Sony heeft in Londen de langverwachte Gran Turismo voor PS4 voorgesteld. Die zal voor de gelegenheid niet GT7 heten, maar wel Gran Turismo Sport. De nadruk ligt immers op de sportmodus en dankzij de samenwerking met de FIA kunnen spelers er zelfs een digitale licentie mee verdienen die geldig is bij de lokale automobielfederatie. Racen in het echt en racen in een game lagen nog nooit zo dicht bij elkaar. En dat mochten we zelf ondervinden.

Queen Elizabeth Park, zo heet de site van de Olympische Spelen in Londen tegenwoordig. Hier heeft Sony een stukje van afgehuurd, en we hebben gehoord dat ze enkele unieke sportwagens zouden meebrengen. Hoe gaan ze met een superauto door Londen rijden, vragen we ons meteen af. We zijn het olympische stadion nog maar net gepasseerd of we horen al dat heerlijke geluid van een ronkende motor en gierende banden. Net buiten de hal waar we als eerste met Gran Turisme Sport zullen kennis maken, staan ze op een rij: een Lotus, een Mercedes, een Jaguar, een Nissan en zelfs een Lamborghini Huracan.

Voorts nog meer wagens, maar die zijn enkel bedoeld om naar te kijken, niet om mee te rijden, zoals een Aston Martin, een McLaren, een Chevrolet en als kroonjuweel een Bugatti. De natte droom van iedere autoliefhebber, al misten we wel nog een Ferrari in dat rijtje. Maar ook voor de liefhebber van een racegame die net iets meer dan racen mag zijn, is het een prachtige opstelling. En dat is natuurlijk ook het verschil tussen Gran Turismo en een andere racegame: hier moet racen ook mooi en indrukwekkend zijn, met voldoende aandacht voor de auto’s die in het spel zitten. Iets wat met de hulp van nieuwe features in GT Sport zeker zal lukken.

Donuts rijden

Terwijl we op de razendspannende lancering van de nieuwe game wachten, rep ik mij naar de pitlane. Ik mag immers even meerijden met één van die droomwagens. De keuze is snel gemaakt: de Lamborghini natuurlijk, al kwam achteraf bekeken de Lotus misschien toch het best voor de dag op het gelegenheidscircuit. Dat traject is niet langer dan twee rechte lijnen langsheen het conferentiegebouw, een donut rond een paaltje en terug naar de pitlane. Maar die halve minuut is meer dan genoeg om even te voelen hoe hard het er in zo’n auto aan toegaat. Geen enkele kermisattractie kan je dit soort kick bezorgen.

Van zodra we groen licht krijgen, schiet de Lambo uit de startblokken om enkele seconden later al zwaar te moeten remmen voor de eerste bocht. Wie dit voor de eerste keer doet, duizelt toch even. Gelukkig had ik al eens in een DTM-wagen van BMW gezeten, waardoor ik meteen de juiste positie zocht om van het ritje te kunnen genieten. Helaas was de Lamborghini iets te duur om er een donut mee te rijden, dus legde de piloot iets meer de nadruk op de kracht die de wagen ontwikkelt bij het optrekken. De precisie waarmee ze dit smalle circuit moeten behandelen is bewonderenswaardig. En allemaal komen de piloten uit de GT Academie, die na enkele jaren begint te bewijzen dat je wel degelijk kunt leren racen met een videospel.

Digitale licentie

Dat is in GT Sport zo mogelijk nog meer het uitgangspunt. ’s Avonds zouden de meest ervaren spelers in twee verschillende cups voor het eerst om een GT Sport trofee strijden. Spelers kunnen via het spel een digitale licentie in verschillende categorieën krijgen. Wie ambities heeft, kan daarmee naar een lokale automobielfederatie stappen, waar die licentie echt waarde zou hebben. GT Sport geniet de volledige samenwerking van de FIA, die daarmee de stap heeft gezet naar een nieuwe sporttak: online racing. Maar het kan toch niet dat we binnenkort via onze pc of zelfs op tv naar een computerspel zitten te kijken in plaats van een echte race? Later op de avond zouden we op die vraag een antwoord krijgen.

