De Franstalige socialisten zitten midden in een verwoestende storm: de Publifin-affaire. Minister Paul Furlan (PS) nam al gedwongen ontslag, maar de echte vraag is of de échte top, Paul Magnette en Elio Di Rupo, de crisis overleeft. Want hoe langer hoe meer kruipt de crisis tot aan die twee leiders van de PS.
Het zijn twee sterke mannen vandaag, twee PS’ers uit Henegouwen ook: Paul Magnette en Elio Di Rupo. Zij en niemand anders hebben alles te zeggen bij de Franstalige socialisten. Maar beiden dreigen nu zware schade op te lopen in de Publifin-zaak.
Die draait rond de intercommunale Publifin, die gas, elektriciteit en ook de kabel tot bij heel veel Walen brengt en waar tientallen lokale politici via de adviesraden meer dan een aardige zakcent opgestreken en zichzelf verrijkten. Want per maand kregen ze tussen de 1.300 en 2.800 euro, om in die raden te zitten. Maar in praktijk waren ze er heel vaak niet of kwamen de raden zelf nooit samen. Het bedrijf wordt gedomineerd door de PS uit Luik.
Zowel PS-voorzitter Elio Di Rupo als Waals minister-president Paul Magnette zetten nu alles op alles om zichzelf en hun partij ’te zuiveren’ in de zaak: alle PS’ers hebben ontslag genomen in de raden van Publifin, en er komen veel strengere regels over bijverdienste in dit soort bedrijven. En gisterenochtend gooide ook Paul Furlan, de minister van Lokale Besturen, die toezicht had moeten houden op die lokale bestuurders, de handdoek in de ring. Hij stond onder grote druk om ontslag te nemen.
Maar vraag is of Di Rupo en Magnette zelf overleven. Als voorzitter zit Elio Di Rupo er tot over z’n oren in. Zich wegsteken en zeggen dat hij niet op de hoogte was van heel de zaak, kan hij niet: al z’n leden betalen 10 procent van hun inkomsten aan de partij. Di Rupo z’n kas werd dus gespekt vanuit Publifin, met al die mandaten voor PS’ers.
Het voorzitterschap te veel?
Di Rupo ligt al langer intern onder vuur: na 2014 kreeg hij toch felle kritiek, want z’n premierschap kostte de PS veel stemmen, was de analyse van partijgenoten, onder meer Paul Magnette. Maar het lukte de voormalige eerste minister om op zijn leeftijd (de zestig ruim voorbij) toch nog opnieuw voorzitter te worden. Alleen, hij moest voortaan Paul Magnette naast zich dulden: die werd de sterke man in de Waalse regering.
En zeker na de hele heisa rond het handelsakkoord met Canada, het fameuze CETA-akkoord, was Magnette dé nummer één geworden bij de Franstalige socialisten. Maar nu krijgt ook hij een forse klap. Want het is in zijn regering, met zijn minister Furlan, dat het schandaal losbarst.
En er is meer. Het was diezelfde Magnette, die als minister van Energie in 2008 de wetgeving zo aanpaste dat intercommunales zoals Publifin plots met de tarieven konden gaan spelen en véél meer geld konden gaan verdienen. Het zou gaan om 20 miljoen euro per jaar voor Publifin, zo becijferde L’Echo. In de kering gaat het dus om 140 miljoen euro, die Magnette de Luikse PS ‘cadeau’ deed.
Magnette maakte er gisteren dan plots ook een communautaire zaak van. Hij weigerde plots bij VTM een interview in het Nederlands te doen. “Ik ben de kritiek vanuit Vlaanderen over de maffia enzovoort beu”, zei hij boos.
Maar vraag is of die strategie om op Vlaanderen te kloppen gaat werken. Di Rupo én Magnette moeten nu alle zeilen bijzetten om de storm door te varen. “Het is niet omdat er één spookrijder is dat alle auto’s op de weg verkeerd rijden”, zo verdedigt Di Rupo zijn aanpak. Hij noemt z’n plan om z’n partij te zuiveren van dit soort achterkamerdeals en persoonlijke verrijking “een revolutie”. Vraag is of de top zelf die revolutie overleeft.