VOORUITBLIK 2017: newsmonkey kijkt samen met de partijvoorzitters naar ’t jaar dat komt. De hervorming van de vermogensbelasting, een meerwaardetaks, het activeren van het spaargeld: op die drie dossiers beet premier Charles Michel (MR) dit jaar z’n tanden stuk. Maar Gwendolyn Rutten (Open Vld) predikt de verzoening: “Een warm pleidooi voor meer generositeit in de regering.” “Ofwel creëer je de ruimte om naar elkaar te luisteren en dan kan je de volgende stap zetten. Ofwel lukt dat niet. Maar dan denk ik dat er nog genoeg in het regeerakkoord staat om een regering aan de gang te houden.”
“2016 was een heel vreemd jaar, en achteraf bekeken ook een moeilijk, negatief jaar. De aanslagen die we in Brussel gehad hebben, nu nog in Berlijn. Dat zet je toch wel aan het denken.”
Things can only get better?
“Ja, zo voel ik het wel. Er was ook nog de Brexit, zonder al te veel te willen terugkijken. Ik ben zelf heel overtuigd Europeaan, overtuigd ook van nood om Europees samen te werken. Ik had echt niet gedacht dat we het zouden meemaken, dat afbrokkelen van dat Europese project. Ik geloof echt in de idee een ever closer union. Of dat dan een ever closer union met 28 of meer moet zijn, dat is een andere vraag. 2016 heeft echt voor een schokeffect gezorgd, om dan maar van Trump te zwijgen.”
“Zo’n shock moeten we gebruiken als een wake-up call. In plaats van met verbijstering te staan kijken, dat te ondergaan, moeten zelf de handen uit de mouwen steken. Als dit de verandering is, hoe maken we die beter?”
Moeten we schrik hebben van Trump?
“Instinctief hebben heel veel mensen schrik, ik ook. Hij is zo onvoorspelbaar, breekt alle regels en wetten die we gewend zijn, spreekt zichzelf voortdurend tegen. En de eerste stappen die hij op het internationale toneel, wat mij het meeste interesseert, gezet heeft die zijn totaal onberekenbaar. Als je ziet hoe hij China aanpakt …”
“Wat mij het meest opvalt is de ‘nieuwe’ relatie die hij met Rusland of liever Putin wil tot stand brengen. Je krijgt in de wereld een soort ‘sterk leiderschap’-model. Met iemand die zich in de VS duidelijk ziet als een Romeinse keizer. Als je de VS als het 20e-eeuws Romeinse rijk beschouwt, dan is hij dat type: de sterke man. Met de praal en alles wat erbij hoort. En dan zie je die sterke leider ook in Rusland zitten en in Turkije. Alleen is ‘sterke leider’ misschien nog een veel te positieve connotatie. Want het creëert de illusie dat in een veranderende wereld één man, Putin op z’n paard met ontbloot bovenlijf turend naar de horizon, dat die het allemaal gaat doen. Daar geloof ik fundamenteel niet in.”
“Vanuit mijn ideologie zet ik daar een ander model tegenover: de toekomst maak je zelf. En daar steek je allemaal de handen voor uit de mouwen. Dat zie je trouwens wereldwijd: mensen wachten niet meer op antwoorden, en beginnen zelf.”
Hoe past Angel Merkel daar dan in? Is dat het Europese antwoord op die ‘sterke man’?
“Zij is een christendemocrate, ik een liberaal, dus op heel veel punten verschillen we van mening. Maar wat ze wél doet, is de Europees ideaal hoog houden. Als één van de weinige. En daarvoor verdient ze wel respect.”
“Dat is misschien wel het meest beangstigende van 2016: de wederintrede van zowel extreemlinks als extreemrechts. Terwijl we allebei weten welke verschrikkingen ze met zich meer brengen. Extreemrechts? Been there, done that, failed over de hele lijn. Extreemlinks en het communisme hebben overal ter wereld bewezen tot welke verschrikkingen ze leiden. En toch komt er dan een heimwee naar extreme antwoorden. Terwijl wat op het spel staat het voortbestaan van de liberale democratie zoals we ze kennen is.”
In de media geven we wel een podium aan extreemlinks: Raoul Hedebouw in De Slimse Mens, Peter Mertens in De Afspraak met z’n nieuwe boek?
