Nog een reden om snel te stoppen met fossiele brandstoffen: ze maken ons dommer

O ironie! Als we nog wat langer wachten met het drastisch terugbrengen van de uitstoot van CO2 door het verbranden van fossiele brandstoffen, hebben we misschien niet voldoende hersencapaciteit over om het broeikasgasprobleem op te lossen dat ons klimaat vernietigt. Want hogere concentraties CO2 blijken de cognitieve en beslissingsfuncties van onze hersenen ernstig aan te tasten. 

De zeespiegel gaat stijgen, het klimaat gaat grilliger worden en de wereld kijkt aan tegen een voedsel- en vluchtelingenprobleem van jewelste als we niks doen aan de opwarming van ons klimaat. Die apocalyptische beelden (die trouwens best gerechtvaardigd zijn) zijn ondertussen genoegzaam bekend. Maar wist je dat de stijgende concentratie CO2 in de atmosfeer onze hersenen aantast?

Uit verschillende studies van de jongste jaren blijkt dat verhoogde concentraties CO2 zorgen voor een spectaculaire afname van onze cognitieve functies en de beslissingsfuncties in onze hersenen. De gemiddelde CO2-concentratie in 2019 zal naar verwachting 411 ppm (deeltjes per miljoen) zijn. Klimaatonderzoekers verwachten dat de CO2-concentratie in de atmosfeer het snelst zal toenemen sinds het begin van de metingen.

De aanhoudende stijging van CO2 in de atmosfeer strookt helemaal niet met de ambitie om de wereldwijde opwarming van de aarde onder de 1,5°C te houden. Om verdere opwarming van de aarde een halt toe te roepen, moet de wereldwijde uitstoot in 2030 zijn gehalveerd, voordat de uitstoot uiterlijk twintig jaar later tot nul is gedaald.

Sinds 1958 is een toename van 30% van koolstofdioxide in de atmosfeer waargenomen. Die wordt veroorzaakt door emissies van fossiele brandstoffen, ontbossing en industrie. En ze zorgen voor de opwarming van de aarde. De CO2-concentraties zouden nog hoger zijn geweest ware het niet dat bossen en oceanen veel overtollige uitstoot absorberen.

Nu al worden we vaak blootgesteld aan 800 à 1.200 ppm

Die 411 ppm is overigens een gemiddelde: in steden maar vooral in kantoren ligt de concentratie al veel hoger. Uit een studie de Harvard T.H. Chan School of Public Health’s Center for Health and the Global Environment blijkt dat mensen al vaak blootgesteld worden aan CO2-concentraties van tussen 800 en 1.200 ppm. Ze ontdekten dat in nogal wat werkplaatsen zelfs tussen 1.500 en 3.000 ppm CO2 in de lucht zat.

Cognitieve functies voorouder 21% beter?

En dat heeft zware gevolgen. Bij incidental blootstelling aan niveaus van 900 ppm CO2 werken onze hersenen 15% minder goed. In een omgeving waar dat 1.400 ppm is, neemt onze hersencapaciteit zelfs met 50% af. Ons cognitief vermogen en de hersenfuncties die het nemen van beslissingen controleren zou volgens die tests nu 21% lager liggen dan bij onze voorouders van voor het industriële tijdperk. In de 800.000 jaar waarvan we het erg precies weten, fluctueerden de CO2-concentratie tussen 170 en 280 ppm. Sinds we fossiele brandstoffen zijn beginnen gebruiken op industriële schaal, de jongste 200 jaar pakweg, is dat gestegen naar 411 ppm dus.

Eenmaal boven 600 ppm gebeuren “slechte dingen”

Wetenschappers kunnen dus wel testen wat een blootstelling op korte termijn aan verhoogde CO2-concentraties doet met onze hersenen, maar wat het effect is van een voortdurende blootstelling aan verhoogde waarden, is niet duidelijk. Alleen: goed kan het zeker niet zijn. Er is zo’n beetje een consensus dat “slechte dingen” zullen gebeuren met ons intellect en onze mentale gezondheid als we CO2 boven de drempel van 600 ppm laten gaan.

Dat niveau gaan we bereiken rond het jaar 2075, ten minste als we de gezette Europese doelstellingen zouden halen. Op de huidige koers – waarbij we die niet gaan halen – zal dat gebeuren rond het jaar 2050.

Meer
Lees meer...