In Nederland is dit weekend de eerste lokale vorst van het seizoen geregistreerd, opvallend vroeg voor de tijd van het jaar. Op de weerstations van Volkel en Eindhoven daalde de temperatuur tot respectievelijk -0,2 en -0,3 graden Celsius. Daarmee is de kou aanzienlijk vroeger ingetreden dan de gemiddelde datum van 28 september waarop normaal de eerste vorst wordt genoteerd.
Op de standaard meethoogte van 1,5 meter werd het weliswaar niet onder nul, maar in Ell zakte het kwik tot 3,8 graden Celsius. Daarmee werd een nieuw kouderecord gevestigd voor 24 augustus in Nederland. Het is bijzonder dat grondvorst al in augustus voorkomt, want doorgaans gebeurt dat pas later in september.
Vroeger dan normaal
De eerste lokale vorst viel vorig jaar pas op 13 september. In de jaren daarvoor – tussen 2018 en 2022 – gebeurde dat ook telkens in september. Vroegste registraties zijn uiterst zeldzaam: zo noteerde Twente op 10 augustus 1986 een temperatuur van 0 graden, al werd toen geen grondvorst gemeten. Ook Volkel haalde op 21 augustus 1986 exact 0 graden, zonder vorst. De vroegste grondvorst ooit na de zomer dateert van 22 augustus 1973.
Niet elk jaar is de vorst er zo vroeg bij. In 2016 en 2017 viel de eerste grondvorst pas in oktober. Het record van de meest late eerste vorst staat op 5 november 2014. Dit jaar schuift Nederland met de metingen van dit weekend dus de andere kant van de statistieken op.