De Intercity Brussel, ook bekend als de Beneluxtrein, zou vanaf 2024 tot een half uur sneller moeten rijden tussen Amsterdam en Brussel. Dat is het streefdoel van de Nederlandse spoorwegmaatschappij NS. Momenteel doet de Beneluxtrein 2 uur en 52 minuten tussen de twee hoofdsteden. Onze noorderburen hopen hiermee duidelijk reizigers te overhalen om niet voor het vliegtuig, maar voor de trein te kiezen.
De NS stelt dat de reisduur ingekort zal kunnen worden doordat er nieuwe treinen ingezet zullen worden. Dat laat de NS weten in een persbericht. Op een deel van het traject zullen de treinen topsnelheden van 200 kilometer per uur kunnen halen.
Sommige Belgische stations overslaan
Verder zijn er gesprekken aan de gang met de Belgische spoorwegmaatschappij NMBS over “versnellingsmogelijkheden”. De Nederlandse krant Algemeen Dagblad meldt dat het de bedoeling is dat de Beneluxtrein verschillende stations in ons land zal overslaan.
Momenteel stopt de Beneluxtrein in de Belgische stations Noorderkempen, Antwerpen-Centraal, Antwerpen-Berchem, Mechelen, Brussels Airport-Zaventem, Brussel-Noord, Brussel-Centraal en Brussel-Zuid.
(NMBS wil ons laten betalen voor fietsparkings als we langer dan 24 uur blijven staan.)
Snellere verbinding met Duitsland
Daarnaast vindt NS-president-directeur Marjan Rintel dat ook de spoorverbinding met Duitsland een stuk sneller kan. Rintel wijst erop dat de verbinding Amsterdam-Brussel vorig jaar met 14 procent steeg. Het aantal treinreizigers tussen Brussel en Berlijn steeg zelfs met 20 procent.
“Zonder de impact van corona zouden we de komende jaren onherroepelijk tegen de grenzen van die groei aan zijn gelopen”, stelt Rintel. “De huidige crisis is voor NS dus ook geen reden om het even rustig aan te doen. We moeten deze periode benutten om reizigersstromen duurzaam te verleggen van vervuilend weg- en vliegverkeer naar de trein. Dat doen we ook met de start van de rechtstreekse verbinding naar Londen dit najaar en de nachttrein naar München, Innsbruck en Wenen in december.”
Ook op grotere afstanden wil Rintel de concurrentie met de luchtvaart aangaan: “Waarom is een ticket voor Praag of Barcelona niet net zo makkelijk als Brussel of Berlijn? Daarover wil ik in Europa met andere vervoerders in gesprek. Net als in de luchtvaart zou ik mijn treintickets bovendien graag een jaar van tevoren kunnen boeken.”