België koopt nog deze regeerperiode de opvolger van de F-16-gevechtsvliegtuigen. Daarvoor zijn nog twee toestellen in de race: de F-35 van Lockheed Martin en de Eurofighter van een Europees consortium. Maar de Fransen willen zich met hun Rafale terug in de race wringen: de Franse minister van Defensie Florence Parly belooft miljarden als het toch ‘haar’ toestel wordt.
De regering Michel moet een opvolger voor de F-16 kopen. Voor die aankoop van 34 vliegtuigen wordt 3,59 miljard nu al voorzien, maar uiteindelijk gaat het prijskaartje tot 15 miljard oplopen over heel de levensduur van die nieuwe toestellen.
Een waanzinnig hoog bedrag dus, en daarbij staat veel op het spel. Politiek gezien wordt steeds duidelijker waar de voorkeur ligt van de verschillende coalitiepartners. Lockheed Martin, de producent van de F-35 is al jaren aan het lobbyen, waarbij ze opvallend veel de N-VA bewerkt heeft. Bij verschillende parlementsleden van de Vlaams-nationalisten is de voorkeur voor de F-35 duidelijk.
Bij de MR is er dan weer de ‘Franstalige’ link: de connectie met de Franse staat en hun vliegtuigen: de Rafale. Die laatsten vielen eigenlijk al uit de boot. Want enkel de F-35 en de Eurofighter dienden een volledig correcte offerte in, de Rafale stuurde enkel, een paar uur voor de deadline, een brief aan de regering. Die offerte, met 164 vragen, zit nochtans zeer complex ineen. Maar de Fransen vonden de vraagstellingen te veel op maat van hun concurrenten en vroegen op een andere manier toch mee te mogen doen met de finale biedingen.
Minister van Defensie Steven Vandeput (N-VA) wilde daar niet van weten: de Fransen alsnog toelaten, nadat ze niet die 164 vragen hadden beantwoord, zou grote gevolgen kunnen hebben. Want dan kunnen de andere twee, de F-35 en de Eurofighter naar de rechtbank stappen: ze doen eerlijk mee, maar de Rafale, die de regels naast zich neer legt, mag zomaar blijven meebieden?
Maar het was de eerste minister Charles Michel (MR) die eigenhandig de deur open zette: hij liet weten de vraag van de Fransen ’te bestuderen’.
Ondertussen komen de Fransen nu met een extra pakket beloften. “De industrie van België kan rekenen op economische compensaties voor 4 miljard euro”, zo schrijft de Franse minister van Defensie Florence Parly in een opiniebijdrage in De Tijd en Le Soir.
De Franse regering werkt voor Dassault
Dat de Franse regering zich moeit is op het eerste zicht toch vreemd: het is Dassault, een groot Frans bedrijf, dat de Rafale maakt, niet de politici in Parijs. Waarom komt Parly dan leuren met ‘cadeautjes’ aan de Belgische bedrijven, als compensatie voor zo’n bestelling? Wel, de verstrengeling tussen grote defensiebedrijven en de legers van Frankrijk, maar ook bijvoorbeeld van de UK en de Eurofighter en de VS en Lockheed Martin, is zeer groot. Zodanig dus dat Parly in haar pen kruipt en allerlei beloftes doet.
“Waarom België een veilige en voordelige oplossing ontzeggen? Waarom het land een samenwerkingsverband ontzeggen dat het toekomstige draagvlak vormt voor een Europa van de Defensie, waar onze twee landen sterk vragende partij voor zijn?”, zo schrijft ze. “Al meer dan 50 jaar zijn de bedrijven van het Rafale-team sterk vertegenwoordigd in België, met fabrieken, onderzoekscentra en een netwerk van 800 partnerbedrijven. Het samenwerkingsverband dat Frankrijk voorstelt, omvat meer dan 150 Belgische ondernemingen die al werden benaderd en een honderdtal industriële of technologische projecten voor een bedrag van 4 miljard euro.”
Op 14 februari komt er de ultieme deadline voor de miljardendans: dan moet de BAFO van alle constructeurs binnen zijn: het ‘best and final offer’. Vraag is of de Rafale daar aan zal meedoen, terwijl ze tot nu toe dus de procedure naast zich neerlegden. Maar het is ook meteen de politieke kwestie: laat de N-VA-minister nog langer de Fransen toe, of krijgt de MR diezelfde Fransen alsnog mee in de dans?