Die racelicentie alleen al is een reden waarom GT Sport in het najaar één van de beste verkopende games zal zijn. Want ook wie misschien eerder van Forza of Project Cars houdt, heeft dan plots een goede reden om de nieuwe Gran Turismo in huis te halen. De geestelijke vader van het spel, Kazunori Yamauchi, die ook naar Londen is gekomen, vindt trouwens niet dat zijn titel moet concurreren met andere racegames. “Het racegenre is niet zo groot. Voor Gran Turismo 1 waren maar één miljoen gamers met racen bezig”, zegt hij. “Het is dus zeker niet ons doel om voor een aandeel in de markt te vechten, maar net om die markt uit te breiden.” En als hij dan toch moet zeggen waarom Gran Turismo Sport z’n grote X-Box-concurrrent Forza kan verslaan, grapt hij: “Kijk naar de game en je ziet meteen waarom.”

Daarvoor is het voor ons nog wachten tot 16 november, want dan komt Gran Turismo Sport in Europa uit. De demoversie die Playstation ons liet spelen vertoont nog wel wat foutjes. Vooral visueel dan, want de besturing zit zeker al goed. Een tribune die in de verte plots uit het niets verschijnt, mensen die in de stijl van een horrorfilm plots op een lege vlakte verschijnen. Oké, we overdrijven nu een beetje, maar we hopen wel dat ze dit tegen de lancering oplossen, want zoiets kan in een game van dit kaliber in 2016 toch niet meer. “Niet alle optimalisaties zijn al gedaan”, geeft Yamauchi toe. “Maar we hebben er wel al oplossingen voor gevonden.”

Wagens en circuits

De game zelf is heel herkenbaar voor Gran Turismo-fans. Alleen zitten er wel wat minder auto’s in dan we gewend zijn. Maar dat komt omdat de nadruk op de sporteditie ligt. Toch is spel zo ontwikkeld dat ze het gewoon Gran Turismo 7 hadden kunnen noemen, stelt Yamauchi. “We waren zo gefocust op de sportmodus dat we de naam GT Sport hebben gekozen. Maar nu we het geheel bekijken, had het evengoed Gran Turismo 7 kunnen zijn.”

De auto’s in een spel zijn een combinatie van echte, bestaande auto’s, en fantasiewagens. Dat voelt wel een beetje dubbel aan bij een game die zo hard probeert om realistisch te zijn. Maar volgens Yamauchi hebben ze een goede reden om conceptwagens in het spel op te nemen. “Voor autoconstructeurs is het een kans om een sportwagenmodel voor de toekomst te maken.” Gran Turismo Sport moet dus een voortdurende wisselwerking worden waar iedereen beter van wordt: tussen de game en de FIA, tussen de game en de constructeurs, en natuurlijk tussen de game en de gamers.

De circuits zijn zoals altijd beperkt, maar er zitten wel een paar nieuwkomers bij. Eentje is een ovale track in Amerikaanse stijl, een primeur in Gran Turismo. En dan is er de Tokyo Express Way, ook wel een fantasierijk circuit. Maar om de balans in evenwicht te brengen kan je over de de volledige Nürbürgring racen, en die is zoals je wel weet behoorlijk lang. Alle reeds bestaande circuits uit de game zijn overigens grondig aangepakt om de kracht van de PS4 te matchen.

Racen voor je land

Het racemenu ziet er ook heel herkenbaar uit, op enkele vernieuwingen na. Zo is er nu een beginnersschool, omdat Gran Turismo Sport meer wil doen dan de trouwe fans bereiken en hoopt dat ook nieuwe generaties gamers hun weg naar het spel zullen vinden. Heel het online gebeuren, waarop we zo meteen terugkomen, pas perfect in hun kraam. Wat ook opvalt in het menu is de optie ‘etiquette’. Niet dat Gran Turismo ons tafelmanieren gaat bijbrengen, maar het is wel degelijk de bedoeling dat we allemaal leren om ‘clean’ te racen. Eerlijk ook, want iemand rammen voor de fun hoort daar niet bij. Hier merken we dus de invloed van de FIA die net zoals de FIFA in het voetbal fairplay moet promoten. Alleen zo kan je een licentie waardig zijn.

Uiteraard ram je maar zo veel je wil wanneer je de single player gebruikt, want het blijft natuurlijk een spel. Maar wie het allemaal wat serieuzer neemt en online aan de grote toernooien deelneemt, kan best toch tot op zekere hoogte een heer in het verkeer zijn. Er bestaan twee cups: de Nations Cup en de Manufacturers Cup. Het eerste is inderdaad een landenkampioenschap waarbij je eerst bij de beste piloten van je eigen land moet geraken. Daarna worden zij uitgenodigd om deel te nemen aan één van drie events. Er is er eentje in Europa en het Midden-Oosten, eentje jn de Amerika’s, en eentje in Azië en Oceänie. Wie die test overleeft, stoot door naar de grote finale van de Nations Cup. Je rijdt dus niet alleen voor jezelf maar ook voor je land.

