“Een aangifte van verdacht gedrag doen in de marge van terrorisme is ongelooflijk moeilijk”, meldde een lezer ons. Of de dreiging die hij ervoer aan het Atomium gegrond was, en hij wel degelijk met twee mogelijk terroristen te doen had, speelt geen rol. Daartoe dient zijn relaas ook niet. Wel om aan te tonen hoe – terwijl dreigingsniveau drie gold op dat moment – bezorgde mensen tegen een muur lopen wanneer ze uit burgerzin proberen verdacht gedrag te signaleren. En met wat voor middelen onze politiediensten en terreurbestrijders moeten werken.
De wijzigingen in de getuigenis hebben we zo beperkt mogelijk gehouden, enerzijds om de leesbaarheid te bevorderen, anderzijds om de privacy van onze lezer te beschermen. Hier gaan we, het is eind december en …
“Ik heb net met mijn gezin Trainworld in Brussel bezocht en we beslissen om de metro te nemen naar de Heizel om het Atomium van dichtbij te bekijken. Op de Heizel wandelen we over de middenstrook recht op het Atomium af. We zien enkele militaire voertuigen geparkeerd staan en er lopen heel wat bezoekers rond.”
Verdacht
“Het is 14.15 uur. Ik zie twee mannen van buitenlandse origine. Ze nemen foto’s van elkaar met het Atomium op de achtergrond. De man die met zijn rug naar het Atomium staat, houdt een wit blad met een Arabische tekst voor zijn buik.”
“We wandelen verder, maar ik vind het te verdacht. Dus draai ik me om, loop de heren voorbij terwijl ik doe alsof ik met mijn gsm bezig ben. Eens hen terug voorbij, steek ik mijn gsm omhoog en maak foto’s van hen. Het blad met tekst wordt onmiddellijk weggestopt.”
“Niet wetende wat de tekst betekent, wil ik zeker geen paniek veroorzaken en ga ik op zoek naar de veiligheidsdiensten. Het duurt 10 minuten eer ik iemand van de beveiliging van het Atomium kan aanspreken. Van soldaten geen spoor.”
Waar zijn de soldaten?
“Samen zoeken we een collega van de security van het Atomium op die eventueel Arabisch kan lezen. Een vrouwelijke collega bekijkt de foto op mijn gsm, maar doet het af alsof ze gewoon naar iemand op zoek zijn. Daar geloof ik niet veel van en ook de collega die ik initieel aansprak, is niet op zijn gemak. Dus zoeken we verder naar de soldaten. Pas 15 minuten nadat ik de foto’s heb gemaakt, krijgen we hen te pakken en brengen we ze op de hoogte. Maar al gauw blijkt dat ze niet bevoegd zijn om in te grijpen.”
“Ondertussen zijn de verdachten nog steeds aanwezig op de site en blijkt dat ze met 3 zijn. De soldaat het hoogste in rang (vermoed ik) alarmeert dan toch de politie en stelt zijn manschappen op tussen de verdachten en het Atomium.”
Te laat
“De kerels zijn ondertussen hun auto aan het starten en maken aanstalten om te vertrekken. Ondertussen is een manager (zo vertelt men mij) van het Atomium er ook bij en die vraagt of ik mijn foto’s door kan sturen via WhatsApp. Een soldaat vraagt ook of ik hem de foto’s via Facebook kan bezorgen. Daar ben ik niet op ingegaan uiteraard.”
“De verdachten kunnen dan gewoon vertrekken met hun wagen en de manager van het Atomium maakt nog een foto van de achterkant van de wagen om de nummerplaat te hebben zonder dat de inzittenden dat merken. Pas wanneer ze met hun auto weg zijn, komt de politiepatrouille aangereden.”
“Maar we hebben alle informatie: ik heb één verdachte mét tekst duidelijk op foto. En die man van het Atomium heeft de auto met nummerplaat.”
Inval
“’s Avonds thuis krijg ik plots een inval: ik stuur Arabisch sprekende mensen in onze vriendenkring de foto door van de tekst. Een kwartier later krijg ik een angstig telefoontje dat het om een cel van IS gaat. Dit staat er op het blad: hier in België zijn wij allemaal wel getraind niet de losers wij doen voort afdeling el jadida”.
“Dus wil ik polsen wat er met de informatie is gebeurd en of de foto’s bij de juiste mensen terecht zijn gekomen. Nu ik de vertaling heb, kan ik die ook aan de politiediensten overmaken.”
