De federale regering maakt de toegang tot het leefloon voor nieuwkomers moeilijker. De ministerraad gaf eerder deze week groen licht voor nieuwe regels die het recht op sociale bijstand nauwer koppelen aan integratie-inspanningen. Voor erkende vluchtelingen wordt een verplicht traject ingevoerd, terwijl andere categorieën vreemdelingen tot vijf jaar zullen moeten wachten.
Voor erkende vluchtelingen verandert er de komende maanden heel wat. Hun recht op een leefloon zal voortaan rechtstreeks verbonden zijn aan een zogenaamd versterkt integratietraject. Dat traject wordt uitgewerkt in samenwerking met de deelstaten, die bevoegd zijn voor inburgering.
Het uitgangspunt is dat sociale steun niet langer automatisch wordt toegekend. Vluchtelingen zullen actief moeten aantonen dat ze willen deelnemen aan de samenleving. Dat houdt onder meer in dat ze de landstaal leren, een inburgeringscursus volgen en zich inspannen om werk te vinden.
Sancties bij onvoldoende inspanningen
Wie het integratietraject weigert of volgens de bevoegde diensten onvoldoende inspanningen levert, riskeert een financiële sanctie. In dat geval kan tot een derde van het leefloon worden ingehouden.
Opvallend is dat de maatregel niet enkel geldt voor nieuwe aanvragen. Ook erkende vluchtelingen die vandaag al een leefloon ontvangen, zullen onder het nieuwe systeem vallen en aan de extra voorwaarden moeten voldoen.
Vijf jaar wachttijd voor andere nieuwkomers
Naast de aangescherpte regels voor vluchtelingen wil de regering ook de toegang tot sociale bijstand voor andere groepen nieuwkomers beperken. Het gaat onder meer om studenten uit niet-EU-landen en EU-burgers die in België verblijven zonder actief naar werk te zoeken.
Voor deze groepen wordt een wachttijd van vijf jaar ingevoerd voordat ze recht kunnen krijgen op een leefloon. Voor de meest kwetsbare situaties blijven uitzonderingen mogelijk, maar het algemene principe is dat nieuwkomers eerst een langdurige band met het land moeten opbouwen voor ze aanspraak kunnen maken op sociale bijstand.