Mannen die voor de klas staan zijn altijd een beetje speciaal. Niet omdat ze beter lesgeven, harder met krijtjes gooien of strenger zijn dan hun vrouwelijke collega’s. Wel als gevolg van hun groeiende zeldzaamheid. Dat bewijzen nu ook nieuwe cijfers.
Van gendergelijkheid, waar velen naar streven, kunnen we niet spreken in het Vlaamse onderwijs. Meer dan 8 op de 10 leerkrachten in het basisonderwijs en 2 op de 3 in het secundair onderwijs zijn vrouwen. Het zijn straffe cijfers die parlementslid Elisabeth Meuleman (Groen) opvroeg bij minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V).
“Dit lijkt de perceptie in de hand te werken dat mannen niet thuishoren in het basisonderwijs”, zegt Meuleman aan De Redactie. “Een beter evenwicht tussen mannen en vrouwen zorgt bovendien voor een bredere kijk op de werking van de samenleving.”
Nog wat meer cijfers: amper 17 procent van de leerkrachten in de Vlaamse basisscholen, zowel gewoon als buitengewoon, is een man. In het kleuteronderwijs is dat nog een pak lager met 3 procent. Het secundair onderwijs kan dan weer rekenen op een pak meer mannen, maar blijft ver onder de helft met 37 procent.
Toch hoeft deze scheve verhouding geen probleem te zijn voor de leerlingen zelf zegt onderwijssociologe Mieke Van Houtte van de Universiteit van Gent in De Morgen. “Er bestaat geen enkel onderzoek dat aantoont dat jongens slechter presteren omdat ze les krijgen van vrouwen in plaats van mannen.”
“Actie nodig”
Langs de andere kant versterkt de vrouwelijke oververtegenwoordiging wel het stereotiep in onze maatschappij, want als jongens geen mannelijke leerkrachten hebben, zullen ze zelf ook minder voor leraar studeren denkt ze. “Het kan het beeld in stand houden dat vrouwen vooral zorgtaken op zich nemen. Wat ons daarom wel zorgen moet baren, is dat beroepen zo worden afgebakend op basis van geslacht.”
Meuleman vraagt nu aan minister Crevits om actie, want de algemene cijfers zijn verontrustend volgens haar. Zo geven er sinds 2012 800 minder mannen les, terwijl hun vrouwelijke collega’s met bijna 1.000 in aantal stegen. In het basisonderwijs kwamen er amper 150 mannen bij, in vergelijking met zo’n 2.500 vrouwen. Meuleman vraagt om met een evenwichtig streefcijfer te werken en mannen via campagnes warm te maken om voor de klas te staan.