Vegan, da’s een levensstijl die vroeger vooral bij het hippie-embleem hoorde, maar nu hebben al veel meer mensen de smaak ervan te pakken … zelfs de kleinsten! Maar is een plantaardig dieet voldoende om een volwaardig en gebalanceerd voedingspatroon op te bouwen als je volop in de groei bent? En vooral, houdt vegan zijn risico’s in voor je kleintje? Wij zoeken het voor jou uit!

Vandaag is vegan zijn ultra-hip. Vegan-organisaties, de hashtag #vegan op sociale media: vegan eten is intussen volledig geïntegreerd in onze maatschappij, of toch voor veel mensen. Een enquête van enkele maanden geleden door tijdschrift Vegan Life en The Vegan Society onthulde dat er een echte vegan boom bezig is in het Verenigd Koninkrijk. Daar eten nu 350% meer mensen vegan dan vorig decennium.

Overal om je heen zie je dan ook nieuwe vegan-friendly initatieven, en het ziet er ook niet naar uit dat dat binnenkort verandert. En voor alle duidelijkheid, het gaat om veganisten, niét om vegetariërs: niets dat afkomstig is van dieren dus. Geen melk, geen eieren, geen kaas.

Kan een kind vegan zijn?

Overtuigde ouders willen dat veganisme natuurlijk ook in hun opvoeding overdragen op hun kroost: maar vegans sluiten natuurlijk wel hele voedingsgroepen uit. Is dat eigenlijk wel goed voor de gezondheid van een kind?

Olivier Coudron, wetenschappelijk directeur aan het Scientific Institute for Intelligent Nutrition, deelt met ons zijn expertise, en volgens hem is het veganisme “een voedingsmodel dat onvoldoende of gebalanceerd genoeg is voor de groei van een kind.” Hij legt uit dat het mogelijk is om op veganistische manier door het leven te gaan maar dat je “zoals bij elke levensstijl, moet zorgen dat je de tekortkomingen compenseert op een andere manier.”

Gelijk welke vorm van tekortkomingen

Dit type dieet is verre van geschikt voor iedereen. Veganisme kan volgens Coudron leiden tot tekortkomingen in voedingsstoffen die essentieel zijn voor de goede werking van het lichaam. Voor een kind bestaat er een groot risico op het ontwikkelen van tekortkomingen in voedingsstoffen die voor een gezonde groei zorgen. Vitamine B12, bijvoorbeeld die kan je niet missen. Hij vermeldt ook problemen met calcium en oméga-3-vetten, en dat is nog zonder de vitamines te vermelden: zowel vitamine A als B zijn vaak niet voldoende aanwezig in een vegan dieet.

B 12 voor het brein

Dokter Coudron zegt ook nog dat “vitamine B12 essentieel is voor de noden van onze hersenen, beenmerg en om ziektes van het centrale zenuwstelsel te voorkomen.

Sommigen beweren dat ons lichaam zelf B12 aanmaakt, en dat het dus niet nodig is om die nog extra in te nemen door het eten van dierlijke vetten. Maar de dokter weerlegt ook die bewereing “het is niet omdat onze darmen inderdaad een paar microgram aanmaken, dat we er op kunnen rekenen dat dat voldoende is” Je snapt het al, de vitamine B12 die we uit dierlijke producten halen is ook nodig.

Calcium voor je botten

Dokter Coudron doet er ons ook aan denken dat, als het over vegan eten gaat, het ook heel moeilijk is om voldoende calcium op te nemen. Calcium is een noodzakelijk element in voor de groei, en dan specifiek voor je botten. Denk maar aan al die glazen melk die je moeder je deed drinken. Overigens is die melk vervangen door een plantaardig equivalent een slecht idee. Amandelen, soja, kastanje of gelijk welke vorm van noten’melk’ bevat niet dezelfde hoeveelheid calcium die nodig is om gezond te blijven en broze botten te vermijden.

Oméga-3-vetten voor het hart

Nog steeds volgens Coudron hebben veel vegans een groot tekort aan Oméga-3-vetten. In zijn woorden: “Omega-3-vetten hebben een grote impact op cardiovasculaire ziekten, op de hersenen, immuniteit en zelfs kanker.” Die vetten vind je vooral in vis.

Zijn vegans gezonder dan carnivoren?

Gezonde levensstijl, minder ziektes die veroorzaakt worden door een dieet dat té veel vlees bevat, empathie voor de dieren en beter voor de planeet: er zijn veel redenen om vegan te worden.

Maar zijn vegans na dat alles uiteindelijk gezonder dan carnivoren? Coudron wil dat argument tegenspreken. Hij onderlijnt dat: “Vegans en vegetariërs eten veel fruit, groenten en volkoren granen, die inderdaad een positieve invloed hebben op je gezondheid. Maar het is niet omdat je geen vlees eet dat je gezonder bent. Die gezondheidsvoordelen hebben dus vooral te maken met die groenten, niet met het gebrek aan vlees.” Om dus gezond te blijven moet je genoeg fruit en groenten eten, maar daar stopt het niet.

Vegan maar voorzichtig

We moeten een veganistische levensstijl dus zeker niet bannen, verre van zelfs. Dat soort dieet vraagt alleen wat voedingssupplementen, en een wakkere geest: opletten dus. Of het nu om een volwassene gaat of om een kind, het is zeker belangrijk om je eten aan te vullen met B12-vitaminen, of dat nu in capsules komt of gelules.. Om een potentieel oméga-3-tekort op te vangen, dat valt een stuk moeilijker. Zo zijn er voldoende pillen op de markt, maar daar zitten nog steeds dierlijke producten in, wat tegen de veganistische filosofie ingaat. Toch raadt dokter Coudron aan om op dit specifieke vlak een compromis te sluiten.

Veganisme in een negatief daglicht stellen is zinloos. Uteindelijk is het een respectabele filosofie, zeker als je naar de beweegredenen kijkt achter het vermijden van dierlijke producten: daar is niks mis mee, het is zelfs bewonderenswaardig. Maar wie het toepast, moet dat ook voorzichtig doen: zeker bij kinderen in volle groei. Een gebalanceerd dieet en waar nodig aanvullen met supplementen, blijft de boodschap.