Net voor het begin van het kerstreces heeft het kernkabinet van de regering-De Wever een definitief akkoord bereikt over de programmawet. Daarmee zijn de laatste politieke twistpunten van het jaar van de baan en is er duidelijkheid over de concrete uitvoering van het begrotingsakkoord, inclusief de veelbesproken btw-verhoging op afhaalmaaltijden.

In de nachtelijke uren kwam het kernkabinet samen om de resterende knopen door te hakken. De programmawet vormt de praktische vertaling van het meerjarenbegrotingsakkoord dat eind november werd afgesloten. Toen werd al beslist over een besparingsoefening van 9,2 miljard euro, maar verschillende technische details moesten nog juridisch worden uitgewerkt.

Duidelijkheid over afhaalmaaltijden

Een van de meest bediscussieerde maatregelen was de verhoging van de btw op afhaalmaaltijden van 6 naar 12 procent. Hoewel het principe al vastlag, zorgde vooral de vraag wat precies onder een afhaalmaaltijd valt voor discussie binnen de regering. De bedoeling was om te vermijden dat basisvoeding onbedoeld duurder zou worden.

Uiteindelijk is gekozen voor een onderscheid op basis van de houdbaarheidsdatum. Maaltijden met een houdbaarheidsdatum van minder dan twee dagen vallen onder het verhoogde btw-tarief van 12 procent. Dat geldt bijvoorbeeld voor verse sushi uit de supermarkt.

Producten met een langere houdbaarheid, zoals diepvriespizza’s, blijven buiten de maatregel en behouden het lagere tarief. Ook voor bakkers is er een uitzondering: alles wat er gekocht wordt voor het ontbijt blijft onderworpen aan 6 procent btw.