Als het in Luxemburg druppelt, regent het in Brussel… Op vlak van fiscale aanpak en concurrentie tussen kleine landjes, speelt onze minibuur vaak een interessante rol. De Luxemburgers worstelen net zoals ons land met allerlei kortingstarieven voor bedrijven, én hun bankgeheim is afgeschaft. Ze kiezen voor de drastische oplossing: een veel lager algemeen tarief.
Johan Van Overtveldt (N-VA), de minister van Financiën en schaduwminister van Begroting, kan er voorlopig alleen maar van dromen: een tarief voor vennootschapsbelasting van ‘maar’ 26,01 procent. De Luxemburgers zaten wel al op 29,22 procent, maar dat daalt dus verder.
De reden? Wel een aantal achterpoortjes, afspraken tussen de fiscus en grote bedrijven (zogenaamde rulings), maar ook belastingaftrekken voor vennootschappen kan niet langer. Daar zit de Europese Commissie voor iets tussen: die draaien steeds meer de vijs aan voor (kleine) lidstaten. De uitzonderingen die fiscale concurrentie tussen landen toeliet, waarbij de ene met kortingen gooit, en de andere met speciale behandelingen, die moet er langzaam maar zeker uit.
Luxemburg speelt daar nu op in. Laat dat net zijn waar de N-VA, met Van Overtveldt op kop, ook voor pleit: het grondig vereenvoudigen van het systeem, én het tarief drastisch laten zaken. Tot 20 procent misschien wel.
België moet wel hervormen, met ‘dank’ aan EU en VS
Want België zit in een lastig parket. Officieel zijn we een van de ‘duurste’ landen van Europa voor een bedrijf z’n winst: 34 procent is het tarief van de vennootschapsbelasting bij ons. Alleen, in praktijk zijn er zoveel uitzonderingen en achterpoortjes voor slimme jongens die dure adviseurs kunnen betalen, dat 34 procent eerder de uitzondering is.
Parel aan de kroon van al die uitzonderingen is de zogenaamde ‘notionele interestaftrek’: een ingenieus fiscaal systeem waarbij ons land aan grote internationale bedrijven gigantische fiscale kortingen kan geven. Maar Europa heeft al aangegeven dat dat niet overeind kan blijven. Van Overtveldt wil er dus vanaf.
Alleen, de coalitiepartners willen er voorlopig niet van weten. Zeker CD&V niet, het schoot Van Overtveldt al af, voor er van een discussie echt sprake was. CD&V waarschuwt dat zo’n hervorming 3,5 miljard euro zou kosten. Van Overtveldt wil met een “budgettair neutraal” voorstel komen, eentje dat dus niets kost.
Het lijkt uitgesloten dat dit dossier bij de begrotingscontrole van 2016 nog echt besproken wordt. Maar voor de opmaak van 2017, en de rest van het budgetair traject zou dit wel op tafel kunnen komen. De regering heeft, met ‘dank’ aan Europe en ook de VS, die niet langer de notionele intrestaftrek willen, weinige andere keuze dan aan een fiscale hervorming te beginnen.