Ons land is een medaille rijker. Fabio Van den Bossche heeft brons gehaald in de omnium in het baanwielrennen. Het gaat om de vierde bronzen medaille voor ons land en de zesde Belgische medaille in totaal tijdens de Olympische Spelen in Parijs.
Fabio Van den Bossche heeft een bronzen medaille gehaald in het koninginnennummer van het baanwielrennen. Hij moest enkel de Fransman Benjamin Thomas en de Portugees Iúri Leitão voorlaten.
Zesde medaille
De Belgische medailleteller staat op zes. Dankzij Fabio Van den Bossche is ons land opnieuw een bronzen medaille rijker. De baanwielrenner haalde de medaille in de omnium, de meerkamp van het baanwielrennen.
Van den Bossche startte de omnium meteen met een derde plaats in de Scratch, waarbij de renners 30 rondjes (7,5 km) moeten afleggen op de baan en waarbij de snelste tijd wint. In het tweede onderdeel, de Tempo race, haalde hij de eerste plaats. Hierbij moeten de renners opnieuw 7,5 kilometer afleggen, maar worden er onderweg punten verdiend. Na de eerste vijf ronde krijgt de winnaar van elke ronde een punt. Wie iemand kan dubbelen, verdient 20 punten. De renner met de meeste punten op het einde wint.
In het derde onderdeel, de Afvalrace, moest Van den Bossche tevreden zijn met een zesde plaats. In deze ronde valt na elke tweede ronde de renner op de laatste plaats af. De vierde en laatste ronde, de Puntenkoers, is een race van 20 kilometer, aka 80 rondjes. Elk tiende rondje is er een sprint, waarbij de eerste renner 5 punten krijgt, de tweede 3, de derde 2 en de laatste 1. Op het einde van de race gaat het om dubbele punten en ook hier kan je 20 punten verdienen door te dubbelen. Van den Bossche startte aan dit laatste als leider en nam geen risico’s. Hij eindigde uiteindelijk op de achtste plaats, waardoor hij in het eindklassement op de derde plaats eindigde.
Zes medailles
Het totale aantal Belgische medailles staat nu op zes. Dit zijn onze medaillewinnaars:
Goud
- Remco Evenepoel: tijdrit wielrennen
- Remco Evenepoel: wegrit wielrennen
Brons
- Wout Van Aert: tijdrit wielrennen
- Gabriella Willems: judo
- Lotte Kopecky: wegrit wielrennen
- Fabio Van den Bossche: omnium baanwielrennen