Hoewel muziekbeleving er los van zou moeten staan, was de politieke consternatie waarin het land zich bevond na verkiezingsdag ook hét gespreksonderwerp in Trix voor de start van het optreden. Tot onze goede vriend Timothy Showalter het podium betrad en we voor anderhalf uur konden verdwijnen in een prachtige muzikale bubbel. Want muziek kan troosten en helen, dat weet Showalter als geen ander.
Dit jaar bracht hij ‘Eraserland’ uit, een plaat waarvan hij zelf had gedacht dat ze er nooit meer zou komen. Hij was een beetje uitgekeken op het muziekwereldje, voelde zich er minder en minder thuis. Zoals hij zelf zingt in Weird Ways: “The scene isn’t my scene anymore.” Tot daar zijn vrienden van My Morning Jacket waren die hem de studio in duwden en mee aan het opnemen sloegen.
Weird Ways was dan ook het logische openingsnummer van deze uitverkochte avond in Trix. Showalter bleef spelen. Het ene nummer na het andere. Af en toe een “thank you” prevelend of de titel van het volgende nummer, maar meestal gewoon niets. Tot hij net voor Shut In – we zitten dan al aan negen gespeelde nummers – uitlegt waarom. “I feel so connected“, zegt hij. België ligt Showalter nauw aan het hart, het was het eerste land waar hij echt doorbrak in 2014, en dat wil hij vooral laten horen via de muziek. Terwijl hij dat probeert uit te leggen breekt hij zachtjes, pinkt hij een echte traan weg. En wij wilden naar voren snellen om ‘m een knuffel te geven, maar deden dat dan toch maar net niet.
Verbroederd door de muziek
Voor de setlist put Strand Of Oaks uit de drie meest recente platen, de rockplaten dus. Toch is het concert in zijn eerste nummers misschien net dat beetje te braaf. Een nummer als Final Fires is aardig, maar zweeft toch nog iets te makkelijk voorbij en van Ruby blijft alleen de gitaarsolo in de outro bij. De eerste kopstoot is For Me waarbij Timothy, gitarist nummer twee en de bassist richting finale luider en luider staan te spelen, in een driehoek, verbroederd door de muziek. Het is prachtig om te zien en om te horen.
Even mooi is de intieme pianoballade Wild And Willing die daar meteen op volgt, dat op zijn beurt weer wordt gevolgd door het naar Pink Floyd zwemende Visions. Echt groots wordt het concert in de finale, met de moderne klassieker Shut In waarin de drijfveren van Showalter het meest letterlijk verwoord worden: “And we try in our own way to get better/Even if we’re alone/I hate talking about money/I don’t wanna talk about luck/I hate thinking I’m not the same as I was.“
Lang, langer, langst
En dan moet JM nog komen: 7,5 minuut op plaat, maar nog veel langer in live uitvoering met naar zijn einde toe zelfs een nieuwe uitbarsting die op gang wordt getrokken door Showalter die zijn eerste sprongetjes van de avond maakt. JM krijgt iets van een EDM-song die opbouwt tot een ontploffing – maar dan aan het andere uiteinde van het muzikale spectrum – en die dan gelukkig ook meekrijgt.
Het bewijst wat we al wisten: Strand Of Oaks is het sterkst in van die lang uitgetrokken nummers. En dus doet hij het gewoon nog een keer en nog straffer met Forever Chords, de laatste bis en het mooiste nummer dat we dit jaar al hoorden. Een nummer dat tot ruim een kwartier wordt uitgetrokken, waarbij ook voorprogramma Frankie Lee nog wat mondharmonica mag komen spelen. Het duurt geen seconde te lang.
Wanneer de laatste noten weggestorven zijn en Timothy een aantal keer “You hope it never ends” heeft herhaald, kwam bij ons het besef binnen dat we weer naar buiten moesten, de wereld in. Terwijl het zo fijn vertoeven is in onze muziekbubbel. Strand Of Oaks bewees in Trix waarom hij op dat podium moet blijven staan en wat de grote kracht is van muziek: het doet je al het andere vergeten. Merci, Timothy en tot op Rock Werchter.