De enorme onrust veroorzaakt door de klimaatcrisis wordt besproken in wat verrassend kleine temperatuurstijgingen lijken – 1,5 of 2 graden Celsius warmer dan het was in het tijdperk net voordat de auto paard en kar verving. Die temperatuurdrempels zullen opnieuw de focus zijn van de komende VN-klimaatbesprekingen op de COP26-top in Schotland. Maar die ogenschijnlijk kleine en overkomelijke cijfers verdoezelen de enorme gevolgen van wat op het spel staat. De realiteit van COP 26 is dat de aarde nu al onleefbaar aan het worden is. Zullen regeringen optreden om te voorkomen dat deze ramp erger wordt?
COP26: waarom de komende klimaattop niet mag falen
Waarom is dit belangrijk?
Dit jaar heeft bitter bewijs geleverd dat zelfs de huidige niveaus van opwarming rampzalig zijn. De aarde wordt al onleefbaar. Zullen regeringen optreden om te voorkomen dat het nog erger wordt?Feit: we hebben een beschaving gebouwd op basis van een wereld die niet meer bestaat.
De wereld is sinds het pre-industriële tijdperk al gemiddeld met ongeveer 1,2 graden celsius opgewarmd. Tot nu toe heeft de menselijke beschaving gefunctioneerd binnen een smalle, stabiele temperatuurband. Door de verbranding van fossiele brandstoffen hebben we ons nu losgemaakt van ons verleden, alsof we onszelf op een andere planeet hebben getransplanteerd. De laatste keer dat het warmer was dan nu was minstens 125.000 jaar geleden, terwijl de atmosfeer meer warmte-vasthoudende koolstofdioxide bevat dan ooit in de afgelopen twee miljoen jaar, en wellicht in een langere periode.
Sinds 1970 is de temperatuur op aarde sneller gestegen dan ooit in een vergelijkbare periode. De oceanen zijn opgewarmd met een snelheid die in minstens 11.000 jaar niet is waargenomen. We voeren een ongekend experiment uit met onze planeet. Niemand weet helemaal zeker hoe dit gruwelijke experiment zal eindigen, maar mensen houden van gedefinieerde doelen en daarom kwamen in het klimaatakkoord van Parijs van 2015 bijna 200 landen overeen om de wereldwijde temperatuurstijging te beperken tot “ver onder” 2°C, met een ambitieus doel om het te houden tot 1,5°C. Dat laatste doelwit kwam er op aandringen van kleinere, armere landen, zich ervan bewust dat een existentiële dreiging van onleefbare hittegolven, overstromingen en droogte afhangt van deze ogenschijnlijk kleine toename. “Het verschil tussen 1,5 en 2°C is een doodvonnis voor de Malediven”, zei Ibrahim Mohamed Solih, president van dat land, tegen wereldleiders bij de Verenigde Naties in september.
Geen enkel hoeveelheid opwarming is nog veilig
Volgens de meeste normen slagen de regeringen van de wereld er momenteel niet in om een grimmig lot af te wenden. “We bevinden ons op een catastrofale weg”, zei António Guterres, secretaris-generaal van de VN. “We kunnen onze wereld redden of de mensheid veroordelen tot een helse toekomst.” En van die helse toekomst kregen we net afgelopen zomer al een ferme voorsmaak.
Dit jaar heeft bitter bewijs geleverd dat zelfs de huidige niveaus van opwarming rampzalig zijn, met verbazingwekkende overstromingen in ons land, Duitsland en China, enorme branden van Canada tot Californië tot Griekenland en regen in plaats van sneeuw op de top van een snel smeltend Groenland. Of: geen enkele hoeveelheid opwarming van de aarde kan als veilig worden beschouwd en mensen sterven nu al door klimaatverandering. En niet alleen op plaatsen waar we – eerlijk is eerlijk – niet wakker van liggen.
