Plantaardige diëten zijn de jongste jaren steeds populairder geworden, zowel om gezondheidsredenen als om ethische redenen. Een extreme vorm van plantaardig dieet is ‘fruitarisme’, een dieet dat grotendeels gebaseerd is op de consumptie van rauw fruit. Op het eerste gezicht klinkt dit misschien gezond, maar welk effect heeft dit soort beperkende voeding op het lichaam? En is het een gezonde voedingskeuze?
Voor wie veganisme niet extreem genoeg is, hebben we nu het fruitarisme. Maar hoe gezond is dat?
Waarom is dit belangrijk?
Hoewel het idee om alleen fruit (of veel fruit) te eten op het eerste gezicht misschien een gezonde optie lijkt, zijn er potentieel veel problemen met deze vorm van restrictief eten.Er is solide bewijs dat plantaardige diëten goed zijn voor het lichaam. Plantaardige diëten kunnen het risico op hartaandoeningen (met 40 procent) en beroertes (met 29 procent) verminderen. Plantaardige diëten blijken ook een nuttige strategie te zijn om mensen te helpen gewicht te verliezen.
Maar hoewel plantaardige diëten duidelijke voordelen hebben voor de gezondheid en de duurzaamheid van het milieu, is er geen bewijs dat fruitarisme gezondheidsvoordelen heeft. Er is overigens geen definitieve beschrijving van waaruit een fruitarisch dieet zou moeten bestaan, hoewel een vaak aangehaalde regel is dat tussen 55 en 75 procent van het dieet rauw fruit moet bevatten. Verder is er enige variabiliteit; sommige fruitariërs eten granen, anderen eten ook noten en oliën.
Medeoprichter van Apple, Steve Jobs, experimenteerde met een fruitarisch dieet, aangevuld met noten, zaden en granen. Sommige aanhangers van het fruitarisme houden zich aan een 80-10-10-regel: 80 procent van de calorieën komt uit verse groenten en fruit, 10 procent komt uit eiwitten en 10 procent uit vet. Deze regel is ten onrechte gebaseerd op de overtuiging dat mensen geen alleseters zijn, maar “frugivoren” – dieren die liever rauw fruit eten. Voorstanders van deze overtuiging stellen dat het menselijke spijsverteringsstelsel fysiologisch is ontworpen om fruit en rauwe groenten te verteren. Hoewel dit ooit waar was in een heel ver verleden, is het menselijk lichaam ondertussen geëvolueerd.
Het veruit meest voorkomende motief waarom voor het fruitarische voedingsprincipe gekozen wordt, is ethisch van aard: zich willen voeden zonder dat daarvoor dieren en planten van het leven beroofd of gekwetst moeten worden. Soms liggen religieuze motieven ten grondslag aan de keuze voor het fruitarisme. Zo streven aanhangers van het jaïnisme, een kleine religieuze stroming voornamelijk op het Indiase subcontinent, naar een verregaande vorm van geweldloosheid; hierbij hoort ook het niet eten van dieren en planten.
Geen bewijs dat “rauw gaan” duidelijke voordelen heeft
Sommige fruitariërs beweren dat “rauw gaan” duidelijke voordelen heeft, waaronder het genezen van kanker en het elimineren van een opgeblazen gevoel en lichaamsgeurtjes. Er is geen robuust bewijs om deze beweringen te staven.
Er zijn echter wel duidelijke en belangrijke lichamelijke gezondheidsproblemen waarmee rekening moet worden gehouden wanneer het menselijk lichaam draait op een grotendeels op fruit gebaseerd dieet. Door dit eetpatroon te volgen, worden essentiële voedselgroepen en voedingsstoffen uitgesloten die het lichaam nodig heeft om een normale gezondheid te behouden.
Wat er ontbreekt. Plus het probleem met fructose
Hoewel het meeste fruit als gezond en voedzaam wordt beschouwd, zal een dieet dat bijna uitsluitend op fruit is gebaseerd, een tekort aan voedingsstoffen bevatten. Waaronder eiwitten, ijzer, calcium, vitamine B (inclusief vitamine B12) en D, zink en omega-3-vetzuren. Een tekort aan deze voedingsstoffen kan aanzienlijke gevolgen voor de gezondheid hebben, waaronder rachitis en osteomalacie (een verweking van de botten), bloedarmoede en problemen met botten, spieren en huid. Simpel gezegd, fruit bevat niet alle voedingsstoffen die het lichaam nodig heeft.
Naast wat er ontbreekt in een fruitarisch dieet, moet er ook rekening worden gehouden met de hoge niveaus van fructose. Fructose is een eenvoudige suiker, net als glucose, maar het menselijk lichaam verwerkt hem heel anders. Fructose wordt uitsluitend in de lever gemetaboliseerd. Overmatige consumptie van fructose kan vetophoping in de lever veroorzaken, wat leidt tot insulineresistentie in de lever en niet-alcoholische leververvetting.
Hoewel er controverse bestaat over de vraag of fructose uit fruit even slecht is als fructosesiroop die aan voedingsmiddelen wordt toegevoegd om ze zoeter te maken, vertoonden experimenten bij ratten die een fructoserijk dieet kregen, overeenkomsten met menselijke leververvetting.
Orthorexia nervosa
Naast de mogelijke fysieke effecten van fruitarisme, worden restrictieve diëten ook vaak geassocieerd met een eetstoornis die bekend staat als orthorexia nervosa, of een ongezonde obsessie om alleen “puur” voedsel te eten. Dit betekent dat wat kan beginnen als een gezonde stap naar het eten van meer groenten en fruit en minder junkfood, kan leiden tot een eetstoornis, depressie en angst. Er zijn al wel degelijk gevallen van overlijden of significante ziekte gemeld door het volgen van een fruitarisch dieet.
Lees ook:
- Is de mens een vleeseter of een vegetariër?
- Waarom ook het vlees dat wij eten het grootste risico op een pandemie vormt
(jvdh)