Dat België zowat het beste bier ter wereld maakt, dat weet iedereen intussen wel. De Verenigde Staten zijn echter heel goed bezig om zelf lekker bier te brouwen en ook in Londen is bier maken stilaan weer hip onder de jongere bevolking. Maar niet ieder project is een bedreiging voor onze biercultuur, want vaak moeten ze nog veel leren. Dat concludeerden we tijdens een bezoek aan de drie jaar oude London Fields Brewery.
De jaarlijkse verkiezing van de beste bieren ter wereld draaide enkele weken geleden op een verrassing uit. Er gingen meer Amerikaanse dan Belgische bieren met een prijs lopen. Maar dat valt al bij al nog mee, aangezien de Amerikaanse markt veel groter is en België het volgens de verhoudingen nog steeds veel beter doet. Maar toch is het iets om over na te denken: de rest van de wereld leert de kneepjes van het vak en misschien komt er een dag dat je voor het beste bier niet langer in ons land moet zijn. Al is het voorlopig vaak vooral alleen nog goede wil, zoals we met onze eigen ogen in een nieuwe Londense brouwerij konden vaststellen.
In Londen schieten de brouwerijen tegenwoordig als paddenstoelen uit de grond. Eentje ervan is London Fields Brewery, een brouwerij die niet ver van het olympisch park in Londen ligt. Deze kant van de stad was dringend aan een verfraaiing toe en hoewel die er wel gekomen is, blijft het contrast met het dure centrum van Londen gigantisch. Verborgen onder een spoortunnel in de wijk Hackney ligt de brouwerij. Letterlijk, want naast vier muren bestaat het dak uit panelen die met het plafond van de tunnel zijn verbonden. Wanneer je binnenwandelt, lijk je een bouwvakkershokje op een werf te betreden.
Duits en rebels
De gastvrouw van dienst heet Max, een Duits meisje dat vlekkeloos Engels spreekt en zelfs het lokale accent al wat heeft opgepikt. Ze draagt een blauwe muts en een sweater die twee keer te lang lijkt. Het doet meteen vermoeden dat de London Fields Brewery een erg jonge brouwerij met een ietwat rebels karakter is. Binnen maken we kennis met nog meer Duitsers, want het bedrijf telt twee Duitse brouwers.
Je zou vermoeden dat Duitsers meer dan Britten weten hoe ze een frisse pint moeten maken, en het is duidelijk dat de Duitse cultuur er in de London Fields Brewery bovenuit steekt. Op een bord aan de muur zien we zelfs dat ze de Davidster gebruiken om aantekeningen te maken. Om misverstanden te vermijden leggen ze meteen uit dat het om een brouwerster gaat die duidelijk maakt dat aan alle voorwaarden voldaan is om goed bier te brouwen. Ieder puntje van de ster stelt een onmisbare component van het proces voor: water, graan, mout, gist, hop en natuurlijk de brouwer zelf. De oude traditie om dit symbool op de ton te plaatsen, leeft nog altijd voort bij deze jonge brouwers.
Strippen en scheppen
De London Fields Brewery opende de deuren in augustus 2011. In een kleine ruimte staan alle capaciteiten dicht tegen elkaar gedrumd. Op aanraden van Max letten we goed op waar we lopen, want de vloer is allesbehalve proper. Wie al eens een Belgische brouwerij heeft bezocht, kan beamen dat hygiëne bij ons meestal vrij hoog in het vaandel wordt gedragen. Dat is in de London Fields Brewery toch even anders. Op het einde van een brouwdag moeten de brouwers afwisselend in een open brouwton kruipen om alle restanten in een grote vuilbak ernaast te verwerken. Ze hebben er zelfs een wedstrijdje van gemaakt en het huidige record staat op ongeveer vijf minuten.
Even later mogen we zelf meemaken wat Max hiermee bedoelt. Eén van de brouwers trekt zijn bovenkledij en schoenen uit om met een ladder in de ton te klimmen. Prompt begint hij de ton leeg te graven, het maakt niet uit dat er af en toe iets naast de containers valt. Zeldzaam is het beeld wel.
Voor de bottelaars hebben we veel respect, want zowat alles gebeurt hier nog manueel. Max legt uit dat het de eerste keer als een strafkamp aanvoelde toen ze urenlang etiketten moest gaan kleven, maar tegenwoordig ziet ze dat werkje als een goede manier om even tot rust te komen.
Aan de uitgang staan enkele ketels te koken, de brouwers zijn een zaterdagcursus aan het geven. Vanaf de overkant van de straat lijkt het alsof ze in de opening van een garagepoort staan te werken. Nee, echt professioneel oogt deze brouwerij lang nog niet.
Hoppig, maar flauw bier
Tijd om te proeven, want daar draait het natuurlijk om. Achter de toog staat een grote struise barman die heel erg op Tim Howard – de doelman van de VS en bijna boeman van de Rode Duivels op het WK – lijkt. In Duitse stijl wordt het bier in grote kannen op tafel geplaatst. Het lijkt op die manier wel eerder op zelfgemaakte ijsthee dan op bier, hoewel het bier toch een aardige schuimkraag heeft. We krijgen vier biersoorten te proeven en het hoppige karakter vormt duidelijk een rode draad doorheen de bierlijn. Die extra hop geeft het bier een uitgesproken en bittere nasmaak.
De meeste bieren bevatten echter weinig koolzuur, en dus moet je er liefhebber van zijn om dit graag te drinken. Sommige bieren smaken vrij flauw, al sluiten we niet uit dat je als liefhebber van hoppige bieren en van Britse ales best wel gecharmeerd kunt zijn. Zelf hadden we toch iets meer verwacht van Duitse brouwers. Aan enthousiasme ontbreekt het deze jonge bende niet, maar er is nog veel werk aan de winkel. Dat maken we Max toch even duidelijk wanneer ze ons Belgisch bier goed bedoeld aanvalt door te zeggen dat je er snel dronken van wordt. Feit is wel dat je van het bier van de London Fields Brewery iets meer mag drinken, maar wij laten er onze Belgische pint nog niet voor staan.
Brouwerij bezoeken?
Wie de London Fields Brewery wil bezoeken en zelf wil oordelen of er toekomst in dit jonge bier zit, kan iedere namiddag in het weekend en elke avond in de week een bezoek plannen. Een rondleiding en proeverij kosten samen 12 pond.
Londen mag zich overigens wel een bierstad noemen, dus er zijn nog meer brouwerijen die je als bierliefhebber kunt bezoeken. Het is eens wat anders tijdens een citytrip. Aanraders zijn onder andere de cafés van Brewdog en The Kernel Brewery.