De “hittekoepel” die eerdere temperatuurrecords in het noordwesten van de Verenigde Staten in juni verpulverde, waarbij honderden mensen omkwamen en een miljard zeedieren levend geroosterd werden in hun schelpen voor de kust, zou “vrijwel onmogelijk” zijn geweest zonder door mensen veroorzaakte klimaatverandering. De overstromingen in Wallonië en in Duitsland werden negen keer zo waarschijnlijk gemaakt door de klimaatcrisis. De vingerafdruk van klimaatverandering op recent extreem weer is vrij duidelijk, maar zelfs wetenschappers werden verrast door het aantal en de omvang van weerrampen in 2021.
Na een lichte, door COVID-19-geïnduceerde daling vorig jaar, is de uitstoot van broeikasgassen in 2021 weer gestegen, waardoor de kleine hoop dat de wereld binnen de 1,5°C-limiet zal blijven, verder dempt. Er is een grote kans dat we in het komende decennium die 1,5°C al zullen bereiken. Voor de mensheid begint daarmee een comfortabel leefbare planeet te verdwijnen. Bij 1,5°C wordt ongeveer 14 procent van de wereldbevolking eens in de vijf jaar getroffen door ernstige hittegolven, een aantal dat springt naar meer dan een derde van de wereldbevolking bij 2°C.
Milljoenen doden omdat het te warm is
We hebben het dan niet meer over een paar dagen heet weer met zwembadpret en lange avondjes op terrasjes. Boven de 1,5°C zal de hitte in tropische gebieden van de wereld de samenleving tot het uiterste drijven, met een verstikkende vochtigheid die voorkomt dat zweet verdampt en het moeilijk maakt voor mensen om af te koelen. Extreme hittegolven zullen delen van het Midden-Oosten te heet maken voor mensen om te verdragen, terwijl stijgende temperaturen ook enorme risico’s met zich meebrengen voor China en India.
Een ernstige hittegolf die historisch eens in de tien jaar wordt verwacht, zal om de twee jaar plaatsvinden bij 2°C. Iets dat onze overgrootouders misschien een keer in hun leven hebben meegemaakt, zal een vast evenement worden. Wereldwijd zullen elk jaar 4,9 miljoen mensen extra sterven door extreme hitte als de gemiddelde temperatuur met 2 of meer graden zou stijgen, schatten wetenschappers.
Bij een opwarming van 2°C zullen 99 procent van de koraalriffen in de wereld ook verdwijnen, waardoor er in wezen een einde komt aan warmwaterkoralen op onze planeet. Bijna een op de 10 gewervelde dieren en bijna een op de vijf planten zal de helft van hun leefgebied verliezen.
Te veel water en tegelijk te weinig water
Het warmere klimaat van de aarde zorgt ervoor dat de atmosfeer meer water vasthoudt en het water vervolgens vrijgeeft in de vorm van extreme neerslaggebeurtenissen. Over de hele wereld zullen mensen worden belaagd door stormen, hittegolven, overstromingen en droogte. Volgens schattingen van de Wereldbank zullen tegen 2050 ongeveer 216 miljoen mensen, voornamelijk uit ontwikkelingslanden, gedwongen zijn deze gevolgen te ontvluchten, tenzij radicale maatregelen worden genomen. Maar liefst 23 biljoen euro zal uit de wereldeconomie worden weggevaagd, en mogelijk nog veel meer.
Enkele van de meest ernstige gevolgen van klimaatverandering hebben te maken met water – zowel het ontbreken ervan als een teveel ervan. Enorme overstromingen, vaak aangewakkerd door abnormaal zware regenval, komen de laatste tijd regelmatig voor, niet alleen bij ons, in Duitsland en China, maar in de meeste delen van de wereld. Ondertussen is in de afgelopen 20 jaar het totale niveau van terrestrisch water dat voor de mensheid beschikbaar is, gedaald met een snelheid van 1 cm per jaar, en verwacht wordt dat meer dan vijf miljard mensen binnen de komende drie decennia een ontoereikende watervoorziening zullen hebben.
Bij een opwarming van 3°C zal de zeespiegelstijging door smeltende gletsjers en de hitte van de oceaan ook zorgen voor een ramp voor kuststeden, waarbij plaatsen als Miami, Shanghai en Bangladesh het gevaar lopen grotendeels in zee te verdwijnen. De frequentie van zware neerslaggebeurtenissen, het soort dat we afgelopen zomer over ons heen kregen, zal beginnen stijgen en bijna verdubbelen zodra het met 2°C opwarmt.
