Wesley Sonck is een voormalige topvoetballer en een gevierd analist, maar ooit zag zijn leven er heel anders uit. Daarover vertelt hij in Het Huis.
Na Bart Kaëll, Ruben Van Gucht, Laura Tesoro, Toby Alderweireld, Arnout Hauben, Barbara Sarafian en Belle Perez is Wesley Sonck de achtste en laatste gast in het tiende seizoen van Het Huis. De 46-jarige voormalige international en huidig voetbalanalist heeft er een turbulente jeugd opzitten in Ninove. Daarover vertelt hij eerlijk aan Eric Goens.
Moeilijke relatie met mama Rosette
De moeder van Wesley Sonck – Rosette – hield namelijk 42 jaar lang het volkscafé Café Madelon open. “Je leert dan heel snel uw mannetje staan. Wij zagen bijvoorbeeld ook vechtpartijen in het café. Soms loop je dan weg van de schrik. Wat je ziet in De Helaasheid der Dingen is wat er bij ons echt gebeurd is. Er vlogen soms stoelen door de ramen, maar dat was mijn thuis”, blikt Wesley Sonck terug.
Hoewel het café als een thuis voelde, brak Wesley op zijn negentiende met het café en dus met zijn moeder. “Het moest ook. Je moet je inbeelden: Er stonden twee caféstoelen naast elkaar, en daar lagen mijn broer en ik op als wij moe waren. Dan zeiden ze: ‘Slaap maar op de stoel’. En wij deden dat dan ook.”
Na twintig jaar zonder contact hoort hij sinds enkele jaren opnieuw soms zijn moeder. “Ik heb er wel spijt van, maar voor een stuk ook niet. Op dat moment was dat de beste beslissing, maar achteraf gezien had ik het misschien sneller moeten proberen herstellen”, klinkt het.