De weg naar onafhankelijkheid is niet altijd rechtlijnig. De leeftijd waarop jongeren hun ouderlijk gezin verlaten, verschilt dan ook van land tot land. Het welzijn van een land weerspiegelt de uitdagingen waarmee jongeren in Europa worden geconfronteerd. De leeftijd waarop jongeren het huis verlaten, geeft ons ook meer inzicht op cultuurverschillen.
Op welke leeftijd verlaten jongeren gemiddeld hun ouderlijk huis? Die vraag stelde Eurostat niet alleen aan de lidstaten van de Europese Unie (EU), maar ook aan de kandidaat-lidstaten. Dat zijn Montenegro, Noord-Macedonië, Servië en Turkije. Verder wordt er ook dieper ingegaan op genderverschillen en historische evolutie.
Geografische verschillen
In 2020 was in de EU de gemiddelde leeftijd van jongeren die hun ouderlijk huis verlieten 26 jaar. Dat gemiddelde varieert echter sterk tussen de EU-lidstaten. Jongeren uit Kroatië, Slowakije, Italië, Malta en Portugal verlaten hun ouderlijk huis pas vanaf het 30ste levensjaar. De jongste nestverlaters komen uit Duitsland, Estland, Finland, Denemarken, Luxemburg en Zweden, met een gemiddelde leeftijd van onder de 24 jaar. België ligt daartussen, met een gemiddelde leeftijd van 25,5 jaar.
De allerjongste jongeren die hun ouderlijk gezin verlaten, werden aangetroffen in Zweden. Daar zijn jongeren zo’n 17,5 jaar als ze alleen gaan wonen. In Luxemburg zijn ze gemiddeld 19,8 jaar. De allerhoogste leeftijd vond Eurostat in Kroatië. Daar is een persoon gemiddeld 32,4 jaar als hij of zij zelfstandig gaan wonen.
Als we naar niet EU-landen kijken, blijkt dat jongeren in de westelijke Balkanlanden het ouderlijk huis nog wat later verlaten. Vooral in Montenegro, daar is iemand gemiddeld 33,3 jaar. In Noord-Macedonië is dat 32,1 jaar en in Servië 31,2 jaar.
Als we de kaart bekijken in zijn geheel, dan zien we dat jongeren in de meest noordelijke en westelijke landen gemiddeld tot midden de twintig thuis blijven wonen. In de meest zuidelijke en oostelijke staten wordt dat eind de twintig of zelfs begin de dertig.
Verschillen tussen mannen en vrouwen
In bijna alle bestudeerde landen, en ook op EU-niveau, verlieten jonge vrouwen het ouderlijk huis eerder dan jonge mannen. De enige uitzondering op dit patroon in 2020 was Zweden, waar mannen dat op iets jongere leeftijd deden dan vrouwen. Bovendien verlieten in acht EU-landen (Kroatië, Slowakije, Bulgarije, Italië, Malta, Portugal, Spanje en Griekenland) mannen het ouderlijk huis gemiddeld na hun dertigste pas. Vrouwen daarentegen verlieten het ouderlijk huis altijd op jongere leeftijd, behalve in Kroatië.
In de EU in 2020 bedroeg de genderkloof in de gemiddelde leeftijd waarop jongeren het ouderlijk huis verlaten, 2 jaar. Die kloof was het grootst in Roemenië, zo’n 4,5 jaar. Ook in Bulgarije was die groot, zo’n 4,2 jaar. In Kroatië was die 3,1 jaar.
Wat de kandidaat-lidstaten betreft, was de kloof nog groter. In Noord-Macedonië was de genderkloof 7,3 jaar en in Servië 5,3 jaar. De kloof was het kleinst in Zweden, slechts 0,1 jaar. Andere landen dan Zweden die jonge mannen eerder uit het nest zagen vliegen dan vrouwen, zijn Luxemburg en Estland. De kloof is daar eveneens klein, 0,4 en 0,5 jaar.
Bovendien is er een sterke positieve correlatie tussen de gemiddelde leeftijd van jongeren die het ouderlijk gezin verlaten en de omvang van de genderkloof. In de landen waar de gemiddelde leeftijd van jongeren die het ouderlijk huis verlaten hoger is, blijkt de genderkloof ook groter.
Ontwikkeling door de jaren heen
De grafiek hieronder toont de evolutie van de gemiddelde leeftijd van jongeren die het ouderlijk huis verlaten op EU-niveau. Wat mannen betreft, verlieten zij hun ouders in 2006 op 28-jarige leeftijd. Dat was het hoogste punt sinds 2002. Daarna begon de leeftijd te dalen tot zijn laagste punt in 2019, toen de leeftijd 27,1 jaar was.
In 2020 steeg de leeftijd van mannen die het ouderlijk huis verlieten met 0,3 jaar. Dat is de grootste stijging sinds 2005.
De evolutie van de leeftijd van vrouwen die het ouderlijk huis verlaten, vertoont niet zo veel schommelingen door de jaren heen. De leeftijd schommelt zowat tussen 25,1 en 25,5 jaar. Toch is ook deze leeftijd tussen 2019 en 2020 met 0,2 jaar gestegen, wat ook de grootste stijging is sinds 2005.
Deze laatste ontwikkeling zou een weerspiegeling kunnen zijn van de situatie rond de Covid-19-pandemie. Die heeft jongeren wellicht doen twijfelen over wat de beste keuze was op dat moment: verhuizen of wat langer bij hun ouders thuis blijven wonen.
Over het algemeen is de gemiddelde leeftijd in de twaalf EU-landen de voorbije tien jaar wel gedaald. De grootste daling werd in Luxemburg genoteerd. Jongeren gaan daar nu 6,4 jaar eerder uit huis. In Zweden is dat 2,8 jaar eerder en in Estland 2,3 jaar.
NEET-jongeren
Landen waar jongeren hun ouders pas op oudere leeftijd verlaten, hebben grotere kans op een hoger NEET-percentage. NEET betekent Not in Education, Employment or Training. Met andere woorden, NEET-jongeren zijn jongeren die niet aan het werk zijn en ook geen onderwijs of opleiding volgen.
De onderstaande grafiek toont de correlatie tussen de leeftijd van jongeren die het huis verlaten en het NEET-percentage van een land. Hoe steiler de lijn, hoe sterker de correlatie. Deze lijn vertelt ons dat landen waar jongeren pas op latere leeftijd uit het huis trekken, een hoger NEET-percentage hebben.
Zo verlaten jongeren in Luxemburg en Zweden het ouderlijk huis gemiddeld op jongere leeftijd dan hun leeftijdsgenoten in andere landen. Tegelijk hebben Luxemburg en Zweden een van de laagste NEET-percentages, namelijk 7,7 procent en 7,2 procent. Anderzijds hebben Montenegro en Noord-Macedonië een hoog NEET-percentage. Beide liggen rond de 26 procent. Tegelijkertijd hebben de jongeren uit deze twee landen de hoogste leeftijd waarop ze het ouderlijk huis verlaten.
(tb)