Velen onder ons hebben tijdens hun jeugd een trauma opgelopen van wiskunde, ondergetekende inbegrepen. Soms – heel soms – kan wiskunde ons echter boeien, zeker als iemand fascinerende resultaten bekomt.
Niet-wiskundigen zouden een gigantisch hoog getal verwachten bij de opgave ’tel alle natuurlijke getallen bij elkaar op’. Die som leidt echter niet tot een gigantisch getal, maar bizar genoeg wel tot de negatieve breuk -1/12. Hoe is dat nu mogelijk? Het is een vraag die we ons vroeger regelmatig stelden toen de leerkracht een uur lang zijn bord vol pende. In bovenstaand filmpje legt een Britse wiskundige het echter min of meer verstaanbaar uit.
Om de gedachtegang te begrijpen, moet je eerst enkele andere berekeningen maken. Daaruit blijkt dat 1-1+1-1+1-… uiteindelijk 0,5 is, waarna de hoogleraar zijn hocus pocus uitvoert met een vergelijking van 1-2+3-4… en 1+2+3+4+5…