“Ik heb er geen probleem mee dat mensen, zelfs al hebben ze een hele extreme ideologie, een boek schrijven. Dat is gewoon vrijheid van meningsuiting. Uiteraard. Dat hoort erbij. Maar wat ik wel verwacht is dat er tegengewicht gegeven wordt. Dat men er op dezelfde kritische manier naar kijkt als naar het Vlaams Belang, of naar alle andere democratische partijen. Ik voel aan dat er een soort sympathie is voor het communisme en voor extreemlinks. Ik zeg ook niet dat die mensen ook niet sympathiek kunnen overkomen hé, het zijn mensen van vlees en bloed …”
Zou u dat ooit zeggen over iemand van Vlaams Belang?
“Het is algemeen geweten dat als je in de private omgang contact hebt met Gerolf Annemans, dat een belezen en rustig man is. Maar dat wil niet zeggen dat zijn ideologie verschrikkelijk is en ik er nooit samen mee zal besturen.”
“En hetzelfde geldt voor PVDA. Ik maak er nooit coalities mee. En daar krijg ik wel schrik van. Ze zijn misschien nog gevaarlijker, want het Vlaams Belang kan iedereen kaderen. Je weet wat de verschrikkingen zijn van nazi-Duitsland en extreemrechts. Maar over extreemlinks lijken we dat vergeten. Terwijl elk voorbeeld in de wereld, overal waar men de communistische recepten heeft toegepast, heeft het geleid tot armoede, tot verdrukking, tot terreur, tot onvrijheid.”
“Er was toch goeie gezondheidszorg en gratis tandverzorging in Cuba, zeggen ze dan. Ja, wat heb je aan tandverzorging als je je mond niet mag opendoen? Als Raoul Hedebouw in Dag Allemaal de vraag krijgt: ‘Er werden homo’s opgesloten in Cuba, mensen geëxecuteerd, dat is toch misdadig’, en hij antwoordt: ‘Misdadig zou ik dat niet noemen.’ Nu moet je je eens identiek dezelfde uitspraak voorstellen, gedaan door Vlaams Belang. Het kot zou te klein zijn. Er is dus een dubbele standaard.”
“Het zijn twee extreme ideologieën, die allebei knabbelen aan de liberale rechtstaat. Het samenlevingsmodel en het leiderschapsmodel waar zij voor staan, leiden tot samenlevingen waarin wij niet willen leven. Daarin is het individu ondergeschikt, heb je geen enkele vrijheid meer, en moet je alleen in het belang van het ideaal je leven leiden.”
Het publieke debat is voor een deel verschoven naar de sociale media: dat is scherper en sneller. Je gebruikte het zelf in 2016 een paar keer om in te breken in het debat. Over bijvoorbeeld de houtkachels in Gent?
“Ja, en daar zijn sociale media heel erg goed voor. Je creëert rechtstreeks een band tussen de politica en het publiek. Zonder filter. Het is geen geheim dat traditionele media op dat vlak op zoek zijn naar een nieuwe rol. En dat maakt hen meer opiniërend. Dat is hun volste recht. Maar dan kan je het de politiek niet kwalijk nemen dat ze veel meer rechtstreeks hun weg zoeken en dat via de sociale media ook vinden en krijgen.”
Wordt er dan via klassieke media toch telkens een framing op gelegd?
“Eén van de lessen van 2016 is dat als je het over ‘het establishment’ spreekt, dat dat niet alleen ‘de politiek’ is, maar ook ‘de pers’. Het is altijd heel interessant om te lezen hoe ze zelf schrijven over de kloof tussen ‘het volk’ en ‘het establishment’. Terwijl je gewoon dag na dag door de kranten moet bladeren om vast te stellen waar de kloof zit. Heel vaak ook in de opiniërende stukken, in de selectie van nieuws. De dingen die in de krant staan zijn heus niet representatief voor waar de mensen mee zitten, wat ze voelen. En dat merk je als politicus vaak wel als je op het terrein bent, tussen mensen staat, en daar hoort waar ze van wakker liggen.”
“Ik zal als voorbeeld die betutteling nemen. Ik had op een ochtend de radio opstaan, en lees elke dag snel de kranten. En het was zo een van die ochtenden waarin mij het gevoel bekroop: wat mogen wij hier eigenlijk nog wel?”
