Wie vanaf komend weekend voetbal zegt, zal meteen aan drie tenoren moeten denken. Gilles De Coster, Bart Raes en Geert De Vlieger brengen de actie vanaf nu op VIER en Plays Sports naar de huiskamer. Voor hen is de vakantie dit weekend dus voorbij. Newsmonkey had een gesprek met het nieuwe voetbaltrio. Over televisie en voetbal uiteraard, maar ook over hun eigen sportieve prestaties. En ze doen ons een belofte in de stijl van Gary Lineker.
Daags voor de start van het nieuwe voetbalseizoen zitten ze er rustig bij. Het zijn dan ook allemaal ervaren rotten in het vak. Geen voetbalseizoen zonder Bart Raes, en ook Geert De Vlieger is nu al jaren een vaste analist sinds hij niet meer op het veld staat. Gilles De Coster is dan eigenlijk nog de meest verrassende van de drie, ook al weten kijkers van Play Sports dat hij vorig seizoen tijdens wedstrijden in de studio al met gasten op de actie terugblikte.
Bart en Gilles zullen de presentatie van het nieuwe programma Sports Late Night voor hun rekening nemen. Dat zal te zien zijn via Play Sports, en ook op VIER dat z’n graantje wist mee te pikken in het nieuwe contract over de televisierechten. De ene zal op vrijdag en zaterdag in de studio zitten, de andere op zondag in de grote slotshow van het weekend. Daarin ontvangen ze bekende gasten en laat Geert De Vlieger z’n expertise op ons los. Bart en Gilles zullen beide programma’s iedere week afwisselend presenteren, maar vrije weekends zitten er dus even niet meer in.
Onze nieuwe 'playground' is klaar playsportsbe @opvier #sportslatenight #jpl #laatonsmaarbeginnen https://t.co/OV3pKvl3tA
— Geert De Vlieger (@devliegergeert) July 26, 2017
Een nieuwe thuis voor het Belgische voetbal. Wat gaan jullie anders doen dan de concurrentie?
Gilles: “Het is zeker niet de bedoeling om het helemaal anders te doen dan anderen het al hebben gedaan. We willen in de eerste plaats het fijne product dat die competitie is op een goede manier brengen. Het is weinig interessant als je krampachtig gaat zoeken om het anders te doen. Je gaat dus alle beelden, verslagen, analyses en reacties krijgen. Met een aantal technische voordelen die we hebben om wedstrijden te analyseren, zoals augmented reality.”
Geert: “Het zijn de dingen die we ook al voor Play Sports gebruiken. Wie de wedstrijden daar volgt, kent dat al een beetje. We kunnen daar heel ver in gaan. Die troeven willen we uitspelen en ten gepaste tijde gebruiken.”
Onderbroek
Mogen we af en toe iets verrassend van jullie verwachten? Zoals Gary Lineker die in Engeland in z’n onderbroek presenteerde nadat Leicester kampioen werd?
Bart: “In je onderbroek presenteren? We vragen Geert al lang dat hij zoiets eens zou doen.”
Geert: “Wie moet daarvoor dan kampioen worden, Moeskroen?” (lacht)
Gilles: “Pas maar op hé, want Leicester was ook zoiets. Persoonlijk vind ik Lineker één van de beste, en zijn programma is zeker een voorbeeld. Niet noodzakelijk om in mijn onderbroek te gaan presenteren, maar de stijl, de toon en de klasse van hem kunnen mij zeker inspireren.”
Geert: “Maar wat als Beerschot ooit eens kampioen wordt, Gilles?”
Gilles: “In 1B gaan ze kampioen worden, hé!”
Het contract is de komende drie jaar van jullie. Dus er is tijd voor Beerschot om ook in 1A kampioen te spelen.
Bart: “Maar ik vind het eigenlijk ook wel mogelijk om iets speciaals te doen als Beerschot in 1B kampioen speelt.”
Gilles: “Nee nee, dat is te waarschijnlijk.”
Geert: “In 1A wil ik wel meedoen.”
Gilles: “Oké, als ze in 1A kampioen spelen, dan moeten we iets speciaals doen.”
Dat is dan afgesproken! Bart, voor jou is het een terugkeer naar de studio. Ga je de actie in het stadion niet missen?
Bart: “Dat zou kunnen. Ik heb de voorbije jaren ook wel vaak in de studio gezeten, maar dan met de Champions League. En ik ben het ook wel gewoon om in de studio te zitten. Maar het zou kunnen dat ik de actie op het veld een beetje ga missen, al is dat nu eenmaal de keuze die ik gemaakt heb. En als er tijd is ga ik ook nog wel commentaar geven, hoor. Je bent zeker nog niet van mij af als commentator (lacht). Als onze programma’s er staan en goed lopen, en er tijd is, dan ga ik dat wel opnieuw doen.”
Geert, zie jij een terugkeer naar het veld niet zitten? Heb je eigenlijk nog ambities om zelf trainer te worden?
Geert: “Nee, minder en minder. Eigenlijk heb ik er geen meer. Ik heb me ooit afgevraagd wat ik met mijn trainersdiploma ging doen nadat ik stopte met voetballen. Toen heb ik besloten om het even aan de kant te leggen tot wanneer de goesting zou terugkomen. Maar ik ben nu zes jaar gestopt, en die papieren geraken steeds meer onderaan in de doos. Ik vrees dat ze er niet meer uit gaan komen. Ze liggen daar goed.”
Gilles: “Maar hij weet het nu al zoveel jaren beter op televisie.”
Daar wou ik toe komen, Gilles. Analisten krijgen al eens kritiek van trainers die vinden dat ze het vak zelf moeten gedaan hebben. Begrijp je dat?
