Een felle strijd kondigt zich aan bij Groen, waar Meyrem Almaci graag voorzitter wil blijven en Björn Rzoska haar wil onttronen.
Wat gebeurt er precies? Zopas kondigde Meyrem Almaci op een persconferentie in Sint-Niklaas aan dat ze opnieuw kandidaat is om zichzelf op te volgen. Zo is er een grote kans dat er een vervolg komt aan vijf jaar voorzitterschap van de 43-jarige Antwerpse. Haar uitdager, die de rol van voorzitter claimt, is Björn Rzoska, vandaag nog de fractieleider van Groen in het Vlaams parlement. Hij is (voorlopig) de enige tegenkandidaat bij Groen, al heeft een mogelijke andere uitdager nog tot morgen de tijd om zich te melden.
De details: Die zitten vooral in de locatie van de kandidatuur. Almaci riep de pers bijeen in Sint-Niklaas, haar geboortestad, ver weg van het partijhoofdkwartier en ‘Brussel’, waar de ‘leiding’ zit. Ze groeide op in Sint-Gillis-Waas en verhuisde later naar Antwerpen. Maar Almaci wil eens te meer aantonen dat zij niet de ‘establishment-kandidaat’ is, maar iemand met haar wortels diep in de basiswerking van de partij zit, dicht bij de leden en de lokale afdelingen.
De context: Het duurde lang voor Almaci haar kaarten op tafel legde: Rzoska had zich al eerder gemeld. Evident is de keuze van Almaci niet: de job van voorzitter van een partij is bijzonder intensief. De combinatie met een gezin weegt op de voorzitter. De recente kritiek op de overwinningsnederlaag van Groen (de partij ging wel vooruit, maar scoorde allerminst wat ze verwacht had) kan niet anders dan pijn hebben gedaan. Maar Almaci is een vechter, iemand die niet snel opgeeft. En haar kans om haar mandaat te verlengen, schatten insiders lang niet slecht in.
Wat nu: Groen is op zoek naar een duidelijke rol voor zichzelf. Moet het inclusiever, voor een breder publiek, of net met méér focus op het milieu en klimaat? En hoe verschillen Almaci en Rzoska daarin allemaal?
- Rzoska wil expliciet een “andere koers”, al is het niet glashelder wat dat dan is, behalve “geen Almaci meer”. Het moet “geen partij voor enkel de happy few” zijn, zo stelde Rzoska.
- Het is alvast zeker dat Rzoska een meer ‘Vlaams’ discours voert, ook al omdat dit jaren zijn politieke niveau was. De banden met Ecolo zijn minder sterk, hij heeft er ook geen probleem mee om coalities te maken met de N-VA. In Oost-Vlaanderen bracht hij voor het provinciebestuur een ploeg in het zadel van N-VA, Groen en CD&V. Almaci voerde dan weer campagne expliciet tégen N-VA.
- Maar wie is dan eigenlijk de kandidaat van het ‘establishment’? Almaci werd in 2014 voorzitter, tégen heel de bovenlaag van haar partij in. Die steunden destijds allemaal Elke Van den Brandt en Wouter Devriendt. Ze erfde zo ook een partijapparaat dat niet meteen op haar zat te wachten. Evident was dat allemaal niet. Rzoska lijkt veel meer ook de steun van een brede laag bij Groen te genieten.
- Almaci zal als kandidaat zeker wijzen op het feit dat zij de lokale afdelingen heeft uitgebouwd, dat zij de ledenaantallen naar records gestuwd heeft. En niet te vergeten: de stemming is een ledencongres in Brussel. De sleutel ligt dus bij wie kan mobiliseren.
De grote vraag? Die is en blijft natuurlijk wat er federaal gebeurt. Maar met één been eruit (Vlaams) en mogelijks één been erin (federaal) is het bijzonder lastig werken. De nieuwe voorzitter staat straks meteen voor een gigantische uitdaging: hoe krijgt hij/zij een werkbare positie voor de komende jaren voor Groen, en kan zij/hij toch wegen op het beleid, dat voor Groen dringend radicaal actie moet ondernemen op vlak van klimaat.
In de wandelgangen. Niemand van de top durft zich te fel uit te spreken deze keer. De hoop bij Groen leeft enerzijds dat Rzoska misschien communicatief een andere lijn kan gaan bewandelen dan Almaci. Die laatste had soms de neiging een tikje door te drammen, terwijl Rzoska eerder rustig blijft. Anderzijds, zijn eerste tv-optreden in Terzake wordt intern niet bepaald gesmaakt: z’n uitleg over bedrijfswagens was bijzonder slap. Dus niemand weet voorlopig goed om te kiezen.