“Als je een glas wijn drinkt, ben je vergif aan het innemen, stond in de krant. Op hetzelfde moment: je mag je open haard niet meer aansteken. Wijn drinken is met je leven spelen. Donderdag moeten wel allemaal gaan daten, daar besteden we belastinggeld aan. En op de radio ging het over dat als je handenvrij belt, je misschien toch niet genoeg gefocust bent op de weg … Wel, op dat moment denk ik dan: okay, verkeersveiligheid is superbelangrijk. Maar als je met twee kinderen in de auto zit, ben je dan ook helemaal gefocust op de weg? Gaan we dat ook morgen verbieden? Op dat moment heb ik dan sociale media als uitlaatklep. En je merkt onmiddellijk de reacties die erop komen, je voelt dat dat leeft. Maar het heeft heel lang geduurd voor er een krant hetzelfde gevoel opnam. Integendeel: de eerste reacties waren: ‘Ja, maar, het is toch wel gevaarlijk’ of ‘Maggie De Block heeft geen goed alcoholplan’.”
“We zitten in een samenleving waarin we onze eigen onmacht illustreren door voor alles regeltjes te maken. Regels die je vervolgens toch niet kan afdwingen. Regels die je alleen maar het gevoel geven dat de mensen die er zich braaf aan houden, elke dag nog nieuwe regels op hun bord krijgen. En de rest er zich geen fluit van aan trekt. Denk niet dat de mensen dat niet zien hé.”
“Ik verwacht voor 2017 daarover een grondig debat. De staat, de politiek, de partijen, die gaan niet alles oplossen. Dat moeten we aan mensen zeggen. Je hebt zelf een verantwoordelijkheid. Laten we mensen dat vertrouwen geven. Het wantrouwen naar andere mensen is nog nooit zo hoog geweest. Waarom?”
Even over Maggie De Block: wordt 2017 het jaar waarin jij haar gaat moeten helpen? Want ze ligt wel erg onder vuur, jullie goudhaantje.
“Alleen als je niets doet, kan je geen kritiek krijgen. Dan moet je blijven stilzitten, maar dat is Maggie haar karakter niet. Ze doet van alle ministers veruit de meeste hervormingen. En dat is ook nodig, als we ons sociaal systeem betaalbaar willen houden. En dan moet je je toch eens afvragen waar de grote discussies dan over gaan. Het meeste inkt is gevloeid over … de terugbetaling van een neusspray. Met alle respect voor mensen die een neusspray die hen helpt te ademen nodig hebben. Maar als dat het grootste probleem is waar we vandaag mee kampen, dan plaatst dat alles wel in perspectief.”
“Men schreeuwt moord en brand over de besparingen, maar wat men niet zegt is dat er volgend jaar meer dan een half miljard extra naar gezondheidszorg gaat. Er komt geld bij! We zijn in dit land nog niet toe aan besparingen. Het gaat elk jaar vooruit. Dat is logisch in een vergrijzende samenleving. Maar Maggie heeft een toekomstvisie, zij kijkt vooruit. Als ze de neusspray iets duurder maakt, maar tegelijk ervoor zorgt dat vrouwen met kanker een “warme borst”-reconstructie kunnen krijgen, ja, dat zijn toch belangrijke verschillen?”
Valt de regering in 2017?
“Neen.”
Zeker?
“Kijk, in politiek hangt veel af van evenementen, onvoorspelbaarheden. Je hebt al dioxinecrisissen gehad, of de grootste pedofiel van het land is gaan lopen. Je weet dat nooit. Maar dit project, daar hebben vier partijen zich toe verbonden. Toen we de regering hebben gemaakt was het uitgangspunt heel duidelijk. Een sociaal-economisch project. Daar hebben we de regering op gemaakt. Mét sociaal-economische hervormingen. En op twee jaar tijd mogen die ook gezien worden. De jobcreatie gaat vandaag al boven de 100.000. Dan kan je zeggen dat deze regering het juiste project op het juiste moment was om de economie te helpen. We hebben een lastenverlaging gedaan, een loonkostenverlaging. Wat we netto aan mensen geven, dat wordt de komende jaren meer en meer. Het kernproject zit juist. Het mag alleen niet stilvallen.”
Met alle respect, maar mensen onthouden een ruzie over een kerststal.
“Moet ik daar nu daar iets over zeggen?”
