Op het einde van zomer, wanneer de temperaturen stilaan beginnen zakken, gebeurt er traditioneel iets waar veel mensen van huiveren: een invasie van spinnen in huis. Veel van die diertjes zitten daar eigenlijk al een hele zomer te wachten op dit moment: de paartijd. Jawel, ze gaan zich in jouw slaapkamer of badkamer lustig voortplanten. Vermoedelijk zullen er ook enkele grote exemplaren bij zijn aangezien we een milde zomer achter de rug hebben.

De komende weken zullen de spinnen in ons huis hun veilige plekjes verlaten om te paren. Hoewel je ze zelden zal zien tijdens het voorjaar en de zomer zitten ze wel degelijk onder de vloer, op zolder of in de kelder verstopt. Ze wachten op het moment dat er nu aankomt en dat voor de spinnen uiteraard levensgevaarlijk is, omdat ze plots binnen het bereik van je bezem of stofzuiger komen.

Dat betekent dus dat er niet zozeer meer spinnen zullen zijn, maar dat ze zich massaal in het openbaar wagen. Vaak horen we dat een milde zomer met zachte temperaturen de grootte van de spinnen in de hand werkt. En aangezien de voorbije zomer zeker niet koud was, kunnen we ons best op enkele kanjers voorbereiden. In de Britse pers komen al berichten uit bijvoorbeeld Manchester, waar enkele serieuze exemplaren gezien zijn.

Wat kan je doen?

Spinnen hebben veel voordelen en het is dan ook afgeraden om de dieren zomaar dood te slaan. Maar wie de kans op een ontmoeting toch wil verkleinen kan alvast met een aantal eenvoudige tips rekening houden. Zo kan je best regelmatig poetsen en sporen van webben verwijderen. Spinnen zijn minder geneigd met hun kroost terug te keren als hun habitat verdwenen is. Ook gaatjes in muren of aan vensters kan je afsluiten om het andere spinnen zo moeilijk mogelijk te maken naar binnen te glippen.

Het weer van de komende dagen speelt in het voordeel van spinnen in je huis. Ramen en deuren staan nog open en vooral ’s avonds kunnen insecten naar binnen komen. Al zal je steeds minder last hebben van die muggen en ander ongedierte, want zij vormen het ideale hapje voor de spinnen. Of je kan het ook anders bekijken: na maanden van krabben en slecht slapen zullen spinnen je een dienst bewijzen door je huis schoon te vegen.

Als je er dan toch eentje ziet, hoef je niet te panikeren. De spin is in groter gevaar dan jij. Misschien kan je proberen om een paar soorten te herkennen, zodat je iets meer sympathie zult tonen voor onze achtpotige huisgenoten. Deze exemplaren komen in ons land volgens Natuurpunt vaak voor.

1. Gewone doolhofspin (8-12 mm)

We beginnen met een spin die je vooral in je tuin zult aantreffen. De gewone doolhofspin leeft graag op planten en vooral dichte hagen. Haar grote web valt het meest op. Eens ze een prooi gevangen heeft, komt de spin snel tevoorschijn om haar hapje te bijten en te verlammen. Je ziet het: die frustrerende insecten van de voorbije maanden gaan een sombere periode in.

2. Gewone huisspin (10-16 mm)

Dit zijn spinnen die misschien al hun hele leven in je huis wonen. Al kan het ook een mannetje zijn dat door een deur of raam naar binnen glipt. Niet omdat het koud wordt, maar wel degelijk om te paren.

3. Grote huisspin (10-20 mm)

Dit is in principe de grootste spin die je over de vloer kunt krijgen. De gewone huisspin is vaak iets donkerder dan deze soort. De lichaamslengte kan zo’n 2 mm bedragen, maar wat hen zo beangstigend maakt is dat de poten van een mannelijke spin tot 7 centimeter lang kunnen worden. Wanneer je een echte kanjer ziet, is de kans dus groot dat het deze soort is.

4. Grote kaardespin (8-15 mm)

Deze soort ga je eerder buiten tegenkomen, vaak laag bij de grond of op vochtige plekken. Ze kiest onder andere voor deksels van water- of beerputten.

5. Grote trilspin (7-10 mm)

Nog een vaste bewoner van ons huis is de grote trilspin. Haar naam dankt ze aan het feit dat de spin vliegensvlug reageert op trillingen in het web die haar perfect zeggen waar de prooi zich bevindt. De webben zelf lijken wat slordig om prooien te vangen, maar de spin is dus wel een efficiënte jager. Je gaat er zonder twijfel nog eentje zien, al wordt de spin vaak verward met de volgende soort.

6. Hooiwagens

Eigenlijk zijn dit niet eens spinnen, aangezien ze geen draad kunnen maken. Maar ze lijken wel op de trilspinnen. Een luguber weetje: hooiwagens kunnen poten laten vallen wanneer ze zich bedreigd voelen. En die poten blijven dan nog een tijdje bewegen. Hooiwagens kunnen ook op drie benen nog lopen.

7. Kruisspin (4-18 mm)

Eén van de bekendste en ook wel mooiste spinnen die je in de tuin zult tegenkomen. Je herkent ze aan het gekleurde kruisvormige teken op de rug. Ze hebben weinig eisen en zijn daardoor zowat de meest succesvolle jagers. Veel spinnen jagen ’s nachts, maar deze soort doet dat evengoed overdag. Voor ons zijn ze totaal niet gevaarlijk, maar pak ze best niet zonder bescherming op. Ze zullen snel bijten en hun gif veroorzaakt enkele uren jeuk. Maar ook niet meer dan dat.

8. Stalmuursluiper (8-12 mm)

Prachtige naam en die heeft ze niet gestolen. De soort wordt ook ‘de tijger van onze huizen’ genoemd, omdat ze hun prooi als een tijger bespringen. Ze durven zelfs andere spinnen aan te vallen. Als je ’s nachts naar toilet gaat en je licht aansteekt, is dit een spin die je soms plots op de muur ziet zitten. Af en toe komen ze ook wel eens in bed terecht, en dan kan het zijn dat ze bijten als je hen dreigt te verpletteren. Een beet die serieus kan jeuken, al is de kans statistisch gezien groter dat je door muggen en andere insecten wordt gebeten.

Het lijstje is nog langer: wie alle spinnen in België op een rijtje wil zien, kan naar dit handige overzicht van Natuurpunt surfen.