Na klachten over seksuele intimidatie blijkt dat UGent-prof ook relatie had met eigen doctoraatsstudente

De omstreden UGent-professor die onder andere beschuldigd wordt van seksuele intimidatie had vijf jaar geleden blijkbaar ook een relatie met een doctoraatsstudente waarvan hij promotor was. De UGent liet een risicoanalyse uitvoeren van de man om “te bekijken of extra stappen nodig zijn.” Hoewel de professor zelf niet reageert, deed hij wel afstand van een deel van zijn takenpakket. Hij mag van de universiteit ook niet langer alleen doctoraatsstudenten begeleiden.

Eind 2015 ontving de Universiteit Gent informele kanalen klachten over machtsmisbruik en seksuele intimidatie door een professor van de vakgroep Letterkunde. “Het universiteitsbestuur heeft niet op een formele klacht gewacht, maar heeft meteen gesprekken gevoerd met alle betrokken partijen, en de nodige maatregelen genomen om herhaling te voorkomen”, zegt Stephanie Lenoir, persverantwoordelijke van UGent.

Intussen is ook bekend geraakt dat de bewuste professor zo’n vijf jaar geleden ook een relatie heeft gehad met een doctoraatsstudente waarvan hij zelf promotor was. Toen de voorzitter van de vakgroep Letterkunde, Benjamin Biebuyck, enkele maanden geleden lucht kreeg van de relatie, ondernam hij meteen stappen. “Enkele maanden geleden kreeg ik van een collega te horen dat hij vijf jaar geleden een relatie had met een doctoraatsstudente. Aangezien hij zelf de promotor was, heb ik hem daar meteen op aangesproken. Hij heeft toen ontslag genomen als bestuurslid van de faculteit.”

Daarnaast zou de professor “uit eigen initiatief een deel van zijn takenpakket hebben afgestaan”, aldus UGent-rector Anne De Paepe. De professor mag in afwachting van een onderzoek niet langer alleen doctoraatsstudenten ontvangen en begeleiden.

Doofpotoperatie?

Het bewuste dossier zou in januari 2016 aan de rector zijn overgemaakt, maar kwam afgelopen vrijdag in het nieuws omdat nieuwssite Apache vreesde dat de UGent een doofpotoperatie aan ’t uitvoeren was. Zoals uit bovenstaande reacties blijkt, ontkent de UGent dat in alle toonaarden. Maar volgens Apache zouden minstens dertien studenten klachten over de bewuste professor hebben én klagen collega’s aan dat de procedure niet transparant is.

In het Gentse Universiteitsblad Schamper bevestigt één van de slachtoffers en ex-doctoraatsstudent nu die doofpotoperatie, in lijn met de vrees van Apache. “Ik heb nooit getuigd omdat ik wist dat dit op alle niveaus zou worden gesust.” Blijkbaar zou rector De Paepe al in september op de hoogte geweest zijn van de klachten en niet pas in december. Iets wat ze ook aan Schamper toegeeft: “Het klopt dat daar een aantal maanden zijn over gegaan, omdat men eerst die mensen heeft moeten overtuigen om te komen praten. Naar mijn aanvoelen is de situatie binnen die vakgroep ook al veel langer gaande dan het ogenblik waarop ik daarover ingelicht werd.”

Toch bizar, want in een eerste reactie van de UGent werd beweerd dat de rector pas in april 2016 lucht had gekregen van de zaak. Een dag later werd dat al aangepast naar januari 2016 en nu blijkt dus dat ze in september 2015 al op de hoogte was.

Getuigen

Ook heeft ze, in tegenstelling tot eerdere beweringen, niet het verhaal van alle getuigen gehoord. Het is niet duidelijk hoeveel klachten er in ’t geval van deze professor precies zijn binnengekomen, hoewel het er volgens rector Anne De Paepe minstens zes zouden zijn. “Zodra die signalen kwamen, heeft de rector alle betrokkenen uitgenodigd voor een gesprek”, aldus UGent-woordvoerster Stéphanie Lenoir in de krant het Nieuwsblad.

Maar volgens Apache heeft ze ze niet allemaal gehoord en aan Schamper legt de rector dat als volgt uit: “Ik wist genoeg om te begrijpen waarover het ging. Uit de communicatie was het voor mij duidelijk dat er een zeer hoge drempel was om met ons te komen praten. Ik had voldoende informatie, en wilde dat meisje niet nog eens confronteren met de situatie. Ik was zelf enorm aangeslagen, gechoqueerd zelfs, en zou als vrouw in die situatie ook niet de energie hebben om daarover met eender wie te gaan praten. Ik heb met twee doctorandi contact opgenomen en er is één van die twee mensen langsgekomen. Die heeft haar hele verhaal gedaan en sprak de facto voor hen beiden.”

“Kromme structuren en hiërarchieën”

En klachten over de prof in kwestie zijn niet het enige probleem, want “het eigenlijke verhaal beperkt zich niet tot één betrokken professor, maar gaat vooral over kromme universitaire structuren en hiërarchieën die machtsmisbruik in stand houden én verzwijgen”, legt een ex-slachtoffer de vinger op de wonde. Een probleem dat de rector ook erkent: “We hebben nog een lange weg te gaan. Daar is te lang een machocultuur geweest. We moeten durven praten. Ik probeer en wil daar verandering in brengen, maar dat is niet gemakkelijk.”

De universiteit heeft vorig jaar extern een risicoanalyse besteld. Dat deden ze onder meer op vraag van de vakbonden. ACOD-er Jan Dumolyn legt uit dat “ze dat enkel doen als er iets grondig schort met de cultuur. Als er sprake is van machtsmisbruik, machogedrag en pesterijen.” Verder wijst hij erop dat “uit onderzoek is gebleken dat 30 procent van de doctorandi zich slecht in zijn vel voelt. Er bestaan structurele problemen in de machtsverhouding tussen promotoren en doctorandi. Al zeker als die laatsten vrouwen zijn. Het komt weinig tot formele klachten omdat ze vrezen voor hun carrière.”

En net het gebrek aan formele klachten, belemmert rector De Paepe om stappen te ondernemen tegen de bewuste professor. “Ik kan hem alleen vragen om een stap opzij te doen. Het ligt buiten mijn bevoegdheid om hem daartoe te verplichten: dat kan alleen een rechtbank of een tuchtcommissie.” Maar op basis van de resultaten van de risicoanalyse zal gekeken worden “of extra stappen nodig zijn”, aldus woordvoerster Stéphanie Lenoir.