Het is wel symptomatisch. Je hebt geen oppositie nodig, als je constant discussie hebt binnen de regering …
“Je moet door het thema kijken en de emotie voelen. En die emotie, die is raak en die zit heel diep. Namelijk het aanvoelen, de vrees bij mensen: ‘Moet onze wereld op z’n kop gezet worden omdat wij andere mensen willen helpen?’ Dat is een emotie die heel begrijpelijk is, waar je ook naar moet luisteren. Als de politiek daar z’n ogen voor sluit maakt ze een kapitale fout. Dus sommigen, vooral al de linkerzijde, die afkomen met, ‘we heten mensen welkom, we geven ze een uitkering, en voor de rest zal alles wel vanzelf gaan’, daar zou ik toch tegen zeggen: ‘Kijk eens naar de afgelopen dertig jaar. Ga eens in Brussel in een paar wijken kijken. Het komt vanzelf niet goed. Je moet eraan werken’. Maar net zo goed heb je aan de andere kant er die staan roepen: ‘De grenzen moeten nu dicht, liefst nog wat economisch protectionisme.’ Dat kan je ook niet, als open samenleving. Bovendien is het onze morele plicht om mensen in een oorlogssituatie te helpen. Het antwoord zit dus tussen de twee: we helpen mensen in nood, maar er is niets verkeerd om ook te vragen: ‘Dit is onze samenleving, je bent welkom, maar we gaan wel veel meer op onze strepen staan.’ Dat zijn vaak moeilijke discussies, maar die gaan ook diep: over de gelijkheid tussen mannen en vrouwen. Hoe respecteer je een cultuur en religie als je heel duidelijk voelt dat de plaats van vrouwen niet dezelfde is als diegene waar wij net voor hebben gestreden? Dat is heel moeilijk, ik voel dat emotioneel ook zo aan.”
“Met de kerstdagen ben ik nog op bezoek geweest bij mijn oma van 92. Die heeft niet haar hele leven stemrecht gehad, dat kreeg ze pas in 1948. Ze is ook niet naar school geweest, tot haar 14 jaar. Mijn mama was de eerste die ging studeren. Ik ben haar kleindochter, en hoe ongelofelijk fier dat ze is dat ik voorzitter ben van een liberale partij in dit land. Voor mijn dochter is het de evidentie zelf, die vindt dat eigenlijk gewoon normaal. Wat ik niet wil is dat mijn dochter, mijn kleinkinderen, terug die strijd moeten gaan voeren. Dat ze zich opnieuw zich moeten afvragen: ‘Hoe mag ik mij kleden?’, ‘Mag ik wel een decolleté aandoen?’, ‘Moet ik thuisblijven en voor de kinderen gaan zorgen?’. Laat dat alstublieft niet opnieuw de norm worden.”
“Het zou een kapitale fout zijn als we dat gevoel negeren. Alleen, het enige wat je dan niet mag doen is hele groepen op één hoop gooien, want je ziet elke dag dat dat niet klopt. Maar het is wel de makkelijke manier om te zeggen: ‘We sluiten uit, we plooien terug, we sluiten de grenzen.’ Alleen, je maakt wel iedereen iets wijs.”
Even naar de regering: drie dossiers liggen te wachten op een oplossing? Maar komt het goed met de hervorming van de vennootschapsbelasting, een meerwaardetaks en het activeren van het spaargeld?
“Ja, het zijn allemaal zaken die niet in het regeerakkoord staan. Dat zorgt ervoor dat er veel meer discussie over is. Een regeerakkoord is zaken doorpraten, gedurende weken. Je doet dat in de beslotenheid van een vergadering, laat zien waar je elkaar kan vinden, waar je elkaar niet kan vinden. Dit zijn drie dossier die niet in het regeerakkoord staan, met elk een eigen visie. Ofwel creëer je de ruimte om naar elkaar te luisteren, en een manier te zoeken om mekaar daarin te vinden. En dan kan je de volgende stap zetten. Ofwel lukt dat niet. Maar dan denk ik dat er nog genoeg in het regeerakkoord staat om een regering aan de gang te houden.”
Er wordt elkaar niets gegund.
“Da’s nochtans belangrijk in de politiek.”
In een huwelijk loopt het dan meestal slecht af.
“Misschien een warm pleidooi voor meer generositeit. Elkaar iets gunnen? Ook in de samenleving trouwens. Een van de grote kwalen aan heel ons discours is de afgunstgedachte. Het is constant overal kijken: ‘Dat is niet eerlijk’, en ‘Dat mag niet’, en ‘Dat vind ik niet kunnen’. Je vraagt je af, moesten je kinderen zo zijn, je zou ze toch eens bij u pakken en zeggen: ‘Zo kom je in het leven niet vooruit, met altijd naar een ander te kijken?’.
“Je moet leren naar uzelf kijken en een ander iets gunnen.”
Dus 2017 als het jaar van de verzoening?
“Er moet gewerkt worden, ja.”
