Nepal zet in op minder bekende regio’s in de Himalaya door de komende twee jaar gratis beklimmingen aan te bieden op 97 bergen. Tegelijk voert het land een forse prijsstijging door voor klimvergunningen op de Mount Everest, die tijdens het hoogseizoen nu 15.000 dollar (12.900 euro) gaat kosten.
De 97 geselecteerde toppen liggen in de provincies Karnali en Sudurpaschim, in het uiterste westen van Nepal. Ze hebben een hoogte tussen 5.970 en 7.132 meter en behoren tot de minst ontwikkelde regio’s van het land. Door gratis vergunningen te geven, hoopt Nepal deze gebieden op de kaart te zetten als nieuwe trekpleisters voor avontuurlijke bergbeklimmers.
Hoewel de toppen spectaculair zijn, hebben ze tot nu toe amper interesse gewekt: in de afgelopen twee jaar hebben slechts 68 klimmers een poging gedaan. Ter vergelijking: alleen al in 2024 werden er meer dan 421 vergunningen afgegeven voor de Mount Everest.
Everest wordt duurder
De prijs voor een klimvergunning op de Everest stijgt met 36 procent. In het hoogseizoen kost de beklimming nu 15.000 dollar, buiten het seizoen 7.500 dollar (6.450 euro) van september tot november, en 3.750 dollar (3.225 euro) in de wintermaanden.
De prijsverhoging komt er na jaren van overbevolking, milieuproblemen en dodelijke ongelukken op ’s werelds hoogste berg. Het Hooggerechtshof van Nepal heeft eerder aangedrongen op het beperken van het aantal vergunningen om de draagkracht van de berg te respecteren.
Oefenterrein voor Everest-aspiranten
Het parlement overweegt daarnaast een nieuwe wet die klimmers verplicht eerst een berg van minstens 7.000 meter in Nepal te beklimmen voordat ze de Everest mogen proberen. De gratis toppen in Karnali en Sudurpaschim zouden daardoor wel eens het perfecte oefenterrein kunnen worden voor toekomstige Everest-expedities.
