dat je lief echt luistert naar jouw mening
Geen ruzie om eens jouw zin te krijgen, dus!12. En als er een probleem opduikt, dan is je lief altijd bereid eraan te werken
Nope, ze geven niet zomaar op!