Of racen voor een merk

In de andere cup gebeurt eigenlijk hetzelfde, maar dan op basis van merken. Je moet bij de beste piloten van je constructeur in een regio horen om vervolgens naar de finale op wereldniveau te gaan. De beste piloten daarvan mogen het merk vertegenwoordigen op de finale van de Manufacturers Cup. Je kan doorheen het spel overigens je trouw aan een bepaald automerk zweren. En wie weet, de constructeurs kijken mogelijk mee.

Om dat concept te demonstreren heeft Sony 32 gamers uitgenodigd die binnen GT tot de beste van de wereld horen. Onder hen ook één Belg die in de Nations Cup knap zevende weet te worden in de grote finale. De wedstrijd zelf wordt gedomineerd door Japanners. In de Manufacturers Cup gaat Audi dankzij een Fransman en alweer een Japanner met de eerste trofee voor merken lopen. Maar wat vooral opvalt is het gemak waarmee deze jongens op de baan blijven en het grootste deel van de tijd een propere race rijden. We betrappen er onszelf op dat we na tien minuten gefascineerd, met een pintje in de hand, volgen wie er gaat winnen. Twee commentatoren doen het nog allemaal realistischer lijken. “Dit is de toekomst van de racesport”, zeggen ze. Daar zijn we het nog niet mee eens, maar dat elektronisch racen een tak binnen de FIA kan worden, daar geloven we intussen wel veel meer in.

Met foto’s spelen

Nog één ding wilde de maker van Gran Turisme Sport ons uitgebreid tonen: een optie waarmee je zelf foto’s kunt maken en bewerken. Er zullen bij de lancering al meer dan duizend fraaie startplaatjes beschikbaar zijn, en het is de bedoeling dat gebruikers er hun favoriete wagens in verwerken. Niets waar wij op het eerste gezicht warm van worden, maar dat verandert wanneer we de mogelijkheden zien. Van iedere foto is alle informatie over licht en ruimte opgenomen, zodat je met achtergronden kunt spelen, de belichting kunt aanpassen en de effecten op je wagen overbrengen. Zo krijg je een foto die net door een dure fotograaf lijkt te zijn gemaakt. Misschien ook weer iets waar de autosector tijdens een autosalon van kan profiteren.

Onze algemene indruk van Gran Turismo Sport is meer dan positief. Er is niet te veel veranderd aan het spel, maar toch ook voldoende aan toegevoegd. En zowel de licentie als het hele online gebeuren zijn een goede reden waarom veel gamers nu al staan te popelen tot de release op 16 november. Ook VR, waar Playstation druk mee bezig is, zou vanaf het begin moeten kunnen ondersteund worden in Gran Turismo Sport. Is dat één van de redenen waarom we zo lang moesten wachten op de eerste Gran Turismo voor PS4? “Het had zo lang geduurd om Gran Turismo 6 voor PS3 te ontwikkelen. Die console was een nachtmerrie in vergelijking met de PS4″, bekent Yamauchi. “We konden vanalles niet doen. Maar ik heb ieder moment dat ik niet aan het slapen was in dit spel gestoken.”

Buiten heeft de schemering zich meester gemaakt van Queen Elizabeth Park. De laatste motoren ronken voor de wagens in de pitlane verdwijnen. Intussen zijn veel lokale bewoners samengetroept om het spektakel te bekijken. Dit geluid hebben ze tijdens de Spelen van vier jaar geleden natuurlijk nooit gehoord. Een medewerker vertelt ons dat ze intussen geen verse bandensets meer hebben, vandaar dat de wagens in het laatste half uur behoorlijk veel moeite hebben om een beetje grip te vinden. Drie sets hebben ze allemaal in vijf uur tijd aan flarden gereden. Dan verschijnt de Lotus voor een allerlaatste rondje op het circuit. Met twee ferme donuts zorgt hij voor de ultieme finale. Het is nog altijd moeilijk te geloven dat deze jongens dit grotendeels via een game hebben geleerd. We weten dus wat ons te doen staat als we ooit zelf achter het stuur van die Lamborghini willen kruipen…