Student-verpleegkunde Boyan (25) doet studentenjob in een rusthuis, en vertelt hoe dat is voor hem

Boyan (25) zit in zijn laatste jaar verpleegkunde. Zijn hart verloor hij aan de oudjes omdat “zij een andere visie hebben op het leven dan jongeren”. Al drie jaar lang werkt hij in een rusthuis in Oostakker tijdens de vakanties en het weekend. Hij vindt het een geweldige job!

People person

“Ik ben een echte people person dus verpleegkunde was voor mij een voor de hand liggende keuze. Ik doe het graag omdat ik iets kan betekenen voor de mensen, het geeft zo veel voldoening. Ook de innovatie in de wetenschap boeit mij enorm. Dat speelt zeker ook mee, maar het menselijk contact is voor mij de belangrijkste drijfveer.”

“Ik vind het leuk om met ouderen te werken omdat ze altijd leuke verhalen vertellen. Elke dag ben ik heel geïntrigeerd door hun verhalen. We babbelen over allerlei dingen, van cliché gesprekken over het eten en het weer tot heel diepe verhalen. Ze luchten vaak hun hart over gebeurtenissen in de familie, het overlijden van een medebewoner of zelfs hun jeugdtrauma’s. Geen enkele dag ziet er hetzelfde uit als je werkt met mensen. Dat maakt de job zo fijn.”

“De meeste vrienden begrijpen zeer goed waarom ik deze job zo graag doe. Als ze het niet begrijpen vraag ik altijd waarom. Meestal hebben ze een verkeerd beeld van de ouderen. Ze denken onmiddellijk aan depressieve, slecht ruikende mensen die altijd nors en kwaad zijn. Maar niets is minder waar.”

Een vos verliest zijn streken niet

“Je komt elke dag hilarische dingen tegen. Zo moest ik eens een dame ophalen om haar te wassen. Ze lag in haar bed en ik maakte haar voorzichtig wakker. Ze gooide haar deken van haar af en had enkel ondergoed aan. Met de breedste glimlach en een knipoog zei ze: ‘Lig jij van boven of van onder?’. Ik was zo van mijn sokken geblazen dat ik een kwartier, samen met haar, in de slappe lach zat.”

“Het meest gênante was: een oudere vrouw die haar liefde aan mij verklaarde. Het was geen grap, ze meende het serieus! Ik stond daar, met mijn mond vol tanden, niet wetend wat te zeggen. Ik heb er kort met haar over gesproken en toegegeven dat ik niet goed wist wat te zeggen en dat ik later nog eens terug zou komen. Nadien ben ik naar de psychologe van onze afdeling gegaan en heb ik gevraagd hoe ik hierop moest reageren. Ik heb toen tegen de vrouw gezegd dat onze relatie strikt professioneel was en diep van binnen brak mijn hart. Het was een zeer fragiele vrouw met een zwaar verleden en dan wil je die niet kwetsen, maar je moet duidelijk en eerlijk zijn.”

De mooiste glimlach

“Het leukste aan de job is dat je voortdurend mensen helpt. Er zijn uiteraard uitzonderingen, maar de meeste mensen zijn je dankbaar voor de kleinste dingen. Ze zijn zo tevreden als je een nieuwe fles water opendraait, hun nagels knipt of het gordijn opendoet om de zon binnen te laten in hun kamer. En dan zie je hun glimlach, geweldig gewoon!”

Mijn oudjes

“Ik beschouw de bewoners niet echt als familie, ik vind dat er altijd een gezond evenwicht moet zijn tussen afstand en nabijheid. Als je jezelf alles te hard aantrekt en de dingen die op je werk gebeuren mee naar huis neemt dan heb je gegarandeerd een burn-out na enkele weken. Voor mij zijn ze wel meer dan enkel mijn werk, ik zie ze als ‘mijn oudjes’. Natuurlijk bouw je onbewust met de ene persoon een sterkere band op dan met de andere, maar dat is altijd zo als je met mensen werkt.”

Godzijdank bestaan er handschoenen!

“Mensen wassen vind ik zeker niet vies en ik doe dat op automatische piloot. Ik denk er niet over na en ondertussen praat je over de meest onnozele dingen. Als je een volle bedpan moet legen, kan er natuurlijk een serieus geurtje aan hangen. Godzijdank bestaan er handschoenen! Als je handschoenen draagt, je handen ontsmet en wast dan kan er toch niets fout gaan?”

Afscheid nemen

“Het grootste nadeel aan de job is dat je een band opbouwt met de oude mensen en dat maakt het extra lastig als de bewoners sterven. Meestal raakt het mij harder dan gedacht. Een tijd geleden was een vrouw aan het sterven en het hele weekend heb ik alles op alles gezet om haar laatste momenten mooi en draaglijk te maken. Toen mijn shift over was ging ik afscheid nemen. Ze nam mijn hand en streelde er haar kaak mee en zei ‘Bedankt voor de goede zorgen’, meteen daarna is ze gestorven. Ik ben in tranen uitgebarsten. Het is ondertussen al drie jaar geleden en ik krijg nog altijd tranen in mijn ogen als ik het vertel.”

“Sterven is deel van het leven, maar dan toch het minst leuke deel. Ik herinner mij elke persoon die gestorven is. Niet allemaal bij naam, want het zijn er heel veel, maar wel van gezicht. Ik zal hen nooit vergeten.”