Tijdens het marathondebat in de Kamer heeft premier Bart De Wever (N-VA) nogmaals gepleit voor een volledig verbod op alcohol in de cafetaria van het parlement. Hoewel de kwestie al jaren speelt, blijft alcohol momenteel grotendeels gratis beschikbaar voor parlementsleden.
In de Kamer is de voorbije dagen vooral koffie gedronken, aangezien het debat na de regeerverklaring van De Wever al 40 uur duurde. Maar naast de politieke discussies kwam ook het gebruik van alcohol in de cafetaria opnieuw ter sprake.
Premier De Wever haalde tijdens een van zijn tussenkomsten aan dat het ongepast is dat Kamerleden nog steeds gratis alcohol krijgen van de overheid. “Ik denk dat wij de laatste groep zijn die nog gratis alcohol van de werkgever op de werkvloer ter beschikking krijgt”, verklaarde hij.
Politieke reacties
De oproep van De Wever kreeg bijval uit onverwachte hoek. PVDA, doorgaans een kritische tegenstander van de premier, schaarde zich achter het voorstel. Maar niet iedereen is voor een alcoholverbod. Jean-Marie Dedecker, als eenmansfractie actief in de Kamer, verzette zich fel tegen het idee. Met de Latijnse spreuk “In vino veritas” probeerde hij De Wever op andere gedachten te brengen, maar zonder succes.
Een discussie die al jaren aansleept
De discussie over alcohol in de Kamer is niet nieuw. In 2017 ontstond er voor het eerst commotie over de gratis beschikbaarheid van alcoholische dranken. Na lange debatten werd toen beslist dat alcohol niet langer volledig gratis zou zijn. Toch bleef de prijs erg laag: in 2024 konden parlementsleden voor een eenmalig bedrag van 191 euro een heel jaar lang gratis drinken.
Het aanbod in de cafetaria blijft bovendien uitgebreid. Naast wijn kunnen Kamerleden kiezen uit verschillende Belgische bieren, zoals Westmalle Tripel, Leffe Blond, Duvel, Chimay en Orval.
Premier De Wever wil nu een stap verder gaan en een totaalverbod invoeren. Daarmee zou de Kamer het voorbeeld van het Vlaams Parlement volgen, waar sinds februari 2023 geen alcohol meer geschonken wordt.