HANNEKE TANNEKE TOVERHEKS

IK ZOU ZO GRAAG EEN HEKS WILLEN ZIJN!

Soms bedenkt ik, hoe graag ik een heks zou willen zijn. Alle mensen, die je onterecht behandelden en waarbij je machteloos moest toezien of hun leugenachtig gewauwel aanhoren, passeren dan mijn geactiveerd revanchebrein. Ik wil ze betaald zetten om de manier waarop ze mij en andere medemensen behandelen. Ik wil het zaakje niet afhandelen na een mogelijke reïncarnatie of een spelletje voodoo, maar wil terstond respons zien. Ik wil in dit leven nog kunnen genieten van mijn represaille- wensen. Ik wil me wentelen in een trage maar efficiënte afwikkeling van mijn zoete wraak.Zo reden wij in een overvolle bus van Antwerpen naar Edegem. De buschauffeur kwekte zonder ophouden in zijn smartphone. Een medereizigster, die zich vooraan bevond, merkte op dat hij wel verantwoordelijk was voor een 50-tal passagiers en dat hij daarom maar moest stoppen met mobiel bellen.Een waterval van verwensingen bulderde door de bus. “Dat madam er zich niet mee moest bemoeien en als ze niet ophield met hem agressief te behandelen, hij de politie zou opbellen!”. Hij tikte opnieuw een nummer in en met een machtswellustige grijns vervolgde hij zijn telefoongesprek.Wel op zo’n moment zou ik willen kunnen ingrijpen. Niet verbaal, want op mensen zonder verantwoordelijkheidsgevoel en een overgrote dosis machtsvertoon in hun lichaam, ketsen normale woorden af. Op dat moment bedenk ik een vloek. Ik zou hem bijna luidop uitspreken, met mijn handen wapperend richting onderwerp, alleen maar om het voor-plezier van de komende wraak. Ik daag alle mobiele telefoon providers uit om met onmiddellijke ingang alle contacten met de buschauffeur te verbreken. Ik zou het fantastisch vinden, moest ik hem nog tijdens onze busrit: “Halo, halo?” tegen een geluidloze mobiel te horen roepen.Hopelijk heeft hij samen met zijn telefoon- ook een internetabonnement, dat bij thuiskomst afgesloten blijkt te zijn.Ik wens hem een oeverloze zoektocht naar een nieuwe provider, nadat hij door mijn tussenkomst, op de zwarte lijst van de wanbetalers terecht gekomen is.

