Dit was Pukkelpop dag 1: Dua Lipa, The War On Drugs en Arcade Fire sturen elektriciteit door Kiewit

Pukkelpop ging vandaag z’n eerste officiële dag in: de grote kleppers stonden genoteerd, de dagjesmensen zwermden over het terrein en iedereen had minstens één favoriet onder de gordel. Of je nu achttien was en Dua Lipa wou zien of dertig met Arcade Fire op het programma: kolken deed het op Pukkelpop sowieso. 

Snikheet, dat was het ook, en dus al een geluk dat er niet van het prille begin zware boenk geprogrammeerd stond. Wie dat wou, kon uiteraard rekenen op directe ambiance in de Club of Boiler Room maar voor een meer gitaargerichte start kon je rekenen op Circa Waves. Zij zetten de Main Stage voor het eerst dit jaar op gang en trokken behoorlijk wat nieuwsgierigen. Safi opende dan weer de Dance Hall en zette Limburg aan het dansen.

Walk Off The Earth

Daarna was het de beurt aan Walk Off The Earth, de band die in België (en de rest van de wereld) vooral bekend staat om z’n cover van Gotye’s Somebody That I Used To Know. Die eigenzinnige herinterpretaties leverden hun geen windeieren: ze bouwden een paar eigen albums en kwamen de nieuwe muziek in Kiewit voorstellen. Je moet niet veel muziek van Walk Off The Earth kennen om al snel aangestoken te worden door de bakken energie die door deze groep van vijf multi-instrumentalisten stroomt (ze leverden trouwens ook al zo’n verdienste op Werchter in 2016).

De wei werd er onbetamelijk blij van en dat verdreef de hitte van de namiddag. Die éne cover speelde Walk Off The Earth niet, maar wel een felgesmaakte ‘Shape of You’ die Ed Sheeran waarschijnlijk zelf niet meer zou herkennen. Ze stonden met negen op het podium, ze timmerden een stevige set in elkaar en lieten het Belgische publiek met een serieus pak energie achter … wat kan je meer verwachten van de Canadezen?

Keuzes, keuzes

Vervolgens werd het tijd voor moeilijke keuzes: blijven zitten voor Floggin’ Molly, maar ook meteen al ietsje dichter aanschuiven voor Dua Lipa of toch maar door naar de Marquee voor Thunderpussy? Die laatste beschrijven zichzelf wel eens als “not for pussies” en zijn meteen verantwoordelijk voor de hardste gitaarriffs van het festival.

Floggin’ Molly deed dan weer waar ze het best in zijn: folk overgieten met een stevige dosis punk en dat wortel laten schieten in Ierland. De Amerikanen zijn misschien iets beter op hun plaats in een donkere tent, niet op de Main Stage op klaarlichte dag (of beter nog: een pub) maar dat liet alvast niet deren.

Dua Lipa

Rag and Bone Man stond nadien op de Main, maar daar was het op dat moment eigenlijk al aanschuiven voor de enige echte Dua Lipa. De zangeres is pas 23 maar mag zichzelf rustig de eerste echte grote act van de avond noemen en daar was ze duidelijk ook op voorbereid. De honderden bordjes met ‘mwah’ op werden gretig beantwoord met eerste nummer ‘Blow Your Mind’ en sindsdien stond de weide van Pukkelpop onder electriciteit.

Want (zoals je trouwens ook in onze recensie kon lezen), perfect is het zeker niet maar Dua Lipa kan wél zingen en ze heeft intussen wel genoeg hits om ze over een set van een uur te kunnen spreiden. Bij ‘Be The One’ begon het zachtjes te kolken ter hoogte van de Main Stage, tegen dat een triomfantelijk ‘IDGAF’ was overgegaan in ‘New Rules’ zag Pukkelpop sterretjes.

newsmonkey

Tourist LeMC

Wie geen zin had in een dosis pop, of geen zin had in de volgende act The War On Drugs, kon tussendoor even gaan loeren bij het énige optreden dat Tourist LeMC dit jaar geeft. Dat mocht hij doen in de Dance Hall en die stond afgeladen vol, deels met Dua Lipa-fans op zoek naar een nieuwe missie, maar grotendeels met mensen die gekomen waren voor deze troubadour.

