Het vermogen van Moskou om steun voor de oorlog in Oekraïne onder gewone Russen te krijgen (en te behouden) is van cruciaal belang voor het Kremlin en Poetin. Kinderen spelen daarin een sleutelrol. Er is de Yunarmia, het fameuze Jeugdleger dat Poetin in 2015 oprichtte, zijn eigen versie van de Hitlerjugend die ondertussen al een miljoen jongeren tussen 8 en 18 jaar in de rangen heeft. Maar zelfs kinderen die niet bij het Jeugdleger zijn, of te jong zijn daarvoor, worden al volop geïndoctrineerd.
Het Kremlin beschouwt jongeren als een essentieel onderdeel van de oorlogsinspanning. De regering heeft een reeks patriottische voorlichtingscampagnes gelanceerd, gericht op de Russische jeugd, om hen aan te moedigen de oorlog in Oekraïne te beschouwen als een voortzetting van de Tweede Wereldoorlog en een persoonlijke band te voelen met de Russische soldaten die daar vechten.
Het richten van propaganda op jongeren is niet nieuw voor Rusland. Toen de bolsjewieken in 1917 aan de macht kwamen, voerden ze patriottisch-militair onderwijs in om de volgende generatie voor te bereiden op oorlog. Tijdens de Brezjnev-periode van 1964 tot 1982 ging de aandacht naar de overwinning van de Sovjet-Unie op de nazi’s in wat Rusland nog steeds de “Grote Patriottische Oorlog” noemt.
Er was een sterke psychologische dimensie aan het patriottisch-militaire onderwijs van de Sovjet-Unie tijdens de Koude Oorlog. Heroïsche verhalen over zelfopoffering tijdens de Tweede Wereldoorlog werden gebruikt om de toewijding van kinderen aan het moederland te ontwikkelen. Of het nu was via activiteiten in jeugdgroepen of in een meer formele onderwijsomgeving, er werd een duidelijke boodschap overgebracht aan jongeren: ze hadden de verantwoordelijkheid om de herinnering te bewaren aan de overwinning die hun ouders en grootouders hadden behaald.
Sinds de ineenstorting van de USSR is de herinnering aan de de Grote Patriottische Oorlog nog belangrijker geworden voor het onderwijs in Rusland. Jongeren zijn niet alleen belast met het bewaren van de staatsversie van de geschiedenis, er wordt ook van hen verwacht dat ze waakzaam zijn en pogingen van anderen om de historische rol van Rusland in de wereld te “vervalsen” en “te verkleinen” aan de kaak stellen.
De herinnering aan de Grote Patriottische Oorlog staat ook centraal in de manier waarop Moskou zijn oorlog in Oekraïne rechtvaardigt tegenover de Russische samenleving. De ongegronde bewering dat Rusland werd gedwongen in te grijpen om het groeiende nazi-sentiment in Oekraïne te bestrijden, wordt nu verweven in de berichten die gericht zijn op de Russische jongeren.
Eén aspect van deze campagne was de lancering van het initiatief “kracht zit in de waarheid”. De openingsceremonie in Moskou werd bijgewoond door schoolkinderen uit regio’s in heel Rusland, waaronder leden van de Yunarmia, het nationale Jeugdleger dat in 2015 werd opgericht. In zijn opmerkingen tijdens de ceremonie zei de Russische minister van Onderwijs Sergey Kravtsov dat een situatie zoals die in Oekraïne nooit meer zou kunnen gebeuren, omdat “we geweldige jonge mensen hebben … die geloven in Rusland, in ons land, in onze leraren, in onze overwinningen!”
Een ander onderdeel van deze campagne is het gebruik van Holocaust-herinneringen om nazi-gruweldaden naar de voorgrond van het jeugdbewustzijn te brengen en verbanden te leggen met de oorlog in Oekraïne. Op 19 april opende het Overwinningsmuseum in Moskou een tentoonstelling met de titel Gewoon Nazisme. De tentoonstelling belicht “de wreedheden van Oekraïense nationalisten tijdens de Tweede Wereldoorlog, evenals de massale misdaden en terreur van moderne neonazi’s tegen de inwoners van Oekraïne in 2014-2022”.
Dezelfde dag werd ook gemarkeerd als de dag van de verenigde actie in Rusland ter nagedachtenis van de genocide op het Sovjetvolk die in Rusland begon door de nazi’s en hun handlangers. Het evenement omvatte concerten, tentoonstellingen, bijeenkomsten en optredens op scholen en universiteiten in heel Rusland.