“En daar begint het dan: wie contacteer je omtrent de aangifte in de marge van terroristische activiteiten? Ook online is er niets te vinden van contactgegevens of zelfs maar een indicatie hoe je dergelijke feiten moet aangeven! Dus zoek ik op welk commissariaat de Heizelsite onder haar bevoegdheid heeft en contacteer ik het Commissariaat Afdeling 12 in Brussel. Het is nu 21.30 uur.”
112 no go
“Om te beginnen is de agente/receptioniste die de telefoon beantwoordt niet op de hoogte van een mogelijke interventie op de Heizelsite diezelfde namiddag. Indien 112 wordt gecontacteerd, wordt me verteld, kunnen zij niet nagaan of én wie (welke patrouille) erop afgestuurd was.”
“Ik doe dan rustig mijn verhaal (tussen haakjes: alles moest altijd in het Frans, van op de Atomiumsite tot aan telefoon met het commissariaat). Ik vermeld duidelijk dat ik een persoon herkenbaar op de foto heb samen met de vertaling van de tekst en ik geef haar er een Franse versie van aan telefoon. Zij noteert en stelt nauwelijks vragen. Na een goed kwartier sluiten we af met de belofte dat ik nog steeds bereikbaar ben indien er vragen zouden zijn.”
“Geen 10 minuten later krijg ik terug telefoon: de receptioniste/agente van het Brussels commissariaat. Of ik mijn verhaal eens eventjes opnieuw kan doen. Het rumoer op de achtergrond laat uitschijnen dat er meerdere collega’s meeluisteren.”
Mail, zo moeilijk
“Ik vertel dus heel het verhaal opnieuw en dit keer krijg ik wat meer vragen en moet ik elementen nadrukkelijk bevestigingen. Uiteindelijk vragen ze me de foto’s door te sturen per mail. Blijkt dat het commissariaat met een Skynet-adres werkt. En dat blijkt dan weer gelimiteerd te zijn in aantal Mb dat erop ontvangen mag worden. Ik kan dus de hoge resolutie beelden niet rechtstreeks doorsturen. Dus probeer ik via WeTransfer. En die mail wordt weer door de SPAM-filter van het commissariaat geblokkeerd. Na nog enkele telefoontjes te hebben gekregen, stuur ik in een nieuwe mail de link naar de foto’s door op Dropbox, Google Drive en WeTransfer.”
“’s Anderendaags ’s morgens heb ik een mail in mijn inbox van de Special Person Of Contact Syrië van het commissariaat. Hij bedankt me voor de alertheid en pro-activiteit en vraagt me hem de foto’s te bezorgen. Want blijkbaar waren zijn collega’s niet in staat hem de foto’s door te sturen en stuurden ze enkel screenshots van de foto’s op hun scherm. En welk adres denk je dat de Special Person of Contact voor Syrië gebruikt? Een gmail-adres!”
Te log
“Uiteindelijk horen we diezelfde dag dat er arrestaties zijn gebeurd in Brussel. Maar op 1 januari blijkt dat die personen terug vrijgelaten zijn. Door het onderzoeksgeheim kan ik uiteraard niet vragen of mijn informatie aan de basis lag, maar uiteindelijk horen we in het nieuws dat alle gearresteerden terug vrijgelaten zijn.”
“Ik ben dus niet verwonderd dat Amerikanen de Belgische inlichtingendiensten als kleine kinderen bestempelen of dat Turkse leiders aangeven dat ze België inlichtten over bepaalde verdachte personen. Het systeem is te log, de (IT-)infrastructuur is totaal niet up-to-date en veel ambtenaren (inclusief de veiligheidsdiensten) zijn niet altijd voldoende opgeleid voor de taken die ze uitvoeren.”
Tot zo ver het verhaal van onze lezer. Zoals gezegd: het gaat er niet om of de dreiging die hij signaleerde gegrond was – wat telt is dat hij ze als reëel ervoer, en wat er gebeurde daardoor.
Het El Jadida waar sprake over zou zijn in de tekst, kwam overigens twee weken geleden nog in het nieuws. Het ministerie van Binnenlandse Zaken van Marokko liet toen weten dat in die havenstad een terreurcel was opgerold en dat die beschikte over biologische wapens (zenuwgas). De terreurcel, die banden had met Islamitische Staat, was volgens het ministerie van plan de niet nader genoemde stof te gebruiken bij een aanslag in Marokko. Een van de verdachten had de Franse nationaliteit.