Waarom Uranus volgens wetenschappers onze topprioriteit moet zijn

Eens in de tien jaar vraagt ​​NASA de National Academies of Science, Engineering en Medicine om een ​​aantal planetaire wetenschappers samen te brengen om te beslissen over de prioriteiten voor toekomstige missies in het zonnestelsel. En volgens het laatste, pas uitgebrachte rapport is de topprioriteit voor het komende decennium van ruimteverkenning het uitgeven van enkele miljarden dollars aan een nieuwe vlaggenschipmissie naar Uranus. Waarom?

Slechts één ruimtevaartuig, Voyager 2, heeft ooit de planeet Uranus bezocht, en dat was in 1986, met technologie die in de jaren ’70 werd ontwikkeld. Het bezoek was kort: Uranus was één tussenstop tijdens de grote rondreis van de missie door het zonnestelsel en de sonde deed haar waarnemingen terwijl ze onderweg was. Wat wetenschappers nu aanbevelen, is een missie die speciaal is ontworpen om alles over het Uranische systeem te bestuderen, inclusief de planeet, zijn manen en zijn ringen. Want ja, Uranus heeft ringen.

Uranus is de zevende planeet van de zon – tussen onze aarde en Uranus liggen nog Mars, Jupiter en Saturnus. Omdat het zonnestelsel constant in beweging is, verandert de afstand tussen de aarde en Uranus dagelijks. Op z’n dichtst is het nog altijd 2,6 miljard kilometer vliegen. Voor Mars is dat ongeveer 55 miljoen kilometer.

Zelfs met de beste ruimtetelescopen is het moeilijk om een ​​planeet te bestuderen die twee keer zo ver van de aarde verwijderd is als Saturnus, en veel kleiner is dan die geringde planeet. Hoewel we meer weten over het universum dan ooit tevoren, is Uranus nog grotendeels een raadsel. Noem een ​​willekeurig aspect van het Uranian-systeem en planetaire wetenschappers kunnen je een lijst met onbeantwoorde vragen erover geven.

We weten omzeggens niks

Wetenschappers vermoeden dat Uranus, net als Neptunus, is gemaakt van verschillende soorten ijs, gassen en gesteente, maar ze kunnen niets met zekerheid zeggen over de samenstelling van de wazige atmosfeer of de structuur van het interieur.

In tegenstelling tot de andere planeten draait Uranus op zijn kant, wat zomers met constant zonlicht en winters van volledige duisternis betekent. De planeet is waarschijnlijk vele eonen geleden omgestoten door een gigantische inslag, maar wat voor soort? Planetaire wetenschappers hebben geen idee hoe het magnetische veld werkt. De ringen – waar zijn ze van gemaakt? En de manen van Uranus – zouden sommige van hen ondergrondse oceanen kunnen hebben?

De beelden van Voyager toonden de zijplaneet als een grotendeels onopvallende, blauwachtige bol, maar telescoopwaarnemingen in de afgelopen twee decennia hebben intrigerende uitbarstingen van wolkenactiviteit in de atmosfeer vastgelegd.

De Uranus-missie – als NASA besluit de suggestie van de ruimtewetenschapsgemeenschap over te nemen – zou betekenen dat een ruimtevaartuig in een baan rond de planeet wordt geplaatst en zelfs een sonde in de atmosfeer wordt gedropt.

IJsreuzen zijn overal

Door Uranus te leren kennen, kunnen planetaire wetenschappers leren over een klasse van planeten die ijsreuzen worden genoemd. De ruimtegemeenschap is al redelijk bekend met de werking van de terrestrische planeten in ons zonnestelsel, zoals de aarde en Mars, en NASA is al bezig met het opzetten van nieuwe missies naar Venus. Wetenschappers hebben ook een goede greep op Saturnus en Jupiter, onze gasreuzen, dankzij toegewijde missies die jarenlang rond die planeten cirkelden. Maar Uranus en Neptunus, de ijsreuzen? Die pagina’s in ons kosmische begrip zijn bijna blanco.

En dat is frustrerend voor wetenschappers, omdat ijsreuzen misschien wel een van de meest voorkomende planeten in de Melkweg zijn. Onderzoek naar exoplaneten – planeten buiten ons zonnestelsel – heeft aangetoond dat gasreuzen zoals Saturnus en Jupiter zeldzaam zijn, maar werelden ter grootte van Uranus en Neptunus zijn overal. Dus voordat iemand de ijsreuzen daarbuiten kan begrijpen, moeten wetenschappers een van onze eigen ijsreuzen nader onderzoeken.

Tegen 2040 zijn we er (misschien)

Planetaire wetenschappers kozen om praktische redenen Uranus boven Neptunus als primair doel. Neptunus is verder. Uranus is, hoewel de planeet dichter bij de zon staat, eigenlijk kouder dan Neptunus – en, je raadt het al, wetenschappers weten ook niet waarom dat zo is. Maar met de raketsystemen die momenteel in gebruik zijn, is Uranus gemakkelijker te bereiken.

Elke missie naar de buitenste planeten kost nog steeds behoorlijk wat tijd. Als een Uranus-missie in 2031 zou worden gelanceerd, de vroegste kans die wordt voorgesteld door het National Academies-rapport, zou deze de planeet pas aan het einde van dat decennium bereiken.

(kg)

Meer
Lees meer...