Bart: “Ik vind dat hij dat vak gedaan heeft, hé.”
Geert: “Er zijn goede trainers en er zijn goede analisten. Ik zou misschien geen goede trainer zijn, omdat ik het ook niet doe. Maar ik doe wat ik denk beter te kunnen. En laat de trainers maar goede trainers zijn.”
Bart: “Je hebt ook goede trainers die voordien nooit op een hoog niveau hebben gevoetbald. Dat kan allemaal.”
Hoger niveau
Het Belgische voetbal is de laatste jaren in aanzien gestegen. Wat maakt het zo bijzonder?
Gilles: “Voor mij persoonlijk is het de nabijheid die nog altijd werkt. Je merkt dat in het stadion als figuren zoals Jefke Delen – al is dat nu wel lang geleden – het goed doen tegen de grote ploegen. Je identificeert jezelf daar wel mee. En voorts zijn het allemaal ploegen die we toch wel kennen. Bij elke buitenlandse competitie moet je jezelf toch even afvragen of het wel een goede ploeg is. Zoals West Ham United bijvoorbeeld, waar moet ik die situeren? Daar moet ik altijd even over nadenken.”
“En ik vind gewoon dat we dankzij de play-offs de laatste jaren veel spannende momenten hebben gekregen. En ja, er zullen wel kinderziektes en nadelen geweest zijn. Maar je merkt toch wel dat er al minder lacherig over wordt gedaan. Ze hebben mij ook weer dichter bij de Jupiler Pro League gebracht, waar ik even minder in geïnteresseerd was na het verdwijnen van Beerschot.” (lacht)
Geert: “Spelers uit de Belgische competitie zijn ook een interessant exportproduct geworden. Als je ziet hoe talenten uit de Belgische competitie zich in het buitenland ontwikkelen. Vaak krijg je de vraag van welke speler je spijt hebt dat hij vertrokken is. Ik heb nooit van iemand spijt. Ze gaan het op een ander beter doen en meestal komen er anderen in de plaats. Dat is nu ook een beetje de functie van onze competitie.”
Bart: “Inderdaad, het is een opleidingscompetitie. En ik heb dat ook wel weer: er zijn een aantal spelers weg, maar er zijn er ook een paar die we nog niet kennen van wie we over vijf speeldagen ‘wow’ gaan zeggen. Dus op dat vlak is het voor mij elk jaar opnieuw uitkijken, ook al draai ik ondertussen toch al even mee.”
Wie wordt dan de revelatie van dit seizoen?
Geert: “Dat is moeilijk te zeggen. Vaak zijn dat de jongens die we nu nog niet kennen. Dimata kenden we vorig jaar wel een beetje, maar we hadden nooit verwacht dat die voor zoveel geld zou vertrekken.”
Eigen sportieve talenten
Gilles, heb jij eigenlijk zelf nog gevoetbald?
Gilles: “Ja, maar ik zou het amper voetballen durven noemen. (lacht) Absoluut amateurniveau, met vrienden.”
Jij speelde wel op hoger niveau, hé Bart?
Bart: “Ik heb inderdaad een paar wedstrijden in vierde klasse gespeeld. Maar ik ben op mijn 22ste al gestopt. Ik speelde toen als libero.”
Gilles: “Dus we hebben een doelman die het op hoog niveau gemaakt heeft, een libero die op vrij hoog niveau speelde, en een totale sukkel …”
Wat was jouw positie, Gilles?
Gilles: “Spits!”
Geert: “Op de bank was hij het beste.” (lacht)
Stel dat we in een wereld zonder voetbal zouden leven, welke sport zouden jullie dan waarschijnlijk gedaan hebben?
Gilles: “Bij Geert moet dat golf zijn, denk ik.”
Geert: “Ja, golf of fietsen. Fietsen is dé Vlaamse sport bij uitstek en die interesseert me ook wel. Dat zijn twee sporten waarin ik het zeker zou geprobeerd hebben.”
Bart: “Voor mij om het even wat met een balletje.”
Geert: “Fietsen is ook leuk, hoor.”
Bart: “Dat heb ik ook gedaan, maar ik heb toch ook graag dat spelelement en die techniek.”
Gilles: “Voor mij ook wel de koers, of hockey. Ik heb zelf ook hockey gespeeld, en ik vind dat een hele fijne en mooie sport om naar te kijken.”
Speelde je daar op hoger niveau dan in het voetbal?
Gilles: “Nee, even laag. Al was ik er toch iets beter in. Laat ons zeggen dat ik daar toch iets meer goals heb gemaakt. (lacht) Maar ik vind het een hele mooie sport om naar te kijken. Zeker op het niveau dat onze nationale ploeg nu aan het presteren is. Dat is letterlijk wereldtop, één van de vijf beste ploegen van de wereld.”
Tot slot, kunnen jullie een voorspelling doen? Wie wordt dit jaar kampioen?
Gilles: “Ik ken er niet genoeg van, maar den Beerschot in 1B.”
Geert: “Voor mij is het nog veel te vroeg, maar Anderlecht beschikt op dit moment over de beste troeven. Ze zijn kampioen geworden, ze zijn nog altijd een even goede ploeg, waarschijnlijk zelfs verbeterd. En de rest moet vooral op achtervolgen aansturen en daar werk van maken.”
Bart: “Mij maakt het niet uit, als het maar op de laatste speeldag gebeurt tijdens de 89ste minuut. Zodat wij veel interessante programma’s kunnen maken.”
Bedankt, we wensen jullie alvast veel succes en een spannend voetbalseizoen!