Wie een nacht slecht slaapt, heeft het de volgende dag vaak moeilijk om zich te concentreren, is chagrijnig en kan maar weinig verdragen. Begrijpelijk, maar heb je er al bij stilgestaan dat zo’n slechte nachtrust voor sommige mensen dagelijkse kost is? En alsof dat nog niet erg genoeg is, krijgen ze ook nog af te rekenen met vreselijk frustrerende uitspraken. Dit zijn ze:
1. “Ik val soms ook moeilijk in slaap.”
Dat is goed mogelijk, maar het is absoluut niet te vergelijken met chronische slapeloosheid. Integendeel: veel patiënten zouden geld geven om ‘slechts’ moeilijk in slaap te vallen, want dat zou betekenen dat ze minstens een paar uurtjes slaap krijgen. Met zo’n uitspraak doe je alsof het bij iedereen voorkomt en alsof het helemaal niet zo erg is, wat natuurlijk niet klopt.
2. “Je moet meer ontspannen.”
Denk je dat de patiënt dat nog niet geprobeerd heeft? Weten dat je moet ontspannen is één ding, maar je moet het kunnen ook. Bovendien heeft zo’n uitspraak vaak het omgekeerde effect: hoe meer iemand probeert te ontspannen, hoe moeilijker dat wordt.
3. “Je maakt je te veel zorgen.”
Deze uitspraak is vergelijkbaar met de vorige: de patiënten weten dat ze zich beter niet te veel zorgen maken, maar dat moet ook lukken. En het is ook een vicieuze cirkel: wie niet kan slapen, begint over alles na te denken en maakt zich zorgen, waardoor slapen nog moeilijker wordt, enzovoort.
4. “Te weinig slapen is slecht voor je gezondheid.”
Dat weet iedereen, niet in het minst patiënten die zelf last hebben van slapeloosheid. Het enige wat je met zo’n uitspraak bereikt, is nog meer ongerustheid. En dat leidt op zijn beurt tot nog meer slapeloze nachten, met nog meer gepieker over de gevolgen.
5. “Je moet thee of warme melk drinken voor het slapengaan.”
Ook hier: denk je echt dat hij of zij dat nog niet geprobeerd heeft? Warme melk en thee zijn middeltjes die iedereen kent en uitprobeert bij de eerste slapeloze nachten. Plus: als het echt zo simpel zou zijn, zou niemand natuurlijk nog last hebben van slapeloosheid.
6. “Waarom neem je geen slaappil?”
Omdat ze niet werken. Omdat ze te veel bijwerkingen hebben. Omdat hij of zij niet afhankelijk wil zijn van medicijnen. Opties genoeg.7. “Misschien heb je gewoon weinig slaap nodig?”
De vraag is: waarom voelt iemand met slapeloosheid zich dan zo moe? Ja, er zijn mensen die minder slaap nodig hebben dan anderen, maar die voelen zich dan ook goed na een korte nachtrust.8. “Snurk…blaas…snurk…blaas…”
Dat wil natuurlijk niet zeggen dat jij wakker moet blijven als je partner last heeft van slapeloosheid, maar je kan wel helpen. Een partner die snurkt is bijvoorbeeld erg lastig voor een patiënt, omdat hij of zij daar vaak urenlang op ligt te luisteren. Dat kan niet anders dan frustrerend zijn. Het minste wat jij dan kan doen is een dokter consulteren en op zoek gaan naar de oorzaak – en mogelijke oplossingen – voor je gesnurk.
Bron: Huffington Post, The Guardian