Tourist opende met ‘Antwerps Testament’ en ging via ‘Mijn Stad’ en ‘En Route’ (zodanig hard meegeroepen dat we een registratie op de schaal van Richter vermoeden) naar ‘Koning Liefde’. Rap en schoonheid: het gaat vlot samen, maar de akoestiek van de Dance Hall was niet gewend aan intieme lyriek. Dat de Boilerrroom intussen ook met problemen kampte, verbeterde het er niet op. Het mocht niet deren: ter hoogte van ‘Horizon‘ (met Wally) zaten de Antwerpse harten weer vol liefde voor Johannes Faes. Hij kondigde terstond een nieuwe plaat aan: op 18 januari wordt die voorgesteld in de Lotto Arena.

newsmonkey

The War On Drugs

En toen was het weer tijd voor Grote Namen: The War On Drugs stond op de Main Stage en daar kwam verdomd veel volk naar kijken. Dat de diepe gitaren van frontman Adam Granduciel over de wei mochten zweven bij zonsondergang, zorgde voor een perfecte atmosfeer. Elf nummers speelde The War On Drugs en het leek één lange, zalige trip.

Korte nummers, dat kent Granduciel niet, bij ‘Thinking Of A Place’ gingen we de tien minuten voorbij en het publiek smeekte maar om meer. Afgemeten, nee, met de deugd van langzaam wegsmeltende zomerbries. Bij Under The Pressure sidderde de hele weide mee met het kunnen van The War On Drugs: een concert om duimen en vingers bij af te likken.

Trixie Whitley

Wie na die trip zin had in nog wat diepgang, kon bij Trixie Whitley terecht. De Belgische die haar muzikaal talent uitbroedt in New York heeft daar een derde plaat gemaakt en het is best dat die in een tent werd gebracht. Alle nummers die je van Whitley kende, werden uitgekleed, gestript, in donkere, dikke verf gedopt en opnieuw gestript: door merg en been, een hele transformatie voor Trixie Whitley.

Was het voor iedereen? Misschien niet, hoewel Whitley’s platen gestaag donkerder geworden zijn, is dit toch een serieuze stap. Maar na de afsluiter ‘Breathe You In My Dreams’ (onherkenbaar met een orgel) konden we enkel vaststellen dat het een concert met impact was. Wie daar in de tent stond, bleef zestig minuten gehypnotiseerd door Whitley’s zanglijnen.

Arcade Fire

Toen moest het circus dat Arcade Fire heet, nog op gang trekken. Wie de felgesmaakte passage in Antwerpen eerder dit jaar miste, kon dat op Pukkelpop inhalen en voor wie er al bij was is het een gesmaakte tweede zit. Arcade Wie? Zelf als je de eerste EP Funeral en roemrijke opvolgers The Suburbs en Neon Bible gemist hebt, kon je vorig jaar niet voorbij oorwurm ‘Everything Now’.

Daarmee trokken Win Butler en dezijnen hun zelfgebouwde circus ook meteen op gang. De Canadezen trokken naar goede gewoonte alles uit de kast: glitterbollen, glitteroutfits … tja, glitter-alles eigenlijk en stapels energie. Arcade Fire staat met negen man op het podium en Win Butler mag dan frontman zijn, qua showmangehalte moet de rest niet onder doen. ‘Rebellion (Lies!)’ was het eerste hoogtepunt (Butler sprong spontaan het publiek in), maar de elektriciteit liep helemaal door tot in ‘The Suburbs’.

Fans weten het: de combinatie van ‘The Suburbs’ en ‘Ready To Start’ leidt al eens tot explosieve fenomenen en dat was deze keer ook waar: je kan erop rekenen dat het publiek uit z’n dak gaat. En toen ging de versnelling niet meer naar beneden. Régine Chassagne mocht haar uitzonderlijke stem (en discobaloutfit) bovenhalen in ‘Sprawl II (Mountains beyond Mountains)’ en ‘Reflektor’ en de armen gingen omhoog voor ‘Creature Comfort’. Toen volgde nog een heerlijk bisrondje met een grotendeels door het publeik gezonden versie van ‘Everything Now’ en een meegeschreeuwd ‘Wake Up’. Als Arcade Fire elk Belgisch festival aandeed, zouden wij een heel dure zomer tegemoet gaan.

Meer
Lees meer...