Een aantal Belgische journalisten van Turkse komaf hebben in juli en september 2016 bedreigingen gekregen vanuit de Turkse ambassade in Brussel. Dat blijkt uit een politieonderzoek, net nu Turkije een militaire inval gepleegd heeft in de Syrische regio Afrin. De verontwaardiging bij de slachtoffers is groot.

Uit een Belgisch politieonderzoek blijkt dat journalisten in ons land bedreigingen op sociale media gekregen hebben in de nasleep van de mislukte staatsgreep in Turkije. De afzender was de Turkse overheid. De slachtoffers, Belgen van Turkse afkomst en een Nederlander die in ons land woont, dienden klachten in tegen de onbekenden die hen bedreigd en geïntimideerd hadden.

Uit het politieonderzoek blijkt nu dat minstens één van de bedreigingen vanop een computer in de Turkse ambassade verstuurd werd. Een andere bedreiging werd verstuurd door iemand die in dienst van de ambassade was. “Alle landverraders staat hetzelfde lot te wachten als de coupplegers”, klonk het. Dat meldt M., ex-hoofdredacteur van de krant Zaman Vandaag, aan de kranten van De Persgroep.

Ook R., journalist bij de kranten van De Persgroep, kreeg een bedreiging toegestuurd: “We zijn bezig om jullie grotten te achterhalen!” De afzender blijkt de toenmalige persverantwoordelijke van de Turkse ambassade te zijn.

Rode vlag in Turkse gemeenschap

Een paar weken later ontvingen R. en M. nog dreigementen. Samen met drie andere journalisten werden ze “publiekelijk geïdentificeerd als leden van een Belgische tak van de organisatie die verantwoordelijk zou zijn voor de mislukte staatsgreep. “Door mij en mijn collega’s op die manier te brandmerken, werden we in de Turkse gemeenschap een doelwit”, zegt R. in de kranten van De Persgroep.

Hij legde klacht neer, maar kreeg maandenlang niets te horen tot hij enkele weken geleden door de politie van Zaventem uitgenodigd werd voor een nieuw gesprek. “Daar werd mij verteld dat het IP-adres waarvan S. de bedreiging had verstuurd gelinkt is aan de Turkse ambassade in Brussel”, klinkt het.

Zowel parket als politie namen de bedreigingen alleszins ernstig. “De politie vertelde mij dat ze zes maanden lang op regelmatige basis agenten in burger langs mijn huis hebben gestuurd”, zegt R.. Ook de familie van M. is in Turkije onder druk gezet. “Ze waren bij een huiszoeking bij mijn ouders op zoek naar mij.”

Geseponeerd

De klacht tegen de ex-persverantwoordelijke van de ambassade moest als geseponeerd worden omdat die persoon over een diplomatieke status beschikte.

De identiteit van de andere afzender, S., blijkt moeilijk te achterhalen. “Er werkt hier niemand met die naam”, klinkt bij de ambassade. “En ook in 2016 werkte er niemand met die naam. Wij zijn niet op de hoogte van de klachten of van het onderzoek.”

Overheid moet burgers beschermen

R. en M. zouden nog maar weinig hoop hebben dat de daders effectief vervolgd zullen worden. “De diplomatieke bescherming reikt ver”, zeggen ze. R. vindt dat de Belgische regering met een oplossing moet komen: “De Belgische overheid moet haar burgers en inwoners beschermen. De Turkse overheid kan hier toch niet zomaar mee wegkomen? Hopelijk kan Buitenlandse Zaken een duidelijk signaal geven.”

R. en M. zijn nog steeds niet helemaal gerust. “Een kennis is vorige week in Irak ontvoerd door de Turkse geheime dienst”, zegt M..

Oplopende spanningen

De spanningen tussen Turkije en het Westen lopen steeds verder op. Zo neemt Turkije het Duitsland kwalijk dat het politiek asiel biedt aan een aantal Turkse officieren die na de mislukte couppoging van vorige zomer naar uitweken Duitsland. In Turkije zijn na de couppoging ruim 50.000 mensen vastgezet. Zo’n 150.000 mensen zijn op non-actief gesteld, onder wie oppositieleiders en journalisten.

Ook internationaal krijgt de Turkse president Erdogan nog steeds heel wat kritiek. Zo heeft het Turkse leger een inval gepleegd in de Syrische regio Afrin. Dat meldt de Britse krant The Guardian. De regio is in handen van de Koerdische militie YPG. Ankara wil aan de Syrische kant van de grens een zone creëren van zo’n 30 kilometer. Er zijn al dagen hevige gevechten aan de gang. Volgens het Turkse leger zijn al zo’n 260 Koerdische strijders gedood. Een woordvoerder Erdogan heeft gezegd dat de operatie pas afgelopen is als een deel van de 3,5 miljoen Syrische vluchtelingen die nu in Turkije wonen, weer veilig terug naar huis kunnen.

5.000 mensen op de vlucht

De Verenigde Naties schatten dat zo’n 5.000 mensen op de vlucht geslagen zijn. Voor dat cijfer baseren ze zich op lokale bronnen omdat er geen registratiesysteem is in de regio. Het zou vooral gaan om mensen uit de grensgebieden. Ze verlaten hun huis, maar kunnen het ingesloten gebied niet verlaten.

De Verenigde Naties zeggen klaar te staan met hulpgoederen voor 50.000 mensen. De VN schat dat er in de regio nu zo’n 323.000 mensen zijn, van wie de helft al eerder was gevlucht uit andere delen van het land vanwege de burgeroorlog.