Heel lang geleden, in de tijd dat de dieren nog spraken, had manlief eens een firma met een VOF, een vereniging onder firmanaam die geen btw- plicht had. Na een tweetal jaren van consultancy werd deze firma met het bijbehorende btw nummer, via een boekhouder aan een andere zaakvoerder doorgegeven. En daarna opnieuw doorgegeven, opnieuw doorgegeven en blijkbaar daarna voor de zoveelste keer met btw nummer en al naar een restaurant doorgesluisd . Alle veranderingen kon men in het Belgische Staatsblad lezen. Enkele weken geleden echter, na een termijn van ongeveer 7 jaar, ontvingen wij, via een deurwaarder nog wel, een onterechte niet betaalde BTW-aanslag. De wanbetaler was een restaurant in het Mechelse, waarvan waarschijnlijk al geruime tijd het vet van de soep was. Hoe de naam van manlief als mede- zaakvoerder van dit restaurant in de mallemolen terecht gekomen waren, is tot op heden nog steeds een gigantisch vraagteken.Hiervoor kregen wij ook al van de RSZ (rijksdienst voor sociale zekerheid)-afdeling een monsterboete voor hetzelfde restaurant, van niet betaalde stortingen, in de brievenbus en een vonnis waarbij manlief mee als zaakvoerder veroordeeld werd. Slapeloze nachten kregen wij van zo’n onterechte hypothese en monsterboetes die nooit betaald werden. In de verste verte kenden wij noch dit restaurant noch waren wij er ooit als klant geweest. Na een telefoontje naar de juridische dienst van de rsz, bleek deze een fout in de administratie gemaakt te hebben. Wel duizend maal heeft de rsz zich verontschuldigd voor de nachtmerrie die zij ons aangedaan hadden. Het desbetreffende restaurant bleef waarschijnlijk jaar na jaar een niet opgeloste financiële put graven. Dus nu deed de btw afdeling Mechelen opnieuw dezelfde fout. Wij legden per mail alle bewijzen voor dat wij hoegenaamd niets met het desbetreffende restaurant te maken hadden. Wij hadden nooit een restaurant gehad en er al zeker nooit als zaakvoerders financieel mee ingezeten en alles had wettelijk in het Belgisch Staatsblad gestaan. Of hij eventjes de moeite wou doen om dit op die datum uit te zoeken? Je zou dan veronderstellen, dat als de rsz dit allemaal correct kon uitpluizen, de btw- afdeling Mechelen, dit ook zou moeten kunnen. Maar blijkbaar zit daar zo’n pitbull- ambtenaartje, dat nooit kon toegeven dat hij een fout maakte en zat manlief zijn naam onterecht in een Kafkaiaans Mechels dossiertje verweven. In een mail schreef de btw-ambtenaar ons: “Dat voor manlief de te betalen btw- som zou opgeschort worden!” ZOU OPGESCHORT WORDEN?? Hij had verdorie totaal niets met die onbetaalde belastingen te maken! Met het woordje “opgeschort” waren wij dus helemaal niet akkoord. Wij wilden gewoon dat zijn naam voor eens en voor altijd uit al die foutieve documenten verwijderd zou worden. Op al onze mails kwam geen enkele reactie meer. Toen we telefonisch contact met deze ambtenaar opnamen en hem vroegen om, zoals van de rsz, een schriftelijke bevestiging te krijgen, dat er door hun dienst een fout gemaakt werd riep hij: “Ik heb veel te veel werk, ik ben er mee bezig en ik laat mij niet afdreigen!” Vervolgens gooide hij de hoorn op de haak. Omdat dit werkelijk de deur dichtdeed, zijn wij naar een advocaat gestapt. Die heeft op zijn beurt, net zoals de juridische dienst van de rsz , alles uitgezocht en een brief naar de desbetreffende persoon bij de btw-Mechelen gestuurd. Zelfs hierop kwam nooit een reactie. Wij moesten een advocaat betalen om de arrogante domheid van de onbekwame ambtenaar in kwestie te bewijzen. Hij zal het niet gezien hebben, maar de telefoon stond roodgloeiend van al mijn bezweringstekens. Ze werden draadloos naar de onbeschofte pennenlikker in Mechelen gestuurd. Mijn revanche zal zoet zijn. Ik hoop dat deze Mechelse beambte eerstdaags een aanslag in zijn brievenbus krijgt, waarop belastingen betaald dienen te worden voor bedragen die hij, zogezegd, voor de fiscus in Luxemburg, te Monaco, Panama of op de Kaaiman-eilanden weggestopt had. Ik wens hem een Kafkaiaanse veldslag met allerlei federale overheden toe. Ik reken erop dat hij nooit op enige mail of aangetekende brief antwoord krijgt. Ik kijk reikhalzend uit naar zijn telefoongesprekken met de ambtenaren van de afdeling federale financiën, waarop hij zijn onschuld tracht uit te schreeuwen! Met een beetje geluk treft hij een ambtenaar, die door mijn wraakwensen beïnvloed, tegen hem brult: “Ik heb teveel werk, ik ben ermee bezig en ik laat me niet bedreigen!” Ik hoop dat hij voor de rest van zijn dagen thuis zit met een milde vorm van burn-out en een torenhoge berg af te betalen belastingen. De gecontacteerde ombudsman heeft de zaak grondig laten uitzoeken en voor een periode van twee jaren leek het alsof onze namen nu eindelijk uit de files verdwenen waren. Tot er opnieuw een herinnering voor een onbetaalde belastingbrief voor een gigantisch bedrag voor hetzelfde restaurant volgde. We mailden nogmaals alle bewijzen door en kregen van een vriendelijke beambte een mail terug met verontschuldigingen. Hij was de eerste ambtenaar die ons beloofde de naam van manlief uit het verkeerd gelopen restaurantdossier te halen en ons verzekerde dat we in de toekomst geen problemen meer zouden hebben. Het is blijkbaar gelukt, zo simpel was het.

Ach was ik maar een heks, één woord over onbillijk, onrechtmatig en ontoelaatbaar gedrag en mijn vloektoverstokje zou rondzwieren. Ik voel mijn tovervingers nu al jeuken als ik het Sinterklaasgenootschap zich met de datum, waarop het schoentje gezet mag worden, gaat bemoeien. Ik wil vergiftigde appels uitdelen als ik die pietenpact- verhalen lees waarmee die ‘meer dan politiek correcte’ nitwits het racisme discours van onze noorderburen naar België willen transfereren. Mijn heksenbezem wil al fiks uithalen naar zo’n chocoladebruine’ minderhedenforum- suffert’, die gesubsidieerd met ons belastinggeld met een verontwaardigde kop op de televisie komt stellen, dat wij, de Belgen, allemaal racisten zijn, omdat wij de sprookjes zwarte Pieten helemaal niet uit ons kinderen- Sintenfeest willen bannen! Gaat dat pure chocolade ei er nu ook ineens voor zorgen dat we deze zomer geen putjes meer mogen graven in onze tuinen, daar afrikaantjes in planten en de grond er rond met onze voeten aanstampen? Mogen wij nog negerinnentetten kopen, negerzoenen, jodenkoeken, moorkoppen, blanke vla of congolaiskes eten, onze frietjes in zigeunersaus soppen, of zijn we dan racistisch bezig? Waarom wordt het woord neger plots als pejoratief ervaren? Het dekt toch wel de lading, of niet? Mag het woord blanke dan ook niet meer gebruikt worden? Worden wij vanaf nu, de witten, de zwarten, de gelen en de roden? Hoe noem je dan mensen na een onderlinge kruisbestuiving? Vijftig tinten roze, grijs of beige

Man, man toch…hokus pokus pats! Mijn toverstokje gaat weer overuren doen!