Hoe is het zover kunnen komen: betalen om boterhammen te mogen opeten op school

Van 25 cent tot 1,50 euro per dag: zoveel kost het in sommige scholen om kinderen hun boterhammen te laten opeten. Iets dat aardig kan oplopen tegen het eind van het schooljaar: 60 tot 270 euro. Hoe kan dat nu? 

Omdat middagtoezicht uit het takenpakket van de leerkrachten is gehaald. “De taak van leerkracht is lesgeven, geen toezicht houden”, zegt de Christelijke Onderwijsbond (COV).

Daardoor telt toezicht tijdens de middagpauze nu als buitenschoolse opvang, en dat heeft zo zijn prijskaartje. Eentje dat (mee) betaald wordt door de gemeenten, en verschillende daarvan zitten in financiële problemen. Om de kosten te helpen dragen, wordt een bijdrage gevraagd aan de ouders, gaande van 25 cent per dag tot 1,50 euro per dag.

“Redelijk bedrag”

Dat is nog altijd minder dan de bedragen voor voor- en naschoolse opvang: volgens Kind en Gezin kost dat 0,77 euro per begonnen halfuur. Doorgerekend naar een middagpauze duurt een uur tot anderhalf uur zou dat betekenen: 1,54 tot 2,31 euro per uur. 

Dit is natuurlijk enkel het prijskaartje voor de ouders, de werkelijke kost voor gemeenten (en dus de verhouding die de ouders betalen) is niet bekend. “Als ik zie wat er gevraagd wordt, dan vind ik dat redelijk”, zegt Jan Leroy van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten. “Dat is toch normaal: die taak moet uitgevoerd worden, en niemand werkt gratis”, aldus nog het COV. 

Extra betalen voor iets dat bijna onvermijdelijk is

Die ‘boterhamtaks’ mag dan wel minder zijn dan andere opvang, het komt toch maar weer bovenop de andere kosten. Zeker voor de ouders die nu al met moeite de eindjes aan elkaar kunnen knopen, komt dat hard aan.

In tegenstelling tot de andere vormen van opvang, zijn er weinig alternatieven voor de middagpauze. De ouders werken, en meestal niet in de buurt van de school. De eigen middagpauze gebruiken om de kinderen op te vangen is dus niet vaak een optie. Voor de rest moet je al geluk hebben dat er grootouders zijn die je kind tijdens de middagpauze willen en kunnen opvangen: omdat ze in de buurt wonen of omdat ze het kunnen halen en brengen met de auto. Ook niet altijd evident. 

Bovendien: de middagpauze missen is ook speeltijd met vriendjes en vriendinnetjes missen. Dat kinderen over de middag op school blijven is dus de norm… en net dat wordt dan betalend. 

Wat met de maximumfactuur?

Ons onderwijs is gratis. Of toch in die mate dat er geen inschrijvingsgeld moet worden betaald. Voor extra’tjes wordt wel geld gevraagd aan de ouders, zoals schoolreizen en educatieve uitstappen, maar dat is geplafonneerd (‘de maximumfactuur’): 25 tot 40 euro per jaar in de kleuterklas, 70 euro per schooljaar in het lager (met een maximum van 400 euro over de zes jaren). Schooluitstappen die volledig buiten de schooluren vallen, vallen daar niet onder en ook materiaal dat de leerlingen nodig hebben om de eindtermen te halen mag niet aangerekend worden.

De ‘betalende boterhammen’ doen wel vragen rijzen: dit is tijdens de schooluren, de kinderen kunnen nergens naartoe. Hoort dat dan bij de maximumfactuur of niet? Betekent dat dat kinderen niet meer op schoolreis zullen gaan? Daarover is nog geen eensluitend antwoord. 

Alternatief?

“Maar wat is het alternatief?”, vraagt de VVSG. “De VVSG heeft twee jaar geleden al gewaarschuwd dat er een probleem zat aan te komen voor lokale besturen, onder meer ook door de oplopende pensioenfactuur. Nu zie je dat er ingegrepen wordt. Bij lokale besturen hebben zulke ingrepen voor gevolg dat ze altijd direct voelbaar zijn voor de burger. Maar de besturen zitten tussen hamer en aambeeld. Ze moeten een budgettair evenwicht halen.Dan dringen zich keuzes op. Moet de hele bevolking opdraaien voor een dienstverlening waar slechts enkelen gebruik van maken, of moet de prijs verhoogd worden voor wie effectief van een dienst gebruik maakt?

De verontwaardiging zit vooral in het feit dat de ouders niet beseffen dat het een extra kost is geworden, omdat hun eigen leerkrachten het niet meer mogen doen. “De ouders denken gewoon dat de leerkrachten het doen”, met andere woorden dat het bij de school hoort en inbegrepen is. Dat is dus niet (meer) zo. 

Geen nood, koningin Fabiola heeft de oplossing