De dingen die we nog niet begrijpen
De hetere atmosfeer van de aarde zuigt water uit de aarde op, waardoor bomen en struiken uitdrogen en zo de ernst van bosbranden versterken. Vrijwel heel Noord-Amerika en Europa lopen een verhoogd risico op bosbranden bij een temperatuur van 3°C, waarbij plaatsen als Californië en delen van Australië nu al vastzitten in een slopende cyclus van hitte, droogte en vuur. De omvang van het rampzalige Black Summer-bosbrandseizoen in Australië in 2019-’20 zal vier keer meer kans hebben om opnieuw voor te komen bij 2°C verwarming, en zal vrij alledaags zijn bij 3°C.
Een verontrustende onbekende voor klimaatwetenschappers zijn de domino-effecten die de opwarming veroorzaken. Wat als permafrost smelt of overstromingen kritieke wegen afsnijdt die worden gebruikt door toeleveringsketens? Wat als stormen ’s werelds grootste computerchipfabriek uitschakelen? Wat gebeurt er als de helft van de wereld wordt blootgesteld aan ziekteverwekkende muggen?
We hebben de klimaatverandering nog nooit zo snel zien gebeuren, dus we begrijpen de niet-lineaire effecten niet. Er zijn omslagpunten in onze door mensen gebouwde systemen waar we niet genoeg over nadenken. Meer koolstof betekent meer impact en dus meer onaangename verrassingen.
Mislukte oogsten en hongersnood
Onvoorspelbaar weer, zoals te veel of te weinig regenval, vermindert de kwantiteit en kwaliteit van de oogst. Er zijn weinig minder prettige gevolgen in het leven dan hongersnood en de klimaatcrisis begint zijn tol te eisen van de voedselproductie. In augustus nog zeiden de VN dat Madagaskar op de rand stond van hongersnood door klimaatveranderin na vier jaar met nauwelijks regen. Wereldwijd zullen dat soort extreme droogtegebeurtenissen die voorheen gemiddeld eens per decennium plaatsvonden, meer dan verdubbelen in frequentie bij 2°C temperatuurstijging. Verwarm de wereld een beetje meer dan dit en tegen het einde van de eeuw zal een derde van alle voedselproductie in de wereld in gevaar komen als gewassen beginnen te verwelken en falen in de hitte.
Veel verschillende aspecten van de klimaatcrisis zullen de voedselproductie destabiliseren, zoals dalende grondwaterstanden en krimpende sneeuwlagen in plaatsen zoals de Himalaya. De oogstopbrengsten nemen af naarmate het warmer wordt, terwijl extremere overstromingen en stormen het risico lopen grote stukken landbouwgrond te verwoesten. En niet eens zo ver weg: Frankrijk, Italië en Oostenrijk zouden in de tweede helft van deze eeuw te maken krijgen met significante mislukte oogsten.
Trage politici hebben decennia verspild
Ondanks de snelle opmars van hernieuwbare energie en, meer recentelijk, elektrische voertuigen, zijn landen nog steeds via de navelstreng verbonden met fossiele brandstoffen, waarbij ze olie, kolen en gas elke minuut voor ongeveer 11 miljoen euro subsidiëren. Alleen al de luchtvervuiling door de verbranding van deze brandstoffen doodt jaarlijks bijna negen miljoen mensen wereldwijd. Decennia van tijd is verspild – de Amerikaanse president Lyndon Johnson werd door wetenschappers gewaarschuwd voor de klimaatcrisis toen Joe Biden nog op de universiteit zat – en toch betekent de traagheid van de politici dat de wereld deze eeuw op een temperatuurstijging van 2,7°C staat, zelfs als alle toezeggingen voor emissiereductie worden nagekomen.
2,7°C zou erg slecht zijn: een groot deel van de planeet zal onbewoonbaar worden bij dit niveau van verwarming tijdens lange periodes elk jaar. Een scenario dat een soort apocalyps benadert, zou arriveren als de wereld met 4°C of meer zou opwarmen. In Glasgow zullen regeringen echt wel moeten laten zien dat ze de uitdaging om dat te voorkomen willen aangaan.
(lp)