“Wat bezielde Vuye”, schrijft professor Carl Devos op deredactie.be, als reactie op mijn interview in De Standaard van vorige donderdag (8 januari) over de tax shift. De titel van het stuk staat alvast stijf van de academische sérieux: ‘Winderige kleuterpolitiek’.
N-VA is zich, volgens Devos althans, aan het herpositioneren. Er bestond namelijk, “bij N-VA, tot bij voorzitter De Wever toe, een grote afkeer voor vermogenswinstbelasting”. Nu is er een bocht. In De Morgen van 12 januari luidt het zelfs: “Wat een triest schouwspel. Zucht. Aanschouw volk uw leiders. Met hun kleuterpolitiek. Die verdient de inkt van dit papier niet”. Maar misschien zien politicologen ‘bochten’ daar waar de weg gewoon rechtdoor loopt?
Wat bezielt mijn partijvoorzitter?
Het is Devos ontgaan, maar ik deed vorige donderdag niets anders dan recidiveren. Al op 13 november 2014 heb ik tijdens het vragenuurtje in de Kamer uitvoerig het standpunt van N-VA over de tax shift toegelicht. Ik deed dit nummer nog eens over op 17 december tijdens het begrotingsdebat. Ik heb dit standpunt op 18 december een derde maal toegelicht, deze keer in Villa Politica. Telkens werd hierover bericht in de media.
Van een ‘bocht’ is in het interview met De Standaard dus geen sprake. Sterker nog, ondanks de grote aversie die Carl Devos bij N-VA-voorzitter Bart De Wever ontwaart jegens de tax shift, word ik nooit tegengesproken door mijn voorzitter. Gek toch? Wat bezielt mijn partijvoorzitter?
Geen taboe
Nog gekker wordt het wanneer men bedenkt dat ook minister Johan Van Overtveldt (N-VA) op 13 december in de Kamer verklaart een vermogenswinstbelasting niet uit te sluiten. Meer nog, zelfs tijdens de verkiezingscampagne heeft N-VA dit standpunt vertolkt. Zo verklaarde Veerle Wouters, ondervoorzitter van de Kamerfractie, tijdens het fiscaal verkiezingsdebat aan UAntwerpen dat N-VA “nooit heeft gesproken over een vermogensbelasting, hoogstens een vermogenswinstbelasting” (1:14).
Ook toen was een vermogenswinstbelasting dus geen taboe. Het debat werd georganiseerd op 19 februari 2014. Bijna een jaar dus voor de zogenaamde bocht in mijn interview. Waar politicologen bochtige politieke paden zien, loopt de weg gewoon rechtdoor.
In de congresteksten van januari/februari 2014 staan een aantal principes over belastingen. Men leest er onder meer dat belastingen ‘rechtvaardiger’ moeten zijn. N-VA opteert voor eerlijke belastingen. Dat de belastingdruk in de personenbelasting naar beneden moet en dat de lasten op arbeid moeten verminderen, leest men ook in de congresteksten.
Geen toegeving
De tax shift is dan ook geen toegeving van N-VA aan andere partijen, maar wel degelijk een realisering van het N-VA-programma. Een vermogenswinstbelasting is bespreekbaar in het kader van een tax shift.
Of zoals ik het formuleerde in Villa politica van 18 december: “Ik heb de perimeter al een paar keer geschetst. Echt een tax shift, geen verhoging van belasting. We moeten duidelijk gaan naar een verlaging van lasten en belastingen op arbeid en eventueel ook een verschuiving naar milieubelastingen, belastingen op consumptie edm. Een echte tax shift dus. Een vermogensbelasting is iets anders dan een vermogenswinstbelasting. Een vermogensbelasting daar zeggen wij ‘nee’”. Kan het didactischer? Vermogensbelasting: neen. Tax shift: bespreekbaar. Vermogenswinstbelasting: bespreekbaar binnen een tax shift.
Devos, en met hem vele anderen, vergissen zich als ze de tax shift eendimensionaal invullen als een vermogenswinstbelasting. Zo schrijft Carl Devos over mijn interview: “Een zin valt moeilijk te begrijpen, maar misschien ging het om een lapsus: ‘ik wil de discussie rond de tax shift en de vermogenswinstbelasting loskoppelen van elkaar’”. Dit is evident geen lapsus.
Zuiver debat
Een tax shift impliceert een verschuiving van het belasten van arbeid naar het belasten van consumptie (bv. BTW, accijns), naar milieubelastende activiteiten (milieufiscaliteit) en eventueel ook naar vermogensrendement (vermogenswinstbelasting). De vermogenswinstbelasting is dan ook geen synoniem van een tax shift, maar enkel een mogelijk onderdeel ervan. Helaas wordt het debat over tax shift al te vaak gereduceerd tot het invoeren van vermogenswinstbelasting. Wie een zuiver debat wil voeren, moet beide zaken loskoppelen.
Overigens, de OESO, de Europese commissie en IMF interpreteren tax shift helemaal niet als synoniem van vermogenswinstbelasting. Een tax shift is veel meer dan het invoeren van een nieuwe belasting, het gaat om een fundamentele hervorming van het belastingstelsel.
In het rapport van de Hoge Raad voor Financiën staat over de tax shift te lezen dat het grote probleem van het huidige belastingstelsel is dat de grondslagen erg smal zijn, maar de tarieven hoog. Arbeid wordt in België zwaar belast. De vennootschapsbelasting zit internationaal bekeken in de middenmoot. Vermogensbelasting zit ook hoog. Het aandeel consumptiebelastingen is geringer en, naar internationale standaarden, is de milieufiscaliteit laag.
Moeilijke en technische operatie
Voor N-VA is een tax shift een verschuiving van de belastbare grondslag van arbeid naar consumptie, milieu en vermogenswinst. Zo wordt de belastbare grondslag verbreed van arbeid, naar andere grondslagen. Niet alleen de 4,5 miljoen werkende actieven (waarvan dan nog een flink deel ambtenaren) zullen de sociale zekerheid financieren, maar de brede bevolking van actieven en niet-actieven. Bedoeling is helemaal niet om een nieuwe bijkomende belasting, de vermogenswinstbelasting, in te voeren, maar wel om arbeid minder te belasten.
Een tax shift is een moeilijke en technische operatie die flink wat tijd en denkwerk zal kosten. Vele wegen liggen nog open en meerdere pistes zijn denkbaar. Het doel ervan is de verlaging van lasten op arbeid en uiteindelijk ook jobcreatie, en niet een simpele takscreatie. Belastingen zijn er in dit land al genoeg. En als puntje bij paaltje komt, is elke belasting een aanslag op ons vermogen.
Hendrik Vuye
Fractievoorzitter N-VA Kamer