Als je de regering bezig ziet, zijn het inderdaad soms kinderen. Zou je niet beter als partijvoorzitters op de voorgrond komen?
“Je hebt de regering, allebei, want ook de Vlaamse, en die pakken week na week de dossiers aan. En daarnaast heb je de maatschappelijke discussie in de pers en op het publieke forum. En vaak is die veel scherper en meer uitvergroot dan wat je in de regering ziet. En dat is een heel groot spanningsveld.”
Jullie zijn als voorzitters toch betrokken. De chemie die er was bij het maken van dat akkoord, is weg.
“We hebben een sociaaleconomisch project op de sporen gezet, maar er zijn ondertussen heel veel andere thema’s aan bod gekomen die onvoldoende waren doorgesproken. En daarop konden we niet anticiperen. Het feit dat we aanslagen gehad hebben, dat zet een regering en z’n samenstelling ook helemaal op z’n kop. En dan voel je dat, waar iedereen dacht dat CD&V, Open Vld en N-VA drie partijen waren die elkaars verlengde waren, dat dat absoluut niet klopt. Dat zijn ook drie echt verschillende partijen, met een verschillende kijk op de samenleving. Twee jaar geleden leek het alsof we allemaal ‘rechts’ waren, het antwoord is ‘neen’.”
Maar telkens het verschil onderlijnen …
“Maar dat doe ik ook niet. Samen met MR zijn wij net het bindmiddel in de saus. Mensen verwachten van ons dat we het land besturen en het economisch op de rails zetten. Maar 2017 is een heel jaar, voor de verkiezingen van 2018. Het is dit jaar dat het moet gebeuren. Maar daarvoor is vertrouwen nodig, weg van de camera’s.”
“Als je voortdurend op jacht gaat naar trofeeën, dan is de jacht altijd open.”
Bart Tommelein (Open Vld) blijkt wel te kunnen scoren in de Vlaamse regering ondertussen?
“Hij doet dat heel goed. Hij neemt die rol met verve op. Wat ik heel knap vind: waar voor veel politici het groene verhaal altijd iets dwingend en negatief moet zijn – ‘Dit mag niet, en dat mag niet, en je open haard mag niet aan, als je in je auto stapt ben je een slechte mens, laat staan dat je autorijden iets fijn zou vinden’ – dan brengt Tommelein dat op een heel positieve manier. Hij heeft mensen daar terug goesting in doen krijgen. De zonnepanelenindustrie, die heeft Bart op z’n eentje nieuw leven ingeblazen. Zonder één euro subsidie. Nog iets waar we in dit land ziek van zijn: als er iets moet bewegen, dan denken we dat we subsidie moeten betalen. Als iets komt, heb je er echt geen belastinggeld voor nodig. “
Als je van die 12 procent in de peilingen wil groeien, moet iedereen van Open Vld zich wel tonen …
“In de regering moeten de ministers en staatssecretarissen in de eerste plaats gewoon hun werk doen. Dat verwachten de mensen. En daarnaast is er de partij. Meer nog dan een aantal jaar geleden moet die duidelijk maken waar we voor staan. Dat is mijn opdracht en ik ga die voor 200 procent opnemen. De bedoeling is te winnen in 2018 en 2019. En ik ben er ook van overtuigd dat we dat gaan doen, voor minder doe ik het niet.”
“Als het makkelijk is en het goed gaat, kan iedereen liberaal zijn. Maar op moment dat het moeilijk is, dat er aan de democratie wordt geknabbeld, dat burgemeesters mensen in ‘den bak moeten steken’, de vrije meningsuiting aan banden dreigt te worden gelegd, dan moet je als liberaal opkomen voor je overtuiging. Dan interesseert het mij zelf niet hoe groot je publiek dan is, dan gaat het om je overtuiging. Daarover gaat het op dit moment in de politiek.”
“Je weet perfect wat je moet doen om een voorpagina te scoren of heel veel retweets te halen. Het is niet dat de recepten van Trump zo ongelofelijk moeilijk zijn. Spektakel maken, dat kan iedereen. Maar voor een overtuiging opkomen, daar draait het om.”
Wie gaat je inspireren in 2017?
“Wat ik boeiend vind, zijn jongeren. Die zijn opgegroeid in een open samenleving, met een wereldbeeld dat veel minder grenzen kent. Ze zien telkens de kansen. Het feit dat wij denken binnen structuren en grenzen is kunstmatig en per definitie tijdelijk. Zij kijken daar los doorheen. Zonder vooroordeel.”