Als het van minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open Vld) afhangt, zullen zwangere vrouwen in de toekomst langer aan het werk kunnen blijven. Vrouwen die jobs uitoefenen die risico’s inhouden tijdens de zwangerschap moeten nu vaak te lang gedwongen thuiszitten, waardoor ze terugvallen op een uitkering. Die uitkeringen liggen een pak lager dan het werkelijke loon. De Block wil daar nu dus iets aan doen.
“We willen vrouwen de kans geven langer te werken en daar is een mentaliteitswijziging voor nodig”, stelt minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open Vld) in La Libre Belgique. Ze heeft het dan niet over het zwangerschapsverlof maar de zogenaamde ‘werkverwijdering’. Bij die werkverwijdering zitten vrouwen vervroegd thuis omdat hun job risico’s inhoudt, zoals bijvoorbeeld fysiek zware jobs of jobs waarbij de vrouw in aanraking kan komen met gevaarlijke stoffen.
“Het kost handenvol geld”
Probleem daarbij is dat de zwangere vrouwen in die periode moeten terugvallen op een uitkering, die slechts 78 procent van het werkelijke loon bedraagt. Komt daar nog eens bij dat er te veel wordt teruggegrepen naar die werkverwijdering, “ook bij beroepen waar er geen gevaar is voor de ongeboren baby”, duidt De Block. Daardoor missen niet alleen de vrouwen dus een stuk loon, het “kost ook handenvol geld aan de ziekteverzekering”. Volgens De Block zouden vrouwen zo soms zelfs een promotie aan zich voorbij zien gaan.
De Block vraagt dan ook “eerst naar andere oplossingen te zoeken, in plaats van iemand zomaar te verplichten thuis te blijven”. Andere jobs binnen hetzelfde bedrijf kunnen een alternatief bieden. Zo zijn er al bedrijven die naar oplossingen zoeken voor de zwangere vrouwen. Maar dat is niet overal zo.
Campagne
“In sommige ziekenhuizen wordt er bijvoorbeeld tijdelijk een andere functie gezocht voor een zwanger personeelslid, in andere moet ze meteen thuisblijven”, legt Audrey Dorigo, woordvoerdster van minister De Block, uit in Het Nieuwsblad. “Daarom is een sensibiliseringscampagne nodig.” En die campagne wordt nu dus door De Block opgenomen in haar beleidsnota voor 2018.