Israël werd afgelopen weekend opgeschrikt door een recordaantal demonstranten in de straten van Tel Aviv. De protesten, die volgens schattingen de grootste in de geschiedenis van het land waren, richtten zich tegen premier Benjamin Netanyahu en zijn regering. Aanleiding was de redding van zes gijzelaars uit een tunnel in Gaza, wat het debat over een mogelijke gijzelaarsuitwisseling opnieuw aanwakkerde.

De demonstranten beschuldigen Netanyahu ervan opzettelijk de onderhandelingen over een mogelijke gijzelaarsruil te hebben vertraagd om militaire operaties te kunnen voortzetten. Dit beleid zou andere gevangenen in gevaar hebben gebracht, zo luidt de kritiek. De Israëlische regering onder leiding van Netanyahu slaagde er meer dan een jaar lang niet in om de vrijlating van de gijzelaars te bewerkstelligen, wat de frustratie onder de bevolking alleen maar deed toenemen.

De onvrede in het land werd verder aangewakkerd door de aankondiging van een algemene landelijke staking door de Histadrut, de grootste vakbond van Israël. De vakbond benadrukte dat een wapenstilstand prioriteit moest krijgen boven economische overwegingen. De staking had een enorme impact; openbare diensten, bedrijven en het transport lagen vrijwel volledig stil.

Regeringsreactie en juridische uitspraken

De Israëlische regering reageerde scherp op de staking. Ondanks de massale steun voor de actie sprak een Israëlische rechtbank zich uit tegen de staking en beval de arbeiders terug te keren naar hun werk. Hoewel de vakbond de uitspraak respecteerde, uitte ze felle kritiek op de manier waarop de regering met de gijzeling omgaat.

Druk op regering

De massale protesten en de landelijke staking zijn een duidelijke indicatie van de groeiende politieke druk op de regering-Netanyahu. De bevolking eist niet alleen de vrijlating van de gijzelaars, maar ook een einde aan het aanhoudende conflict in Gaza.