Meer filosoof dan (onder)handelaar: Joachim Coens (CD&V) wil vooral “lessen trekken uit het vreemde jaar 2020”. De voorzitter van de christendemocraten maakt z’n balans op en heeft een paar voorstellen. Hij wil graag het “Zwitsers model” voor België: “Een natie die elkaar vindt in grote verscheidenheid.”
- Voor de staatshervorming: “Waarom laten we ook dat Zwitserse model niet eens bekijken? Dat is een positief verhaal, iedereen percipieert Zwitserland als een volwassen beeld, als een natie die elkaar vindt, maar met een heel grote verscheidenheid.”
- Zijn antwoord op de coronacrisis: “De onmiddellijke omgeving is voor de mensen heel belangrijk. Hoe leven ze in hun wijk, in hun buurt? Hoe kennen ze die? Zijn ze daar vertrouwd in? Zijn daar voldoende voorzieningen?”
2020 was een heel speciaal jaar. Als je een score moet geven tussen nul en tien, waar eindigt dat ergens?
“Je kunt veel aspecten bekijken van 2020, maar op zich zeven op tien.”
Toch, ja?
“Ja. Er is natuurlijk de crisis en corona, dat is negatief. Maar anderzijds, wat mij betreft, was het op zich wel een interessant jaar. Een boeiend jaar. De regeringsvorming, mijn eerste jaar partijvoorzitter. Er is nu ook een stukje reflectie door die crisis.”
“Ik heb zelf een kerstmanifest geschreven, dus ik vond het op zich voor mezelf wel boeiend. Voor veel mensen is het een woelige tijd, maar ook een tijd waarin ze voor een stuk terugplooiden op hun kern, op hun bubbel. Op hun gezondheid, hun eigen omgeving. Dus ik denk dat er een herontdekking is van een aantal dingen naast de crisis. We moeten het positief bekijken.”
Wat was het dieptepunt?
“In dat coronaverhaal hebben we een aantal mensen verloren. Een vriend van mij die mijn leeftijd had, is gestorven aan corona. Dus dat was wel moeilijk in elk geval. Maar in het algemeen, afscheid nemen in coronatijd. Dat vond ik op zich wel het moeilijkste.”
“Normaal neem je daar tijd en ruimte voor, om dat te plaatsen en te kaderen. Om met die familie te praten, naar de begrafenis te gaan of de afscheidsviering. Dat is allemaal de mist in gegaan. Voor veel mensen was dat wel moeilijk en dat vond ik ook wel het moeilijkste in die crisis. Het niet kunnen in gemeenschap afscheid nemen.”
“We hadden een jongen van dertien die overleden was bij ons in de gemeente. Hij was gestikt. Heel die gemeenschap leeft mee en dan is dat met tien of vijftien. Ik bedoel, dat is meer dan dubbel pijnlijk.”