De discussie over oplossingen voor mogelijke black-outs deze winter laait hoog op de jongste dagen, na het bekendmaken van een schakelplan waarop te zien is wie wanneer zonder stroom zal gezet worden. Er is nochtans een lichtend voorbeeld: Japan, dat na de vreselijke tsunami van 2011 al z’n kerncentrales sloot. De manier waarop ze dat opvingen, zal niet iedereen aanstaan, maar het werkt wel, merkten we tijdens een recente trip naar dat land. Setsuden is het magische woord.
Het is moeilijk, zo niet onmogelijk om ons voor te stellen in welke situatie Japan zich bevond na de Tohoku-aardbeving van 2011. Tot dan zorgden meer dan 50 reactors voor meer dan 30 procent van de elektriciteit in het land. Na Fukushima gingen die allemaal dicht. Momenteel zijn er twee opnieuw opgestart, maar er lopen verschillende rechtszaken van steden en burgers om ook die opnieuw te sluiten. De Japanner-in-de-straat heeft het gehad met kernenergie.
Soit, massale black-outs leken onvermijdelijk, een scenario dat wellicht jaren zou duren volgens specialisten. Maar dat was buiten onze Japanner-in-de-straat gerekend.
節電
In de maanden na de ramp slaagden de Japanners erin om hun energieverbruik met meer dan 20 procent te verlagen. Setsuden of 節電 heette het fenomeen. Het betekent letterlijk: elektriciteit besparen. Het straffe is: het gebeurde niet op vraag van de overheid, laat staan door maatregelen van de overheid. Setsuden was en is een volksbeweging, los van politieke partijen of andere instanties.
Mensen begonnen spontaan te letten op hun energieverbruik. Ze vertelden anderen hoe ze met simpele dingen – het licht niet aanlaten, de verwarming of de airco een graadje minder hard doen draaien, toestellen uitzetten in plaats van in stand-by te laten – elektriciteit konden besparen.
Elektriciteit besparen werd modieus
De media en een aantal grote bedrijven, zoals Toyota, sprongen op de kar. Het idee was pure marketing: als we 15 procent van de twintigers kunnen overtuigen om mee te doen, dan volgt de rest van de bevolking automatisch in no time. En dat was ook zo. De truc bleek gewoon om Setsuden fashionable te maken.
Tegen 1 juli, toen de overheid eindelijk met energiedoelstellingen (tussen 15 à 30 procent besparen naargelang de situatie en sector) kwam, bleken die in de praktijk al gehaald. Setsuden zette Japanners ertoe aan om slimmer met elektriciteit om te gaan, om te kiezen voor energie-efficiëntere toestellen, zelfs om hun kledij aan te passen. Het was bijvoorbeeld oké om het bijna uniformistische maatpak niet te dragen tijdens de zomer en meer casual naar het werk te gaan, dan kon de airco dat graadje hoger.
Setsuden veroorzaakte ook een hele storm aan innovatie. Van slimmere, zuinigere apparaten tot high tech kledij van stoffen die je koel houden in de verstikkende Japanse zomers en warm in hun strenge winters. Winkels en restaurants hebben ondertussen in Japan allemaal bijna een slimme knop op hun schuifdeuren en gaan pas open als je die effectief aanraakt. Alle nieuwe toiletten hebben een wastafeltje geïntegreerd waardoor het water waar je eerst je handen mee wast later gebruikt wordt om door te spoelen. Maar bottomline leerden Japanners gewoon om het licht niet aan te laten. Om een keer minder vaak te wassen, maar met een vollere wasmachine.
Piekverbruik blijft lager
De kost aan persoonlijk comfort bleek minimaal: het was gewoon een kwestie van gewoontes te veranderen en niet per se minder maar wel de juiste elektronische toestellen of lampen te kopen. Het resultaat is fenomenaal te noemen. Drie jaar na de ramp ligt het piekverbruik in Japan op 49 gigawatt. Ervoor was dat 60 gigawatt. Bijna de helft van wat de kerncentrales aan energie produceerden, is vervangen door niks. Of beter: moest niet vervangen worden.
De andere helft is grotendeels door gas vervangen, nog steeds een betere optie dan olie of steenkool. De investeringen in zonne-energie zijn verviervoudigd. En Japan is ook eindelijk aan het kijken hoe het – naar IJslands model – gebruik kan gaan maken van natuurlijke, geothermische energie. Het potentieel daarvan is gigantisch. Japan, dankzij z’n ligging op drie breuklijnen en langs het meest actieve deel van de Pacifische Ring of Fire, heeft het derde grootste potentieel van alle landen ter wereld aan geothermische energie.
Geen terugkeer naar stenen tijdperk
Je zou het overigens helemaal niet zeggen als je over straat loopt in Tokio. En dat is wellicht de boodschap: een combinatie van door gezond verstand ingegeven energiemaatregelen na een noodsituatie heeft geleid tot een permanente winst in efficiëntie. De prijs bleek niet een terugkeer naar het stenen tijdperk te zijn, maar de inspanning om een paar gewoontes te veranderen.