Op scholen in heel Rusland proberen leraren momenteel leeftijdsadequate manieren te vinden om kinderen en jongeren in contact te brengen met de soldaten die in Oekraïne vechten. De jongste kinderen krijgen eenvoudige taken, zoals tekeningen en kleuren van het “Z”-lint of in formaties staan om de vorm van die letter te maken. De (niet-Cyrillische) letter “Z” is veranderd in een symbool van de oorlog en is een soort insigne geworden voor degenen die hem steunen.
Gezien het aantal Russische soldaten dat tot dusverre in dit conflict is gesneuveld, zal rekrutering een cruciaal onderdeel van de oorlogsinspanning blijven
Oudere kinderen schrijven brieven aan soldaten die in Oekraïne dienen, vooral soldaten die uit hun steden of regio’s komen, en maken zorgpakketten om naar hen te sturen. Scholen worden nu voorzien van bureaus met afbeeldingen en biografische details van vooraanstaande soldaten, een “levendige herinnering aan de trotse geschiedenis van de Russische militaire heldhaftigheid”.
Deze inspanningen om zorgvuldig geconstrueerde berichten over de oorlog in Oekraïne aan kinderen en jongeren over te brengen, dienen verschillende doelen. Er zijn voordelen op korte termijn, zoals het stimuleren van een positieve houding ten opzichte van militaire dienst bij oudere tienerjongens die in de nabije toekomst in aanmerking komen voor dienstplicht. Gezien het aantal Russische soldaten dat tot dusverre in dit conflict is gesneuveld, zal rekrutering een cruciaal onderdeel van de oorlogsinspanning blijven.
Door jongeren te engageren voor de “goede zaak”, worden ook meer Russische volwassenen medeplichtig aan het ondersteunen van het verhaal van het Kremlin. Sommige leraren steunen de oorlog misschien oprecht, maar voor velen zal dit gewoon een andere manier zijn om hun bazen te laten zien dat ze hun werk goed doen – en misschien om de staat te laten zien dat ze loyale burgers zijn. De gevolgen voor degenen die weigeren kunnen ernstig zijn: er zijn verschillende gevallen geweest de jongste weken van leerlingen die hun leraren aangeven voor het maken van “onpatriottische” opmerkingen.
Sinds Poetin in oktober 2015 opdracht gaf tot de oprichting ervan, hebben meer dan een miljoen kinderen in de leeftijd van 8 tot 18 jaar zich aangesloten bij de gelederen van het Yunarmia of Jeugdleger.
Drie tot vier keer per week komen de kinderen na school of op een weekendochtend bij elkaar om de Russische geschiedenis – meestal oorlogen – te bespreken, evenementen te plannen en te oefenen. Met hun kenmerkende rode baretten maken ze uitstapjes naar theaters en musea, maken ze de monumenten van de stad schoon, doen vrijwilligerswerk met veteranen en gaan naar militair-patriottische kampen, waar studenten militaire training krijgen.
Bij zijn inspanningen om nieuwe leden te werven, biedt het Jeugdleger incentives. Leden die bijvoorbeeld legerofficier willen worden, krijgen voorrang door goed te presteren in wedstrijden – wapenmontage, schietnauwkeurigheid en fysiek uithoudingsvermogen – die worden gehouden tijdens de militair-patriottische kampen die het hele jaar door regelmatig worden georganiseerd.
Hoe depressiever en armer de stad, hoe prestigieuzer het Jeugdleger
Die prikkels uitgebreid zijn naar mensen zonder ambitie om carrière in het leger te maken: aan dat 20 universiteiten in het hele land krijgen leden van het Jeugdleger extra studiepunten bij toelating.
Het Jeugdleger heeft zich zo snel kunnen uitbreiden omdat er sinds de jaren negentig militair-patriottische clubs in het hele land bestaan. De organisatie wordt ook, vooral op het platteland en in steden buiten Moskou en St-Petersburg gezien als een instrument voor sociaaleconomische mobiliteit. Veel gezinnen in verarmde Russische dorpen zien het leger, de politie of de speciale veiligheidsdienst als een uitweg. Hoe depressiever en armer de stad, hoe prestigieuzer het Jeugdleger er lijkt.
Net als in de Sovjettijd is het leger een instrument geworden voor opwaartse mobiliteit. Veel Russen – meer dan de helft, volgens een enquête – willen dat hun kinderen een baan vinden in de rechtshandhaving. En ze geloven echt dat het Jeugdleger hun kinderen voorbereidt op een carrière in het leger, maar ook in de FSB of bij de OMON (de oproerpolitie).
(kg)